Nederland moet de export van reserve-onderdelen voor F-35-gevechtsvliegtuigen aan Israël staken. Dat heeft het Gerechtshof in Den Haag bepaald in een rechtszaak van drie maatschappelijke organisaties tegen de staat.
Volgens het Hof is sprake van een „duidelijk risico” dat Israël „ernstige schendingen van het humanitair oorlogsrecht” begaat met de aanhoudende bombardementen op Gaza, waarbij grote aantallen burgers om het leven komen. Nederland had daarom de leveringen vanuit een distributiecentrum op vliegbasis Woensdrecht moeten opschorten, op grond van internationale verdragen voor de wapenhandel, aldus het Hof.
Het F-35 Regional Warehouse op vliegbasis Woensdrecht speelt een sleutelrol in de bevoorrading van F-35-landen in de regio, waaronder Israël. Afgelopen november meldde NRC dat ambtenaren van het ministerie van Buitenlandse Zaken ter overweging hadden gegeven om de uitvoer van reserve-onderdelen vanuit het F-35 Regional Warehouse naar Israël te staken, omdat er met de gevechtsvliegtuigen mogelijk „ernstige schendingen van het humanitair oorlogsrecht” worden begaan bij de aanhoudende bombardementen op Gaza. Demissionair minister van Buitenlandse Zaken Liesje Schreinemacher (VVD) besloot echter de leveringen door te laten gaan: de diplomatieke betrekkingen met Israël en de VS en de Nederlandse positie in het F-35-programma wogen zwaarder.
Lees ook
Waarom Woensdrecht een spilfunctie heeft bij de F-35’s voor Israël
Kort geding
Na de publicatie in NRC spanden Oxfam Novib, Vredesbeweging Pax en The Rights Forum een kort geding aan tegen de staat om te eisen dat de leveringen worden gestaakt. Volgens de maatschappelijke organisaties zijn de leveringen in strijd met het gemeenschappelijk EU-standpunt voor de export van wapens en met het VN-Wapenhandelsverdrag. De rechtbank Den Haag bepaalde echter dat de staat een weging mag maken tussen politieke belangen en veiligheidsbelangen en het internationaal recht.
Het Hof is het daar niet mee eens, en stelt dat mogelijke schendingen van het humanitair oorlogsrecht een „dwingende weigeringsgrond” opleveren. De minister heeft daarom de verkeerde afweging gemaakt en onrechtmatig gehandeld. Het Hof geeft de staat zeven dagen om de export van reserve-onderdelen naar Israël alsnog te staken. Het verzoek van de staat om de uitvoering van het vonnis op te schorten in afwachting van cassatie bij de Hoge Raad werd eveneens verworpen door het Hof. Dit betekent dat de leveringen uit Woensdrecht binnen een week moeten stoppen.
Genocidezaak
Afgelopen januari bepaalde het Internationaal Gerechtshof in een zaak die Zuid-Afrika had aangespannen tegen Israël dat er aanwijzingen zijn dat de oorlog in Gaza zou kunnen leiden tot genocide op de Palestijnse bevolking. Het hof beval Israël om alles in het werk te stellen om dit te voorkomen. Dit heeft tot nu toe nog niet geleid tot een afname van de gevechten, waarbij al ruim 28.000 Palestijnen om het leven zijn gekomen, onder wie een groot aantal kinderen. Op dit moment maakt Israël zich op voor een aanval op de zuidelijke stad Rafah aan de grens met Egypte, waar ruim een miljoen ontheemde Palestijnen naartoe zijn gevlucht.
Andere landen hebben al eerder de wapenexport naar Israël opgeschort vanwege de oorlog. Na berichtgeving door de Belgische krant De Morgen over de verkoop van 16 ton munitie besloot premier Elio del Rupo (PS) de uitvoer tijdelijk te staken. Ook andere landen, zoals Italië en Spanje, hebben de uitvoer van wapens naar Israël stopgezet.
Lees ook
Levering van reserve-onderdelen voor F-35’s stuit op kritiek