OM mag vader en zoon vechtpartij toch vervolgen ondanks racistische belediging

Haagse gerechtshof Vorig jaar oordeelde de rechtbank Rotterdam nog dat het OM niet-ontvankelijk moest worden verklaard in deze zaak. Justitie had het vervolgingsrecht verspeeld omdat de politie zich had schuldig gemaakt aan racisme. Het Haagse gerechtshof oordeelt nu anders.

Beeld van een Vereniging van Eigenaren uit 2020 van de aanhouding in Dordrecht.
Beeld van een Vereniging van Eigenaren uit 2020 van de aanhouding in Dordrecht.

Het Openbaar Ministerie mag alsnog een vader en zoon uit Dordrecht vervolgen die in 2020 op Sinterklaasavond in hun stad in een massale vechtpartij verwikkeld raakten met de politie.

Vorig jaar oordeelde de rechtbank Rotterdam nog dat het OM niet-ontvankelijk moest worden verklaard in deze zaak. Justitie had volgens de rechtbank het vervolgingsrecht verspeeld omdat de politie zich had schuldig gemaakt aan racisme. De rechters namen het de politie en het OM kwalijk dat ze aanvankelijk in het proces-verbaal hadden verzwegen dat de 53-jarige agent Wouter-Jan O. een verdachte uitschold voor „kutneger”. De rechtbank noemde dit een „een weerzinwekkende discriminatoire uitlating”. De politie had ook disproportioneel geweld gebruikt en dit niet volledig geverbaliseerd.

Het racisme kwam aan het licht via opnames van een buurtcamera die bij een flat hing. De agenten die verdachten wilden arresteren die zich wederspannig gedroegen, wisten niet dat ze werden gefilmd. De gang van zaken werd voor het OM pas duidelijk nadat nader onderzoek was gedaan naar de beelden van het incident, omdat NRC er over had gepubliceerd.

Filmbeelden bij dossier gevoegd

Het Haagse gerechtshof is met de rechtbank en de verdediging van oordeel dat er inderdaad onvolledig geverbaliseerd is over het toegepaste geweld en een racistische uitlating door de politie. Het gerechtshof oordeelt evenwel dat het vastgestelde verzuim, over het onvolledig verbaliseren, hersteld is door de filmbeelden van de gebeurtenissen bij het dossier te voegen.

„Er is in de onderhavige zaak geen sprake van een onherstelbare zodanig ernstige inbreuk op het recht van de verdachte op een eerlijke behandeling van zijn zaak, dat geen sprake meer kan zijn van een eerlijk proces”, oordeelt het hof. De overige verzuimen zijn afzonderlijk en in combinatie onvoldoende om het OM niet ontvankelijk te verklaren in de vervolging.


Lees ookDit artikel uit 2020: Politie Rotterdam weer in opspraak om racisme

De strafzaak tegen de vader en de zoon wordt nu terugverwezen naar de Rotterdamse rechtbank voor een volledig nieuwe behandeling. De agent is eerder al door de politierechter in Rotterdam veroordeeld tot een geldboete van 250 euro wegens de racistische belediging van de verdachte. De agent is in hoger beroep gegaan. Op 11 mei behandelt het Haagse hof zijn zaak.