Nieuwe kerncentrales worden waarschijnlijk staatsbedrijven

De Nederlandse staat bereidt zich voor om het volledige eigenaarschap van de twee geplande kerncentrales op zich te nemen. Zowel voor de bouw als de latere exploitatie kan de staat niet rekenen op deelname van private marktpartijen, zo schrijft minister Sophie Hermans (VVD) van Klimaat en Groene Groei aan de Tweede Kamer.

Dit najaar werd al bekend dat veel energiebedrijven, pensioenfondsen en andere marktpartijen het te riskant vinden om te investeren in de twee grote kerncentrales die het kabinet wil bouwen. NRC meldde toen dat de coalitie er rekening mee hield dat de staat de bouw voor een groot deel zelf zou moeten betalen. Tijdens de bouw is het risico op vertraging en kostenoverschrijdingen reëel, terwijl er nog geen inkomsten zijn.

Destijds leefde bij het ministerie de hoop dat marktpartijen na de bouw wel zouden willen deelnemen aan de exploitatie. Dat is immers de fase waarin er geld kan worden verdiend met de verkoop van opgewekte elektriciteit.

‘Vergaande stap’

Hermans wil nu een houdstermaatschappij oprichten die eigendom wordt van het ministerie van KGG. Daarin komen werkmaatschappijen waarin de kerncentrales worden ondergebracht, zowel voor de bouw als de ingebruikname. De minister spreekt van „een vergaande stap” die desondanks noodzakelijk is, omdat uit een marktconsultatie is gebleken dat private partijen „geen interesse” hebben.

De minister heeft overwogen om marktpartijen grote subsidies en garanties op bijvoorbeeld rendement aan te bieden, maar ziet daar nu vanaf. Met die constructie zou de verdeling tussen lusten (winst) en lasten (financiële risico’s) te negatief uitpakken voor de staat. Ook in andere landen zijn private partijen terughoudend, aldus de minister.

Met de voorgestelde constructie blijft er ruimte voor investeerders om in een later stadium alsnog mee te doen. Het is echter nog onzeker of de centrales rendabel worden, onder andere omdat de kosten van de bouw nog niet bekend zijn. Naar verwachting zijn de centrales op zijn vroegst in 2035 operationeel. Tot nu toe heeft het kabinet 14 miljard euro gereserveerd, maar dit is vermoedelijk ontoereikend.

Taboe

Kernenergie was decennialang taboe in Nederland, maar sinds een paar jaar staat het weer prominent op de politieke agenda. De coalitie ziet kernenergie als een belangrijk onderdeel van een toekomstige, ‘schone’ stroomvoorziening omdat wind- en zonnestroom niet altijd beschikbaar zijn. Volgens Hermans is het dan ook in het publieke belang dat de kerncentrales er komen. Zij wijst verder op het belang van „strategische autonomie”, omdat Nederland met eigen kerncentrales minder afhankelijk van andere landen zou zijn voor zijn energievoorziening.

In de toekomstige houdstermaatschappij kan ook het eigendom worden ondergebracht van de huidige kerncentrale in Borssele. Die centrale, die in 1973 in bedrijf is genomen, is voor 70 procent eigendom van de provincie Zeeland en een aantal gemeentes. De overige 30 procent is in handen van het Duitse energiebedrijf RWE. De provincie en gemeentes hebben het Rijk gevraagd hun aandelen over te nemen, omdat zij de financiële risico’s niet langer willen dragen.


Lees ook

Bij Borssele moeten vier nieuwe kerncentrales komen. Heeft de overheid geleerd van haar fouten in Groningen?

Critici van de nieuwe kerncentrales vrezen dat hun ‘leefomgeving’ wordt aangetast, bijvoorbeeld door nog meer hoogspanningskabels.