In trajecten waarin de overheid de schade van gedupeerden wil herstellen, bijvoorbeeld bij de toeslagenaffaire en de schade door aardbevingen in Groningen, maakt zij keer op keer dezelfde fouten. Zo is er te weinig aandacht voor de behoeften van de gedupeerden en worden geen lessen getrokken uit eerdere hersteloperaties. Dat schrijft de Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen in een dinsdag gepubliceerd rapport, waarvoor hij tien hersteltrajecten onderzocht. „Het wankele vertrouwen in de overheid brokkelt met hersteltrajecten verder af.”
De ombudsman komt in het rapport tot de conclusie dat de overheid in hersteltrajecten vaak prioriteit geeft aan snel handelen, maar dat ze daarmee voorbijgaat aan de behoeften van gedupeerden. Overheidsinstanties gaan vrijwel nooit vooraf in gesprek met gedupeerden en belangenorganisaties om te vragen wat zij nodig zouden hebben, dat wordt „van hogerhand” bepaald. Tijdens het traject zelf is er ook vaak weinig persoonlijk contact, terwijl dat volgens de ombudsman juist belangrijk is. Daarnaast krijgen gedupeerden vaak niet het simpele en snelle proces dat zij wensen, omdat de overheid veel tijd kwijt is aan bureaucratische taken, zoals verantwoording en controle.
Ook concludeert Van Zutphen dat er te weinig gekeken wordt naar de ervaringen uit eerdere hersteloperaties, terwijl die vaak goed van pas kunnen komen. „Overheidsinstanties vinden steeds opnieuw het wiel uit”, schrijft de ombudsman. Daarom pleit hij voor een kennisnetwerk dat toegankelijk is voor alle betrokken overheidsinstanties, experts en belangenorganisaties. Zo moeten zij allemaal toegang krijgen tot de beschikbare informatie en expertise over het bieden van herstel.
Een ramp na de ramp
In zijn onderzoek analyseerde de ombudsman tien grote hersteloperaties, zowel lopend als afgesloten. Naast de toeslagenaffaire en de gaswinning in Groningen ging het om de vuurwerkramp in Enschede, de overstromingen in Limburg, Dutchbat III, de Noord/Zuidlijn in Amsterdam, Chroom-6 bij Defensie, de regeling met persoonsgebonden budget, de uitkeringsregeling Backpay en Q-koorts. Daarin keek hij ook naar zijn eigen handelen, omdat hij in vijf van deze trajecten zelf ook een rol speelt of speelde.
Zijn conclusies zijn „funest”, schrijft de ombudsman, omdat „sommige burgers in hersteltrajecten nog meer beschadigd raken dan ze al waren omdat het hersteltraject op allerlei manieren tekort schiet”. In dat geval volgt volgens hem „een ramp na de ramp”.
Lees ook
Schaamte, armoede, altijd stress in huis: hun kindertijd werd bepaald door de Toeslagenaffaire