N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Caroline van der Plas BBB nodigde premier Mark Rutte uit voor een lunch. „Het draagvlak voor zijn kabinet is opgezegd”, vindt Caroline van der Plas.
In de verkiezingscampagne had Mark Rutte als VVD-leider geen tijd voor Caroline van der Plas van BBB, nu is alles anders: deze dinsdag ging Rutte met haar lunchen op de ‘hooizolder’ van restaurant De Landbouw in Wassenaar. En dus niet, zoals elke dinsdag, met de vicepremiers van D66, CDA en ChristenUnie.
Bij Thaise pompoensoep met spekjes en broodjes met ham, kaas en zalm kreeg Rutte van Van der Plas te horen dat er volgens haar een diepe vertrouwenscrisis is in Nederland, die vooral híj zich zou moeten aantrekken. En dat er dringend iets moest veranderen aan de stikstofplannen van het kabinet: Rutte IV moet volgens BBB 2030 loslaten als het jaar waarin de doelstellingen voor de stikstofreductie gehaald moeten zijn, boerenbedrijven mogen van BBB niet worden onteigend.
BBB had Rutte uitgenodigd en de locatie geregeld. In de hal van de Tweede Kamer zegt Van der Plas daarna dat ze van Rutte had willen horen hoe hij de uitslag van de verkiezingen zag: BBB werd in alle provincies de grootste partij en komt volgens de laatste prognose met 17 zetels in de Eerste Kamer. De coalitie van VVD, D66, CDA en ChristenUnie houdt, zoals het er nu naar uitziet, 22 zetels over – tien minder dan nu. Voor een meerderheid zijn er 38 nodig. „Het draagvlak voor dit kabinet is opgezegd”, zegt Van der Plas. „Ik wilde weten hoe serieus hij dat neemt.”
Half uur te vroeg
Wat Rutte daarover zei, vertelt ze niet. Dat is, vindt ze, aan hem. Ze zegt dat ze op de hooizolder wel „twee of drie keer” over de vertrouwenscrisis had moeten beginnen. „Ik zag dat hij luisterde, maar of hij het gehoord heeft, dat zullen we moeten zien.” Het was een „vriendelijk gesprek” geweest, het had een uur geduurd en nee, zegt ze: Rutte had niet geprobeerd om haar met veel complimenten voor zich te winnen, zoals hij graag en vaak handig doet. Van der Plas, die twee fractiemedewerkers had meegenomen: „Wij waren er een half uur te vroeg zodat wij hém konden ontvangen en niet andersom, en we zaten al klaar aan één kant van de tafel. Hij kwam tegenover ons zitten.”
Ze steekt haar hand uit: zo hadden ze elkaar begroet, over de tafel heen. „Dus ik ben niet doodgeknuffeld.”
CDA tegenover D66
Rutte is dan alweer terug naar zijn ministerie op het Binnenhof, waar hij laat weten dat het een „goed gesprek” was. En waar hij alsnog met de vicepremiers praat. In Rutte IV staan vooral CDA en D66 fel tegenover elkaar: D66 wil vasthouden aan de afspraken in het coalitieakkoord over stikstof, bij het CDA, is het idee dat er dan helemaal niets meer overblijft van hun partij.
In de Tweede Kamer voorspelt Van der Plas de val van Rutte IV. „Nog vóór het eind van het jaar.” In de grote vergaderzaal, later die middag, houden de coalitiepartijen met z’n vieren een debat tegen over de verkiezingsuitslag, aangevraagd door Jesse Klaver van GroenLinks. Zijn partij, en de hele oppositie, wil weten wat er nu gebeurt met de kabinetsplannen over stikstof, en ook over asiel – Rutte IV wil met een ‘spreidingswet’ gemeenten kunnen dwingen om asielzoekers op te vangen. Maar volgens VVD, D66, CDA en de ChristenUnie draait het nu om „de provincies”, en kunnen ze het in debatten die al gepland staan ook wel hebben over stikstof en asiel.
Zo houdt de coalitie vaker debatten tegen die de oppositie graag wil, maar is die tijd voorbij nu álle coalitiepartijen verzwakt uit de verkiezingen zijn gekomen? Klaver vraagt een hoofdelijke stemming aan, maar net voordat die zal worden gehouden, wordt duidelijk: de coalitie van Rutte IV geeft toe, het debat komt er toch, op 4 april.