Ze móest wel naar De Dam komen. Oxana Pleshko (50), dochter van een Oekraïense vader en een Russische moeder, heeft het niet meer sinds ze vrijdag het nieuws vernam over de dood van haar held Aleksej Navalny. Ze woont al ruim vijftien jaar met plezier in Nederland maar altijd is er die droom van een democratisch Rusland. Met dank aan oppositieleden als Navalny. Dat hij na zijn vergiftiging desondanks terugkeerde naar Moskou in 2021 gaf haar hoop. Tot gisteren. Met zachte stem: „Toen bleek het toch onmogelijk om het op te nemen tegen Poetin.” In haar hand houdt ze een bosje lichtrode anjers.
Op de onderste treden van het Nationaal Monument in het centrum van Amsterdam treft ze zaterdag rond het middaguur een paar honderd gelijkgestemden. Dé reden dat ze naar de spontane herdenking is gekomen. Met haar familie in Moermansk, in het uiterste noordwesten van Rusland, kan ze niet praten over wat er is gebeurd. „Zij zien het heel anders. Voor hen is oppositie een scheldwoord.” Ze veegt haar tranen weg. „En dat begrijp ik ook nog. Ze weten niet beter.”
Plaquette
In een kring rond een grote foto van Navalny en neergelegde bloemen, kaarsjes en kaarten („Hij is niet gestorven, hij is vermoord.”) hebben enkele aanwezigen een Russische vlag om hun schouders gedrapeerd. Iets achter de menigte staat Vladimir (36), met op zijn borst een bord waarop in zijn moedertaal staat geschreven: „Dank voor de hoop.”
Hij vertelt dat hij Navalny volgt sinds de politicus in 2013 een vergeefse poging deed om burgemeester van Moskou te worden. „Hij symboliseerde voor mij de hoop op een ander, vrij Rusland zonder corruptie. Daar ben ik hem dankbaar voor.”
Bang dat de hoop met zijn dood is vervlogen, is hij niet. „In het laatste shot van de documentaire over zijn strijd zegt Navalny wat wij moeten doen als hij wordt vermoord: ‘Niet opgeven en doorgaan met vechten’.” Dat kost tijd, doorzettingsvermogen en zelfs mensenlevens, verzucht hij. „Dat weten jullie ook.” De jonge Rus wijst naar de tekst op de plaquette onderaan het monument, die anderen eerder voor hem vertaalden: „Vrijheid is niet vanzelfsprekend.” Hij knikt.
Lees ook
De eerste keer dat ik Navalny zag: bij een extreemrechtse demonstratie
Hoop
De groep sympathisanten op het plein is inmiddels gegroeid tot een paar honderd mensen. Langzaam zwelt ook de bloemenzee aan. Andrej Ozeror (31) kocht een bos gedroogde, gele bloemen voor de man in wij hij zo geloofde. „Navalny was voor mij het symbool van de toekomst. Dat democratische vernieuwingen wél mogelijk zijn.” De programmeur heft zijn handen ten hemel, alsof hij wil zeggen: „En nu?” Hij weet het niet meer. En daarin staat hij niet alleen. Een jonge Russische vrouw met een grote bos rode tulpen kan zelfs helemaal geen woord uitbrengen. „Sorry.” Op de achtergrond klinkt gezang, gevolgd door het scanderen van zijn naam: „Na-val-ny. Na-val-ny!”
De vriendinnen Veronica en Katja („Als we onze achternamen geven, kunnen we daar last van krijgen”) zien het op een afstandje stilzwijgend aan. Beiden zijn 41 en werken al jaren in Nederland. De verbintenis met Rusland is er niet minder om. „Normaal gesproken doe ik niet mee aan manifestaties”, zegt Katja. Maar dit keer had ze gevoelsmatig geen keuze. „Dit is wetteloosheid van het ergste soort en dus moet ik hier zijn.” Want als zelfs Navalny het op kon brengen om te blijven lachen, wie is zij dan om de hoop op te geven? Haar vriendin knikt zacht. „Zoals Dostojevski zei: de hoop sterft het laatst.” Erg overtuigd klinkt het niet.