De Nobelprijs voor chemie gaat dit jaar naar Demis Hassabis en John Jumper van Google DeepMind en David Baker van de universiteit van Washington voor hun onderzoek naar eiwitstructuren.
Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Judith Uitermark noemt het verzoek van PVV-Kamerlid Marco Deen om aan te sturen op het ontslag van burgemeester Femke Halsema van Amsterdam „ongepast”. Dat zei de minister tegen de pers na het debat over de begroting van haar ministerie.
Kamerlid Deen greep het begrotingsdebat aan om de minister te verzoeken „onmiddellijk gebruik te maken van haar recht om een verzoek tot ontslag van deze burgemeester in te dienen”. Dit verzoek volgde op tweets van PVV-leider Geert Wilders waarin hij zei dat Halsema „toestaat dat antisemitische [sic] tuig mag demonstreren” en „het land uit” moet.
Pro-Palestijnse demonstratie
Afgelopen maandag was er op de Dam in Amsterdam een herdenking van de terreuraanval van Hamas op Israël een jaar geleden. Burgemeester Halsema stond toe dat er in de buurt van die manifestatie een pro-Palestijnse tegendemonstratie plaatsvond. Tegendemonstraties moeten volgens de wet binnen zicht- en gehoorafstand van de oorspronkelijke betoging kunnen plaatsvinden. „Zo lang het vreedzaam gebeurt”, aldus Halsema. Dat mislukte. De herdenking werd korte tijd verstoord door tegendemonstranten. Uiteindelijk zijn er meer dan driehonderd pro-Palestijnse demonstranten aangehouden, de meesten omdat ze geen gehoor gaven aan de oproep van de burgemeester om de tegendemonstratie te ontbinden.
Uitermark reageert direct
„Er is geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om haar ontslag nu voor te dragen bij de koning”, aldus Uitermark. De minister koos ervoor om direct na het debat de pers hierover te woord te staan, in plaats van haar reactie te bewaren voor morgen. Dan is het tweede deel van het debat en is het de beurt aan de minister om te reageren op de inbreng van de Kamerleden.
Volgens Uitermark moeten burgemeesters moeilijke beslissingen nemen en verdienen ze om die reden „onze steun”. Burgemeester Halsema zal „als doorgewinterde politica” een „zorgvuldig besluit” hebben genomen. Bovendien is het aan de „lokale politiek” om de beslissingen van burgemeesters in eerste instantie te beoordelen, aldus Uitermark. Die lokale politiek maakte het Halsema niet moeilijk tijdens het debat dat woensdag plaatsvond in de Amsterdamse gemeenteraad over de demonstraties van afgelopen 7 oktober.
Lees ook
Burgemeester Halsema: ‘Het verwijt van het faciliteren van antisemitisme laat ik mij niet meer aanleunen’
Minister van Asiel en Migratie Marjolein Faber (PVV) moet afzien van het idee om borden bij asielzoekerscentra te plaatsen met daarop de boodschap dat er wordt „gewerkt aan uw terugkeer”, vindt de Tweede Kamer. Een meerderheid stemde woensdagmiddag in met een motie van CDA-leider Henri Bontenbal die daartoe opriep. Coalitiepartij NSC gaf de doorslaggevende stem.
Faber had het idee voor het plan gekregen op werkbezoek in Denemarken, zei ze vorige week tegen RTL Nieuws. Ze had ook borden gezien, al kon ze niet zeggen wat daarop stond: „Mijn Deens is niet zo goed”. VVD-Kamerlid Queeny Rajkowski noemde het plan „smakeloos” en ook BBB-leider Caroline van der Plas vond het „vluchtelingen pesten”, maar beide partijen stemden niet voor de motie van Bontenbal.
Het was niet het enige opmerkelijke moment tijdens Fabers bezoek aan de Tweede Kamer op woensdag. Zo zei de minister ook dat er „hele prille gesprekken” lopen met Oezbekistan, om te kijken of dat land bereid zou zijn afgewezen asielzoekers over te nemen. Oezbekistan heeft sinds kort ook zo’n afspraak met Duitsland.
Spreidingswet
Op woensdagmiddag bleek bovendien dat Faber de spreidingswet, de wet die regelt dat de opvang van asielzoekers beter over gemeenten wordt verdeeld, toch op korte termijn wil intrekken.
De spreidingswet is sinds 1 februari van kracht. De wet moet de opvang van asielzoekers beter verdelen over gemeenten, om zo de overvolle aanmeldcentra in Budel en Ter Apel te ontlasten. Op die laatste locatie slapen sinds maart vrijwel iedere nacht meer mensen dan de 2.000 die wettelijk zijn toegestaan.
Fabers partij, de PVV, is een fel tegenstander van de wet. De partij heeft in het regeerakkoord laten opnemen dat de wet zo snel mogelijk wordt ingetrokken.
Lees ook
Terwijl Ter Apel overvol is, zijn er in 40 procent van de gemeenten nog altijd geen opvangplekken
In de tussentijd zijn gemeenten echter ‘gewoon’ verplicht om voor 1 november plannen aan te leveren waarin staat hoe zij voor genoeg opvangplekken gaan zorgen. Eind september hield Faber, drie maanden na haar aantreden, voor het eerst een overleg met lokale bestuurders en ambtenaren van het COA. Daarin hield ze hen voor dat het afschaffen van de wet „twee tot drie jaar” zou duren.
Niet scherp
Een woordvoerder van Faber zei daarop tegen dagblad Trouw dat „we eerst alternatieven in kaart moeten hebben voordat de spreidingswet ingetrokken kan worden” en dat de minister „er rekening mee houdt dat dat nog even duurt”.
Maar dat was een „fout” en een „verkeerde voorstelling van zaken”, aldus Faber woensdag. „Ik was op dat moment niet scherp, dat was niet de bedoeling.” Volgens Faber was de reden voor de verwarring „vermoeidheid”.
De oppositie reageerde ontstemd. „Ongekend en onverantwoord om zoveel ruis te laten ontstaan”, zei Tweede Kamerlid Kati Piri (GroenLinks-PvdA). „Als het echt zo is dat de minister kennelijk verkeerd geïnterpreteerd was, waarom wacht ze dan twee weken om dat te corrigeren?”
Lees ook
Asielprobleem is voor de PVV slechts een voertuig naar macht
Aan boord van een onderzoeksschip op de Noord-Atlantische Oceaan kreeg deze verslaggever een golf zeewater over zich heen. Koud en zout! Oceanografen weten dat dit gedeelte van de oceaan, de Atlantische, de zoutste is van alle vijf oceaanbekkens op de wereld. In de Noord-Atlantische Oceaan regent het weinig en is er veel verdamping – wat de oceaan relatief zout maakt. De Perzische Golf is relatief zout doordat er nauwelijks zoet water in stroomt uit rivieren. Zoutgehalte varieert ook met diepte: over het algemeen zinkt zout water naar beneden door de hoge dichtheid ervan. In de Noord-Atlantische Oceaan zorgen stromingen voor subtiele variaties.
Tegenstrijdige uitkomsten
Dat roept de vraag op of mensen eigenlijk het verschillen in zoutgehalte van zeewater kunnen proeven? Experimenten geven tegenstrijdige uitkomsten. Erik van Sebille, oceaanwetenschapper aan de Universiteit Utrecht, mailt naar het schip dat hij zeven jaar geleden voor zijn studenten twee karaffen water met twee concentraties zout had gemaakt: „Eén representatief voor de Atlantische Oceaan (ongeveer 37 gram keukenzout per liter water) en één voor de Stille Oceaan (ongeveer 35 gram per liter).” Vervolgens liet de oceanograaf 24 studenten de verschillende mengsels proeven. De studenten konden het verschil van 2 gram zout per liter niet proeven. Oceaanwater is te zout om zo’n klein verschil van 6 procent in zoutgehalte te kunnen onderscheiden, denkt Van Sebille.
Een herhaling van zo’n smaakproef aan boord van het onderzoeksschip – en dan met echt zeewater van verschillend zoutgehalte – leverde wel resultaat op. Op de proeflocatie midden op de Atlantische Oceaan verschilt het zoutgehalte met de diepte: op 1.300 meter is het het minst zout, op 500 het zoutst en op de bodem bijna even zout als op 500 meter. De verslaggever vulde flessen met oceaanwater van de drie dieptes en schonk dat vervolgens in wijnglazen voor een groep van zeven zeelieden en onderzoekers. Alle zeven proefden inderdaad dat het water uit 1.300 meter het minst zout was. Dat is gek, want het verschil in zoutgehalte was hier minder groot dan in de proef van Van Sebille.
Kunnen mensen nu wel of niet het verschil in zout proeven in oceaanwater? Reuk- en smaakwetenschapper Sanne Boesveldt van de Wageningen Universiteit mailt van niet. „Net als bij een zoete smaak proef je het pas als het verschil 10 tot 15 procent is, ongeacht de concentratie.” Het verschil in zoutconcentratie in de oceaanbekkens van 6 procent is voor mensen dus niet waar te nemen.
De relatie tussen zoutconcentratie en onze subjectieve waarneming ziet er volgens Boesveldt uit als een curve. Volgens smaakexpert Wender Bredie van de Universiteit van Kopenhagen bestaat er ook een „plateau in zoutsmaak”, waarbij de zoutconcentratie zó hoog is dat meer zout toevoegen niets meer uitmaakt. Het is dan te zout om nog verschil te proeven. „Maar, bij zeewater heb je dat plateau nog niet bereikt.” Hij denkt, net als Boesveldt, dat de verschillen in zoutgehaltes van de oceaan te klein zijn om ze te proeven.
Alg-achtige smaak
Waarom proefden de proefpersonen aan boord dan toch een verschil? Volgens Broesveldt kan dat te maken met een „effect dat dumping heet: als we een smaak niet goed kunnen thuisbrengen, dumpen we die waarneming in een andere smaak”. Water uit verschillende diepten smaakt anders: uit de diepzee proeft water meer metaalachtig, de minder diepe lagen hebben een alg-achtige smaak. Het zou dus kunnen dat proefpersonen sommige vreemde smaken associëren met zout.
Lees ook
Dagen lang geen signaal. Alleen dolfijnen geven antwoord
<dmt-util-bar article="4868748" headline="Kun je proeven dat zeewater op de ene plek zouter is dan op de andere ?” url=”https://www.nrc.nl/nieuws/2024/10/09/kun-je-proeven-dat-zeewater-op-de-ene-plek-zouter-is-dan-op-de-andere-a4868748″>