Nu lijkt het einde van Aldel écht nabij


Industrie Als eerste bekende Nederlandse industriebedrijf vraagt Aldel uitstel van betaling aan vanwege de hoge energiekosten. Volgens de financieel directeur zou met enige overheidssteun de fabriek al te redden zijn.

Een werknemer van aluminiumfabriek Aldel in Delfzijl.
Een werknemer van aluminiumfabriek Aldel in Delfzijl.

Foto Vincent Jannink/ANP

Zou het deze keer dan echt…? Al jarenlang bestaat er bijna permanente twijfel over het voortbestaan van ’s lands enige aluminiumfabriek, Aldel in Delfzijl. Aluminium maken bleek keer op keer moeilijk in Nederland, gezien de enorme hoeveelheden stroom die nodig zijn en de gunstige tarieven voor Duitse concurrenten. Menig faillissement en doorstart teisterde het bekendste industriebedrijf van Groningen.

Sinds eind vorig jaar is Australiër Chris McNamee directeur en eigenaar. Maar maandag is uitstel van betaling aangevraagd – en deze keer ziet het er wel uitzonderlijk slecht uit. Vanwege de hoge stroomprijzen lag Aldel al enige maanden stil; de stroomslurpende gieterij zelfs al een stuk langer. Vorige maand werden 175 van de 200 werknemers geïnformeerd over hun ontslag – er waren er maar 25 nodig om het bedrijf in de ‘waakvlamstand’ te houden.

„We hebben de eerste paar maanden van het jaar gewoon zwarte cijfers geschreven”, zegt financieel directeur Eric Wildschut telefonisch. „Maar door de stijgende gasprijs zagen we die langzamerhand veranderen in rode cijfers.” Aldel gebruikt volgens hem zo’n 10.000 kuub per maand om ovens warm te houden.

Daarmee is het geen grote gasverbruiker zoals sommige andere industriebedrijven, maar het is wel veel bij een gasprijs van meerdere honderden euro’s per megawattuur. En dan wordt het op den duur lastig concurreren met bijvoorbeeld IJslandse aluminiumfabrieken, die met geothermie en waterkracht goedkopere energie tot hun beschikking hebben.

Wildschut kan niet te lang praten, hij heeft dinsdag een drukke ochtend, is aan het kijken met de curator wat er nog mogelijk is. Volgens de financieel directeur waren er al enige tijd gesprekken gaande met mogelijke kopers. Die zijn op niks uitgelopen, waardoor uitstel van betaling nodig was. Het is uiteindelijk aan de curator om te kijken of er toch nog een doorstart in zit, aldus Wildschut.


Lees ook: Hoge energieprijzen dwingen bedrijven lastige afwegingen te maken. ‘Het is niet óf stilleggen, óf draaien’

Eerste voorbeeld

De geldproblemen van Aldel, dat volgens Wildschut in normale jaren een omzet heeft van enkele tientallen miljoenen euro’s, zijn het eerste voorbeeld van een bekend Nederlands bedrijf dat in concrete problemen raakt door de hoge energieprijzen. Het is precies waar de zware industrie al maanden voor waarschuwt: dat zware industrie zomaar uit Nederland – of zelfs Europa – zou kunnen verdwijnen als de overheid niet ingrijpt. Met alle economische en strategische gevolgen van dien.

In sommige andere landen, zoals Duitsland, is er inmiddels wél financiële steun. Ook Aldel heeft regelmatig in de media om steun gevraagd. Maar de Nederlandse regering maakt tot dusver een andere afweging: steun bieden zou niet helpen bij het omschakelen naar groene technologieën, en je kan bedrijven niet tot in de eeuwigheid blijven helpen wanneer de gasprijs blijvend hoog is.

Het is een houding die onder meer ondersteund wordt door de economen van de De Nederlandsche Bank. Maar het kan wel veel gevolgen hebben in Nederland, denkt sectoreconoom Albert Jan Swart van ABN Amro, ook voor andere bedrijven dan Aldel. „De industrie heeft behoorlijke vaste kosten. Er is veel kapitaal nodig voor gebouwen en machines, waar vaak financiering op zit. Daarover moet rente en aflossing worden betaald. En dan zijn er nog de personeelskosten. Als een fabriek stilstaat en er geen cash meer binnenkomt, kan het snel einde oefening zijn.”

Swart verwacht niet dat er op dit moment een doorstart in zit. „Een fabriek die stilstaat kun je niet doorstarten. Eerst moet de energieprijs omlaag.”

Volgens financieel directeur Wildschut zou met enige overheidssteun de fabriek al te redden zijn. Het argument dat de overheid bedrijven niet langdurig kan compenseren voor hoge gasprijzen, wuift Wildschut weg. Hij denkt dat de gasprijzen op een gegeven moment ook weer zullen dalen – niet naar de niveaus van vroeger, maar wel naar een lager niveau dan nu. „Je hebt hoog en hoger. En een hogere prijs kunnen wij gewoon aan.”


Lees ook de column van afgelopen zaterdag van Marike Stellinga over dit onderwerp: Hoe erg is krimp van de industrie?