Nederlanders spreken liefdevol én gelaten over Europa: ‘Er gebeurt toch wat er gebeurt’

Leen Westerhof (66) uit Groningen-stad is net zijn camper aan het witten als de NRC-verslaggever zijn straat in wandelt. Heeft hij tijd om over de Europese verkiezingen te praten? Straks als het kan, want „kwast en roller drogen snel uit”. De camper wordt paraat gemaakt voor de vakantie, een trektocht door Portugal en Spanje.

„Nederland is een klein land”, zegt Westerhof als hij zijn materiaal heeft opgeborgen. „We hebben Europa nodig.” Hij voelt zich op-en-top Europeaan, vertelt hij. Vooral wanneer hij zonder veel gedoe landsgrenzen oversteekt.

In aanloop naar de Europese verkiezingen, donderdag aanstaande, spraken NRC-verslaggevers in zeven uiteenlopende buurten, in zeven provincies, met 69 mensen over Europa. Tijdens de verkiezingen kiezen de burgers van de landen van de Europese Unie hun vertegenwoordigers als leden van het Europees Parlement. Worden Nederlanders beziggehouden door die verkiezingen? Wat merken ze van Europees beleid in hun dagelijks leven?

Aperol Spritz

De vraag of mensen zich eigenlijk wel Europeaan voelen, roept veel romantische vakantiegevoelens op. Toen Marja (53) uit Purmerend (geen achternaam vermeld vanwege privacyredenen) tijdens haar laatste vakantie in Italië op een schilderachtig dorpsplein een Aperol Spritz bestelde, was ze „trots”. Dit was ook háár Europa. „Zo voelt dat.” Zelfs landschappen die zo anders zijn dan het vlakke Nederland, zijn een klein beetje van ‘ons’. Europa is op zo’n moment heel eigen en dichtbij.

Leen Westerhoff in Groningen: „We hebben Europa nodig.”
Foto Dieuwertje Bravenboer

Een stel uit Purmerend dat de deur opendoet getooid in matchende overhemden met varens, vertrekt binnenkort op vakantie met „de grijze golf” van gepensioneerde Nederlanders die hun reizen net buiten het zomerseizoen boeken. Dan is het rustiger. Zestigers Peter en Tineke Schoester trekken Europa door. „Een prachtig gebied”, zegt Tineke. Ze vindt het bovendien „heerlijk” dat er tegenwoordig geen files meer bij de grenzen staan.

Die vrijheid van reizen in de Europese Unie, die in de loop van de jaren negentig verder toenam, heeft een gevoel van verbondenheid met Europa aangewakkerd, zo blijkt. „We benadrukken graag de verschillen tussen de inwoners van Europese landen”, ziet Lex Solleveld (55) uit De Meern in Utrecht. Maar dat ziet hij als een teken van genegenheid. „En de kern is: we hebben elkaar volledig geaccepteerd en we werken graag met elkaar samen. Als je Europeanen hoort praten over Amerika, of je komt een andere Europeaan tegen in Amerika, dan merk je: we herkennen elkaar.”

De NRC-verslaggevers bezoeken de buurten in de dagen rondom de finale van het Eurovisie Songfestival. Uit een gezinswoning in Purmerend schalt het lied van Joost Klein, waarmee Nederland aan de liedjeswedstrijd meedeed toen Klein nog niet gediskwalificeerd was:

Bezoek m’n friends in France/ Of neem de benen naar Wenen/ Ik wil weg uit Netherlands/ maar m’n paspoort is verdwenen/ Heb gelukkig geen visum nodig/ Om bij je te zijn / Dus neem de bus naar Polen/ Of de trein naar Berlijn.

Klein bezingt het Europa dat de ondervraagden blijken te omarmen en niet meer kwijt zouden willen.

Dure boodschappen, vieze huizen

Niet bij iedereen komt dat warme Europese sentiment bovendrijven. In de Rotterdamse wijk Rubroek, waar veel mensen met een benedengemiddeld inkomen wonen, worden veel blikken onverschillig als de verslaggever naar hun mening over Europa vraagt. De meeste mensen wilden niet over het onderwerp in gesprek. Het kolossale bord waarop de ‘Verkiezing Europees Parlement, donderdag 6 juni’ wordt aangekondigd ten spijt. In deze buurt beginnen bewoners vooral over hun dagelijkse problemen: dure boodschappen, kleine huizen, de vieze buitenruimte.

Als in de andere buurten het gesprek wordt gestuurd van vakanties en open grenzen naar het Europese beleid, verdwijnen de dromerige blikken en kantelen de gemoederen. Dan volgen samengeknepen ogen en grimassen. En voelt Europa veel verder weg, ongrijpbaarder.

Hanny Braakhekke (69) uit Rozendaal, grappend als we haar naar de aanstaande verkiezingen vragen: „Toen Joost Klein gediskwalificeerd werd op het songfestival, dacht ik meteen: laat maar met dat hele Europa.”

Petra Glazenburg (58) uit Groningen is zorgplanner in een ziekenhuis en vindt de Europese Unie een „onoverzichtelijk geheel”.

„Het is te groot en te diffuus.” Ze zitten daar gewoon „hup, geld uit te geven”, zegt Ike van der Worp (55) uit Deventer, „maar niemand weet wat ze doen”. Ze laadt net haar boodschappentas op haar scooter. „Europa: kun je niets mee.”

De Europese Unie is een onoverzichtelijk geheel. Ze is te groot en te diffuusPetra Glazenburg zorgplanner in een ziekenhuis

Annemarie Moling (29), ook uit Deventer, voelt zich machteloos, blijkt uit alles wat ze zegt. Dat gevoel hangt samen met de oorlog in Gaza. „De EU zou Israël onder druk moeten zetten om een einde te maken aan de situatie in Gaza.” In haar omgeving leeft die oorlog enorm. „Maar politiek gebeurt er niks.”

Joost Laagland (82) uit Rozendaal gaat vanwege een soortgelijk gevoel van onmacht waarschijnlijk niet stemmen. „Ik denk dat ik weg ben. Naar de boot in Friesland.” Buiten dat: „Deze verkiezingen zijn zo groot dat mijn invloed klein is. Ze doen maar wat ze willen. Er gebeurt toch wat er gebeurt.”

Onderwijsondersteuner Margriet Les (60) uit Groningen voelt dat net zo. „Je stem is één van de miljarden”, zegt ze. „Een druppel op de gloeiende plaat.” Maar zij wil wel stemmen. „Het is toch een druppel.”

Je stem is één van de miljarden. Een druppel op de gloeiende plaat. Maar het is toch een druppelMargriet Les onderwijsondersteuner

Marjo Schinning (59) zit in Rozendaal in de zon bij een beekje, samen met haar zwangere schoondochter. Ja, ze kan wel een beetje invloed uitoefenen op het Europese beleid, zegt ze gelaten. „Ik kan er wat van vinden, want ik kan mijn stem uitbrengen.” Maar ze twijfelt aan het nut. Zie hoelang het in het kleine Nederland al duurt om een kabinet te vormen. „Dan denk ik van: ik houd het maar bij de leuke dingen die je met je gezin hebt. Wat er om ons heen gebeurt, dat blijft gebeuren. Ook al protesteer je.”

Julia Kruit (21), student geneeskunde, uit Rubroek is optimistischer: „Als individu heb je misschien weinig macht, maar alle Nederlandse stemmers bij elkaar hebben wel macht.”

Mopperen

Decennia lag het percentage stemmers onder de 40 procent. Tot de verkiezingen van vijf jaar geleden, toen de opkomst plotseling een paar procent hoger uitviel. Ruim 40 procent van de kiesgerechtigden bracht in dat jaar hun stem uit. De NRC-verslaggevers spraken opvallend veel mensen – zo’n driekwart van alle respondenten – die zeiden te gaan stemmen. Wellicht werken die mensen liever mee aan een gesprek, maar hun toezegging rijmt met een recente peiling van het Europees Parlement, waaruit blijkt dat dit jaar opnieuw iets meer Nederlanders hun stem uit willen brengen.

Julia Kruit in Rubroek: „Alle Nederlandse stemmers bij elkaar hebben wel macht.”
Foto Dieuwertje Bravenboer

Vooral uit plichtsbesef trekken de mensen uit het buurtonderzoek donderdag naar de stembus. Omdat „stemrecht een verworvenheid” is. „Als je niet gaat stemmen, moet je ook niet mopperen”, zegt de 62-jarige Nolly Silverenberg uit het Noord-Brabantse Elsendorp. Maar het gevoel overheerst dat die stem amper verschil maakt in het grote geheel.

Daarnaast hebben de meeste mensen nog geen idee naast welke naam ze straks het vakje rood kleuren. „Ik weet nog niet eens op welke partijen ik kán stemmen”, zegt Ike uit Deventer. „Ik kies gewoon altijd degene met de leukste naam. Vorige keer heb ik mijn dochter laten kiezen. Leuk spelletje, toch?”

Het Rotterdamse Rubroek.

Foto’s Dieuwertje Bravenboer

Veel mensen die NRC sprak, denken ongeveer hetzelfde te stemmen als tijdens de Tweede Kamerverkiezingen. Een enkeling noemt een concrete naam van een Europarlementariër, zoals de 29-jarige Vincent Mercera uit rubroek, die een vriend in de Europese politiek heeft. Vaak sturen mensen het gesprek richting de kabinetsformatie, vooral als het gaat over thema’s die zij belangrijk vinden. „Ik ben wel voor Wilders”, zegt de 27-jarige Igor uit Deventer, die vanwege privacyredenen niet met achternaam in de krant wil. „Het is misschien een gevaarlijk mannetje, maar hij let wel op de woningnood.” Nederland en Duitsland zijn „altijd de eerste die moeten bijspringen als er een land in de problemen komt”, vindt Igor. „Denk eerst maar eens aan het eigen volk – wat dat betreft ben ik het met Wilders eens.”

Dick Schoof

Later bellen we een aantal respondenten nog eens, nadat bekend is gemaakt dat Dick Schoof de beoogde premier is en het nieuwe kabinet nu toch echt lijkt te gaan worden gevormd. Hoe kijken ze naar deze ontwikkeling, met betrekking tot de Europese verkiezingen?

Nolly Silverenberg uit Elsendorp ziet in Schoof wel een goede premier. „Het is een knappe man”, zegt ze. „En hij schijnt ook een goede bestuurder te zijn, dat moet hij nu gaan bewijzen.”

De meesten weten nog weinig over Schoof – al helemaal niet hoe hij denkt over Europa. Hij komt over als een „nette kerel”, zegt Geerd Wyrdeman (71) uit Rozendaal, „maar je weet nooit welke aap er uit zijn mouw komt”. Wyrdeman heeft „goede hoop” dat Schoof een stuk pro-Europeser is dan Wilders”.

De Groningse Oranjebuurt.

Foto’s Dieuwertje Bravenboer

De 73-jarige Carla Alma uit Groningen wist wel van het bestaan van de oud-AIVD-topman. „Schoof wordt als neutraal omschreven. Dat kan ook een nadeel zijn. Als je geen opvattingen hebt, dan ga je naar de pijpen dansen van degenen die de macht hebben.” Wilders dus, zegt ze. „Ik ben er niet zo blij mee.”

Nollen Silverenberg stelt daarentegen: „Dat er in Nederland nu een akkoord is gesloten over een nieuw kabinet en dat er ook een premier is gevonden, maakt voor de Europese verkiezingen niets uit.”


Lees ook
Dick Schoof is geen bedreiging voor Wilders, en wel bereid grenzen op te zoeken

Dick Schoof tijdens de persconferentie dinsdagmiddag, als beoogd premier van de nieuwe coaltie.

Invloed

De meeste mensen die NRC sprak, hebben niet de indruk dat ze invloed hebben op wat de EU beslist. Andersom stelt Vincent Mercera uit Rubroek dat Europees beleid ook „geen invloed” heeft op zijn leven. „We hebben in Nederland onze eigen wetten.” Veel respondenten denken daar heel anders over. Die hebben een zekere angst voor wat Europa voor hen gaat bepalen. Vaak zien ze het instituut ‘Europa’ een beetje als een bemoeial. Zoals de 52-jarige Bas Coops uit Rozendaal die op de VVD gaat stemmen. Op de oprit staat een blinkend zwarte Landrover. „Je ziet wat voor auto ik heb, hè. Dat zijn niet de meest milieuvriendelijke auto’s. Dus al die milieumaatregelen, de brandstofprijs omhoog en de wegenbelasting omhoog, dat gaat mij raken. Ik denk dat ik ’m straks weg moet doen, want dan is ’t niet meer te betalen. Al je pleziertjes worden je afgepakt.”

Vincent Mercera in Rubroek: „We hebben in Nederland onze eigen wetten.”
Foto Dieuwertje Bravenboer

Sinds we in de EU zitten, is alles „erg duur geworden” constateert Hans Alink (68) uit Rozendaal. „De prijzen zijn verdubbeld sinds de invoering van de euro, maar de salarissen niet.”

De 85-jarige Coby de Groot uit Elsendorp, die opgroeide als de enige dochter op een boerderij, ziet dat boeren worstelen met Europese inmenging. Ze gaat BBB stemmen.

Elsendorp in Noord-Brabant.

Foto’s Dieuwertje Bravenboer

Onderwerpen die mensen het vaakst zelf opbrengen, als het om inmenging van Europa gaat, zijn migratie en klimaat. „Moeten we iedereen maar binnenlaten?”, vraagt Nolly Silverenberg zich af. „Iedereen krijgt een huis, maar Nederlanders niet.”

Ook Johan Spierings (64), maaltijdbezorger en voormalig caféhouder, vindt migratie een van de belangrijkste onderwerpen. „We worden overspoeld door asielzoekers. Economische vluchtelingen hebben we niet nodig.”

Niet alle ondervraagden noemen als eerste de negatieve impact van Europees beleid. Kees van der Kolk (73) uit De Meern weegt zijn antwoord. Welke impact heeft het op hem? „Hier moet ik even over nadenken. Wetgeving over medicijnen bijvoorbeeld. Het coronavaccin is er met behulp van Europa snel gekomen. De welvaart in Nederland is enorm toegenomen omdat we niet allerlei invoerrechten hoeven te betalen binnen de Europese Unie. Ik heb de tijd nog meegemaakt dat dat wel moest. Toen was ik bijrijder op een vrachtwagen.”

Johan Spierings in Elsendorp: „We worden overspoeld door asielzoekers.”
Foto Dieuwertje Bravenboer

Ook Anke (32) uit De Meern-Zuid, een buurt met veel jonge gezinnen, is optimistisch. „De afspraken over het klimaat, die komen natuurlijk voort uit Europees beleid en worden geconcretiseerd in Nederland.”

Lex Solleveld (55) uit De Meern vindt het juist in het huidige politieke tijdgewricht „gunstig” dat Europa „voor een groot deel bepaalt” wat mag in Nederland. „Stel we hebben politici in Nederland die een extreem standpunt innemen, dan kun je zeggen: wacht even, we hebben een afspraak gemaakt in Europa. Daar hebben we lang over nagedacht. Het is een waarborg.”

Terugvechten

NRC wilde ook weten of mensen vinden dat Europa sterk moet staan tegenover de rest van de wereld. Evident is dat Nederland op zichzelf te klein is om zich te verdedigen tegen grote machten, vindt Hanny Braakhekke. „China, Rusland, dat zijn gevaarlijke landen. Wat betekenen onze strijdkrachten dan nog? Maar ik ben eigenlijk helemaal antimilitair. Je wordt aangevallen, waar blijf je dan? Je moet dan toch terugvechten. Ja, wat krijgen we dan? Allemaal doden.”

Als politici in Nederland een extreem standpunt innemen, kun je zeggen: we hebben een afspraak met Europa. Het is een waarborgLex Solleveld IT’er

We zouden sterk moeten staan, zegt Peter Schoester uit Purmerend, maar hij vindt dat op het leger veel te veel is bezuinigd, waardoor Nederland nu zwak staat. „Het moet zeker eerst fout gaan voordat we iets gaan doen.” Typisch Nederlands, meent hij. „We tolereren veel en gaan dan pas handhaven.”

Europa is op haar retour, vindt Bas Coops. „We waren samen met de Verenigde Staten en Japan echt wereldleiders, maar je ziet dat verschuiven.” „Een Europees leger is wel belangrijk, vooral voor Nederland, want we hebben eigenlijk niets.”


Lees ook
NRC sprak 336 kiezers in 24 buurten, en ziet een land dat naar binnen keert. Er is geen vertrouwen dat de politiek de problemen oplost

Verkiezingsposters op het dorpsplein in Ouwerkerk, Zeeland