Wat hebben telecomprovider Odido, achterafbetaaldienst Klarna, ijsmaker The Magnum Ice Company, kledingplatform Shein, bandenmaker Continental en fintechbedrijf Revolut met elkaar gemeen? Het is geen al te moeilijke vraag: al deze bedrijven zouden in 2025 in Europa naar de beurs gaan, maar gingen (nog) niet.
Na wat betreft beursgangen relatief rustige jaren moest 2025 de kentering komen in Europa. In Amsterdam waren in 2024 slechts vier beursgangen, waaronder een grote van private-equitybedrijf CVC. In 2023 waren het er vijf.
Ook topman van Euronext Amsterdam René van Vlerken was eerder dit jaar verwachtingsvol. „Er is optimisme en ik denk ook echt dat we het komende jaar en de jaren daarna meer beursgangen gaan zien”, zei hij. „We zien nieuwe aanwas vanuit het buitenland, maar gelukkig ook een aantal Nederlandse bedrijven dat heel concreet is over een eventuele gang naar de publieke kapitaalmarkt.”
Lees ook
Lees ook: ‘Willen we een Europese kapitaalmarkt? Dan moeten we eerst in Amsterdam aan de slag’
Maar het is stil. De Amsterdamse beurs verwelkomde tot nu toe twee echte nieuwkomers: de Britse waardetransporteur Ferrari Group en duurzame bank Triodos. In het laatste geval betrof het een technische notering, er werden geen nieuwe aandelen uitgegeven. Vastgoedbelegger Vastned werd na fusie opnieuw genoteerd in Amsterdam, maar telt voor deze inventarisatie niet mee. Daarmee blijft het aantal nieuwe bedrijven aan Beursplein 5 in het eerste half jaar achter bij de drie beursgangen in de eerste zes maanden van de voorbije twee jaren. In 2022 waren het er na het eerste halfjaar vijf, in 2021 zelfs elf.
Niet alleen in Amsterdam is het rustig. Ook bij de London Stock Exchange hadden ze op meer gehoopt. De Britse toezichthouder FCA kwam vorig jaar met een pakket aan maatregelen in de hoop meer noteringen aan te trekken, maar tot nu toe gingen er dit jaar slechts acht bedrijven naar de Londense beurs. Vorig jaar waren er in een jaar met een laagterecord nog achttien IPO’s, zoals de beursgang in vakjargon heet – Initial Public Offering. De grootste Londense beursgang van het jaar, die van het Chinese kledingplatform Shein, gaat vooralsnog niet door vanwege onenigheid tussen China en het VK over de voorwaarden daarvoor. Shein wil nu naar de beurs in Hongkong, bleek dinsdag.
Nu de zomer is aangebroken,zijn op korte termijn ook geen nieuwe noteringen te verwachten. De vakantieperiode wordt als ongeschikt moment gezien voor een beursgang. Waarom is het na alle verwachtingen vooralsnog zo rustig dit jaar?
1
Trump-dip
Topman van Euronext Amsterdam René van Vlerken is nu „iets minder optimistisch” over beursgangen in 2025 dan aan het begin van het jaar, zegt hij in gesprek met NRC. „De onzekerheid in de markt vertaalt zich naar een volatiele beurs. Die wisselvalligheid is erger geweest dan we in eerste instantie hadden verwacht.” Wat je ziet, zegt van Vlerken, is „dat veel bedrijven die voornemens waren dit jaar naar de beurs te gaan die transactie hebben uitgesteld.”
Geopolitieke onzekerheid door verschillende oorlogen, maar vooral de grilligheid van Donald Trump: volgens analisten is het beursklimaat allesbehalve optimaal geweest de afgelopen maanden. De Amerikaanse president ontketende begin april een handelsoorlog met hoge importheffingen voor meer dan honderd landen.
Die onzekerheid had meerdere gevolgen. Allereerst leidde ze op de korte termijn tot grote koersvallen. Bijna alle bedrijven hadden te maken met bloedrode cijfers en de Amerikaanse VIX-index, die de beweeglijkheid van aandelenkoersen in de komende dertig dagen meet, stond in de dagen na Trumps aankondiging historisch hoog. Bovendien leidde de onzekerheid tot slechtere perspectieven voor bedrijven die al op de beurs aanwezig waren. Die trokken winstverwachtingen in of stelden ze ondanks goede resultaten in het eerste kwartaal niet naar boven bij.
Lees ook
Lees ook: Van Barbie tot Boeing: deze sectoren voelen de ‘Trump-dip’ nu al
Bedrijven die naar de beurs gaan, trekken daar zeker een half jaar tot een jaar voor uit. „Zo’n IPO bereid je maandenlang voor, dus wil je dat er een periode voor je ligt waarin het redelijk rustig is. De afgelopen maanden waren dat niet. Je gaat niet voor een beursgang wanneer de beurs 10 procent in de min staat”, zegt beleggingsanalist Nico Inberg van De Aandeelhouder.
Geen enkel bedrijf wil een mislukte beursgang op het cv hebben staan. En dus stellen ze een IPO liever even uit. Zo liet de Zweedse achterafbetaaldienst Klarna begin april weten af te zien van een geplande IPO in New York, slechts enkele dagen voordat die officieel zou plaatsvinden. Het bedrijf besloot daartoe toen de beurzen sterk daalden door Trumps aankondiging van importheffingen.
De afgelopen weken leek het iets rustiger te worden en bereikten de beurzen met name in de VS nieuwe recordhoogten. Maar komende tijd wacht een nieuwe test. Vóór 1 augustus moet er een handelsakkoord gesloten zijn tussen de EU en VS, anders volgen alsnog nieuwe importheffingen. „Je hebt stabiliteit nodig voor een IPO. Je weet ook nu weer niet wat er gaat gebeuren, dus is het logisch dat er ook de komende tijd nog niet veel te verwachten is op het vlak van beursgangen”, zegt Simon Wiersma, beleggingsstrateeg bij ING Investment Office.
2
Rente stijgt
Het is een eeuwenoude financiële wetmatigheid. Stijgt de rente, dan neemt de aantrekkelijkheid van aandelen af. Op staatsleningen valt dan immers met meer zekerheid rendement te behalen dan op de grilliger aandelenmarkten. Andersom geldt: is de rente op staatsleningen laag, dan zijn beleggers geneigd sneller in aandelen te stappen.
De rente die de Europese Centrale Bank rekent aan banken daalt weliswaar al een jaar of anderhalf, maar de rente op staatsleningen loopt juist op. „We kijken als graadmeter voor deze rentes naar twee grote blokken: de VS en Europa. En voor Europa nemen we Duitsland als graadmeter voor de kapitaalmarktrente. Die stijgt dit jaar”, vertelt Wiersma. Begin dit jaar lag de rente op Duitse staatsleningen met een looptijd van tien jaar op 2,3 procent. Inmiddels is dat 2,6 procent. In de Verenigde Staten ligt de rente met 4,5 procent zelfs nog bijna twee procentpunt hoger. Wat beleggers in de toekomst hopen te verdienen „wordt afgezet tegen de kapitaalmarktrente”. Wiersma: „Hoe lager die ligt, hoe gunstiger het kan zijn voor IPO’s.”
Als mensen wél geld in aandelen willen steken, kijken ze volgens Van Vlerken nu vooral naar bedrijven die al een beursnotering hebben. „Je ziet dat beleggers nu de voorkeur geven aan ondernemingen die ze al wat langer kennen”, zegt de Euronext-topman. „Die hebben ze geanalyseerd, ze hebben er al een mening over gevormd. Of ze zijn al aandeelhouder en weten wat ze kunnen verwachten. Dat geeft meer zekerheid dan investeren in nieuwe ideeën.”
3
Kapitaalbehoefte van bedrijven is lager
„Wat je vaak ziet, is dat als er veel gebeurt op overnamevlak, IPO’s volgen”, zegt Van Vlerken. Dat zit zo: een beursgang is een manier om geld op te halen om toekomstige overnames of uitbreidingen te financieren. Maar als het aantal overnames laag is, is er ook minder noodzaak om kapitaal op te halen. „Dus als er weinig gebeurt op overnamegebied, heeft dat ook weer effect op het aantal beursgangen.”
Vorige week werd bekend dat investeerder HAL en baggeraar Boskalis de Nederlandse activiteiten van bouwer VolkerWessels overnemen en Air France-KLM een meerderheidsbelang neemt in de Scandinavische luchtvaartschappij SAS. Maar het aantal overnamedeals wereldwijd lag in april van dit jaar op het laagste punt in twintig jaar tijd, meldde persbureau Reuters op basis van cijfers van databedrijf Dealogic. In de VS, de grootste markt voor overnames, werden slechts 555 deals afgerond. Dat was het laagste aantal in dat land sinds mei 2009.
Volgens cijfers van adviesbureau PwC is de markt inmiddels wat bijgetrokken, maar lag het overnamecijfer in de eerste helft van 2025 alsnog 9 procent lager dan in de eerste zes maanden van 2024. In het rapport staat dat bedrijven weliswaar overnames blijven doen, maar vooral in sectoren die minder geraakt worden door hoge importtarieven zoals in de dienstverlening of ondernemingen die voor de lokale markt produceren. „De markt is niet zo mild ten aanzien van bedrijven die daarbuiten vallen”, schrijft het bureau. „30 procent van de voorgenomen deals in de VS zijn in de ijskast gezet.”
Ook adviesbureau EY signaleert in een rapport naar de wereldwijde beursontwikkelingen dat door de onzekerheid in de markt, maar ook de gevolgen van de opkomst van AI voor het concurrentievermogen van sommige bedrijven „investeerders selectiever zijn in waar ze hun geld in steken en daarin veiliger en voorspelbaarder keuzes maken”. IPO-kandidaten „worden nu gedwongen” om „het beter te doen op financieel vlak” en „nog meer aan te tonen waar hun toegevoegde waarde zit” om investeerders aan te trekken.
De beursgang van Odido zou de grootste Europese beursgang van het jaar zijn
Bij Euronext verwachten ze inmiddels dat de meeste beursgangen die in 2025 mogelijk zouden komen, worden uitgesteld tot volgend jaar. Euronext-topman Van Vlerken wijst op verschillende periodes waarin traditioneel beursgangen plaatsvinden, windows in jargon. „Vaak is eind september of begin oktober zo’n moment dat de markt goed genoeg is om de stap naar de beurs te maken. Ik denk nu niet dat veel bedrijven van dat window gebruik gaan maken.”
Het volgende logische moment is vanaf november, tussen Thanksgiving in de VS en Kerstmis, vertelt Van Vlerken. „In die periode verwachten we dat in Nederland misschien nog één of twee bedrijven naar de beurs gaan. Ze gaan echt wel komen, maar de meeste IPO’s zullen gewoon voor 2026 zijn.”
Een van de Nederlandse bedrijven die dan naar de beurs zouden kunnen gaan is Odido. Vorig najaar meldde Bloomberg dat de telecomprovider deze stap zou onderzoeken. Het bedrijf bevestigde het in februari. Het zou een van de grootste Europese beursgangen van het jaar zijn. Ook bij Odido blijft de officiële aankondiging vooralsnog uit. Het FD schreef onlangs dat het bedrijf de eigen schuldpositie eerst wil verbeteren om zo aantrekkelijker te zijn voor investeerders. Een IPO in het najaar zou tot de mogelijkheden behoren.
Dat geldt ook voor ijsmaker The Magnum Ice Company, een afsplitsing van Unilever. Ex-topman Hein Schumacher beloofde dat het bedrijf een hoofdnotering aan de Amsterdamse beurs zou krijgen. Die stap moet voor het eind van dit jaar afgerond zijn, stelde Unilever in februari. Of dat gaat lukken, zal waarschijnlijk later deze maand blijken, als het levensmiddelenconcern de halfjaarcijfers presenteert.
Lees ook
Lees ook: Unilever komt belofte dit keer wel na: ijsjesbedrijf blijft in Nederland
Twee weken terug berichtte de Financial Times dat het Noorse softwarebedrijf Visma begin 2026 naar de Londense beurs zal gaan. Ook Amsterdam zou naar het bedrijf hebben gehengeld, maar vooralsnog zonder succes. Er zouden voor het bedrijf in het Verenigd Koninkrijk meer interessante investeerder te vinden zijn. Het was volgens analisten een opluchting voor beursuitbater LSE en de Britse financiële autoriteit FCA.
„Ik heb nog niet gehoord dat Visma al een definitief besluit heeft genomen. Maar het lijkt mij heel erg voor de hand liggen dat ze Amsterdam ook overwegen”, zegt Van Vlerken in een reactie. „Nederland is voor dit bedrijf de tweede thuismarkt, dus ik zou het mooi vinden als ze in ieder geval aan Amsterdam denken.”
Of de markt inderdaad in beweging komt, zal ook afhangen van wat er de komende tijd in de handelsoorlog gebeurt. Als het stuklopen van onderhandelingen net als in april leidt tot rode cijfers op de beurzen, kan het zo maar zijn Odido of Unilever de beursgang naar 2026 tillen. Van Vlerken: „Wat er gebeurt na zo’n deadline kan het enthousiasme voor nieuwe beursgangen wat temperen. Maar hoe het precies gaat lopen, is nu nog lastig te voorspellen.”
