Net zo trainbaar als een oorlogssituatie: de strafschop

In de perfecte strafschoppenserie van Engeland tegen Zwitserland (5-4) tijdens de kwartfinale van het EK lijkt iedere speler zijn eigen plan te volgen. Trent Alexander-Arnold schiet in de linkerbovenhoek, Bukayo Saka rechtsonder. Jude Bellingham onderbreekt zijn aanloop, wacht tot de keeper een kant kiest en schiet de bal in de andere hoek, terwijl de rest ogenschijnlijk vooraf de richting van het schot heeft bepaald.

Kijk naar wat er direct voor en na de strafschoppen gebeurt en een patroon wordt zichtbaar. Als het fluitje van de scheidsrechter klinkt, wachten de Engelse spelers nog een seconde of vijf voordat ze beginnen aan hun aanloop – aanmerkelijk langer dan de Zwitsers. In die pauze halen ze diep adem, zo diep dat de schouders een klein sprongetje maken. Zodra de bal in het doel ligt, stapt een medespeler uit de middencirkel naar voren om de penaltynemer te begroeten en mee terug te nemen naar de groep. Een ‘buddy-systeem’, concludeert The Athletic.

Engeland heeft een beroerde penaltyreputatie, alleen Nederland is slechter

Engeland, deze woensdagavond de tegenstander van Oranje in de halve finale van het EK, heeft een beroerde strafschoppenreputatie. Van de elf penaltyseries waar ze aan meededen op eindtoernooien wonnen de Engelsen er maar vier. Onder de grote voetballanden heeft alleen Nederland een zwakker elfmeter-cv, met twee overwinningen in acht shootouts. Duitsland en Argentinië zijn juist bijna onverslaanbaar, met zes zeges tegenover één verloren strafschoppenserie. Zo’n kwart van de knock-outrondes op EK’s wordt door penalty’s beslist.

De laatste Engelse nederlaag is een pijnlijke herinnering voor sommige leden van de huidige selectie. Drie jaar geleden verloor Engeland voor eigen publiek de EK-finale tegen Italië na strafschoppen. Saka, toen 19 jaar, miste de laatste penalty. Het kwam coach Gareth Southgate, die zelf een strafschop verprutste in de verloren halve eindstrijd tegen Duitsland op het EK in 1996, op veel kritiek te staan. Saka was te jong om te belasten met zo’n cruciale taak, oordeelden Engelse media.

Nachtmerries

Sindsdien is er veel veranderd. Saka geldt inmiddels als betrouwbare penaltynemer, net als zijn teamgenoten die de klus klaarden tegen Zwitserland. Ivan Toney nam 32 strafschoppen in zijn loopbaan en scoorde dertig keer. Dat komt neer op een succespercentage van 94 procent, terwijl in de Premier League gemiddeld ‘maar’ vier op de vijf penalty’s raak zijn. Ook Harry Kane mist zelden (76 benutte strafschoppen uit 87 pogingen, een succespercentage van 87 procent.) Cole Palmer faalde zelfs nog nooit.

Toch was het vooral de manier waaróp Engeland de laatste serie afwerkte die indruk maakte op de Noorse sportpsycholoog Geir Jordet. Southgate stelde jaren geleden een handvol specialisten aan om zijn team beter te maken in strafschoppenseries. Het resultaat was zichtbaar tegen Zwitserland, zegt Jordet. „Ze hadden een duidelijk plan dat vooraf was geoefend, iedereen wist precies wat hij moest doen. Dat buddy-systeem had ik nog nooit gezien, maar het is slim bedacht. Zo voelt de penaltynemer zich minder alleen.”

Jordet, hoogleraar het Noorse Instituut voor Sportwetenschap in Oslo, doet al decennialang onderzoek naar wat hij „de psychologie van de strafschop” noemt. Hij bestudeerde het gedrag van duizenden penaltynemers en keepers en sprak met tientallen topvoetballers over hun ervaringen en routines. Eerder dit jaar publiceerde hij Hoogspanning – lessen uit de psychologie van de strafschop, een boek waarin hij zijn belangrijkste bevindingen heeft samengebracht.

Aangrijpend zijn de ervaringen van spelers die op cruciale momenten misten. De Italiaanse stervoetballer Roberto Baggio schoot in de finale van het WK in 1994 hoog over, waardoor Brazilië wereldkampioen werd. Het was het ergste moment uit zijn loopbaan, jaren later had hij er nog nachtmerries van.

Minstens zo indringend zijn beschrijvingen van het moment zelf. Zoals deze van Steven Gerrard, die miste voor Engeland tijdens de verloren strafschoppenserie tegen Portugal (WK 2006, kwartfinale): „Jezus, ik wou dat ik als eerste mocht. Dan heb je het achter de rug. Het wachten maakte me gek. Schiet op, scheids! Waarom wacht je? Vanbinnen schreeuwde ik.”

De herinnering van Gerrard toont een emotie waar volgens Jordet alle nemers van cruciale strafschoppen mee om moeten gaan: angst. Zelfs voor ‘specialisten’ als Erling Haaland zijn belangrijke penalty’s, waarbij falen relatief grote gevolgen heeft, bijzonder stressvol. „Een van de meest zenuwslopende momenten uit mijn leven”, noemt Haaland een strafschop voor Manchester City in de laatste minuut van een belangrijke Premier League-wedstrijd, bij een gelijke stand.

Haaland kon zijn zenuwen de baas. Hij scoorde en uiterlijk leek hij onbewogen. Maar bij veel spelers is het ongemak zichtbaar, zeker in strafschoppenseries op WK’s en EK’s. Ze vermijden oogcontact met de keeper, hun blikken schieten alle kanten op en, zoals Gerrard al duidelijk maakte: ze hebben haast. Gerrards teamgenoot Jamie Carragher had zelfs zoveel haast in die kwartfinale tegen Portugal dat hij al vóór het fluitsignaal aan zijn aanloop begon, werd teruggefloten, en miste.

Mentaal spel

Volkomen natuurlijk gedrag, zegt Jordet. Spelers vinden dat moment op de strafschopstip, met de ogen van natie op zich gericht, zo onprettig dat ze willen dat het zo snel mogelijk voorbij is. Voor keepers ligt daar een kans: vertragen. Zoals de Engelsman Jordan Pickford zaterdag deed in de kwartfinale, bij de penalty van Manuel Akanji. Pickford wandelde rustig richting cornervlag, waar hij zijn bidon ‘per ongeluk’ had laten liggen. Al die tijd stond Akanji te wachten. Toen het fluitsignaal eindelijk klonk, snelde hij naar de bal. Pickford stopte zijn schot eenvoudig.

Spelers die een paar seconden de tijd nemen nadat de scheidsrechter heeft gefloten, scoren significant vaker dan strafschoppennemers die direct aanleggen. Een pauze nemen suggereert regie, zelfvertrouwen en kan de keeper onzeker maken. Ook opvallend: penalty’s om een strafschoppenserie te winnen, treffen negen van de tien keer doel. Van strafschoppen om in de wedstrijd te blijven, waarbij falen uitschakeling betekent, gaan vier op de tien mis.

Wat zegt dit? In de eerste plaats dat strafschoppenseries voor een belangrijk deel een mentaal spel zijn, een conclusie die breed wordt onderschreven. Veel meer discussie is er traditioneel over de vraag in hoeverre je kunt trainen op het mentale aspect van penalty’s. Topcoaches als Didier Deschamps (bondscoach Frankrijk), Carlo Ancelotti (Real Madrid) en ook Ronald Koeman zijn sceptisch. „Ik ben er nog steeds van overtuigd dat je strafschoppen niet helemaal kunt trainen met de hulp van psychologen”, zei de bondscoach voorafgaand aan het EK. „Het gaat om het moment. Dat kun je niet trainen.”

Andere trainers, zoals Koemans voorganger Louis van Gaal en oud-bondscoach van Spanje Luis Enrique, geloven dat routine belangrijk is. In aanloop naar het WK in Qatar droegen ze spelers op veelvuldig strafschoppen te oefenen bij hun club. Van Gaal huurde daarnaast een voormalig volleybalcoach in om zijn selectie mentaal te prepareren. Zowel Nederland als Spanje werd uitgeschakeld na penalty’s, door respectievelijk Argentinië en Marokko. Conclusie van Van Gaal: „Je kan zo’n reeks nu eenmaal niet simuleren.”

Niet helemaal, erkent Jordet. Maar dat betekent niet dat trainen op strafschoppen zinloos is. „De stress van een oorlogssituatie kun je ook niet nabootsen”, zegt Jordet, „toch begrijpt iedereen dat militaire oefeningen waarde hebben als voorbereiding op een echt gevecht.”

Opgewonden trainer

Door de heersende scepsis gaan de meeste teams niet ver genoeg om een strafschoppenreeks te simuleren, stelt Jordet. Individueel routine kweken, tegenstanders analyseren, stressbestendigheid meten, dat wordt langzaam maar zeker gemeengoed. Maar collectief een penaltyserie oefenen, zo ‘echt’ mogelijk en liefst met een vervelende tegenstander, nadenken over wat de eigen strafschoppennemers kan helpen, afspraken maken over wie een medespeler troost als hij heeft gemist – dat gebeurt veel minder. Terwijl juist dat volgens Jordet een gevoel van controle geeft.

En dan is er nog de rol van de coach. Bekend is het beeld van de trainer met blocnote die opgewonden aanwijzingen en peptalk geeft te midden van een kring van spelers, reserves en assistenten. Zo stond Southgate er ook bij, vlak voor de verloren strafschoppenserie tegen Italië. Afgelopen weekend had de bondscoach alleen de elf spelers om zich heen die de verlenging uitspeelden en nog een strafschop mochten nemen, zelfs aanvoerder Kane stond op afstand.

Ook daar is ongetwijfeld over nagedacht, zegt Jordet. Southgate straalde rust uit, overzicht. „Als het op penalty’s aankomt treft het Nederlands elftal in Engeland een formidabele tegenstander”, concludeert de Noor. „Oranje heeft een voordeel: ze hebben gezien hoe Engeland het aanpakt. Daar kan Nederland zich op voorbereiden, een plan bedenken om het Engelse proces te ontregelen.”