‘Dit is een heldere witte wijn, klein beetje viscositeit. Behoorlijk expressief, met tonen van hooi, lavendel, kamille, rijp steenfruit, appel, peer en perzik. Mogelijk gerijpt op hout, gebruikt Frans eiken. Droog met energieke, knisperende aciditeit. Medium-bodied, niet te hoog in alcohol. Ik zou het serveren in een slank hoog Bordeaux-glas, bij roggewangetjes met beurre blanc en een beetje zeewier om met die ziltigheid het kruidige karakter in de wijn te versterken. Ik denk dat we in de Oude Wereld zitten, in Spanje, een verdejo, uit Rueda, aan de westkant, van een producent die op natuurlijke wijze werkt. Uit het jaar 2020.”
Aan het woord is Sem Beks, sommelier van driesterrenrestaurant De Librije in Zwolle. Voor hem staan twee glazen wijn. Erachter zit een tweekoppige jury, die in stilte punten telt. Hij heeft nu precies drie minuten om op dezelfde systematische manier de róde wijn te proeven, beoordelen en benoemen.
Aan de andere kant van de hal, in het Amsterdamse art-decohotel The Grand – zit Lukas Wiegman voor een bord dungesneden rauwe coquilles op een aardpeercrème met radijs, dille-olie en limoenzest. De sommelier/eigenaar van wijnbar NOTK in Rotterdam hoeft niet per se te raden welke drie witte wijnen ernaast staan. Het gaat erom de beste combinatie met het gerecht te maken. In zes minuten.
De jury vindt zelf dat de chenin uit Savennières het beste past, maar als de kandidaten bij deze wijn-spijsopdracht voor de zuurdere jacquère van Chignin kiezen, willen ze dat ook wel goed rekenen, zo lang ze hun keuze maar voldoende en correct beargumenteren. Wiegman serveert wijn nummer drie (een Zuid-Afrikaanse semillon) direct af als te krachtig: „Het rijke aroma van het nieuwe eikenhout – de vanille en notigheid – botsen met de frisse componenten uit het gerecht. Het zou misschien wel werken als de coquille geroosterd zou zijn, of gebakken in een beurre noisette.” De tweede wijn, die hij omschrijft als wat voller, met meer tropisch fruit, bouwt volgens hem mooi voort op de romigheid van de coquille, maar voegt aromatisch minder toe dan de eerste, zijn favoriet, de zure jacquère: „De aciditeit in de wijn snijdt mooi door de rijke textuur en de ziltigheid kleurt goed bij de zeevruchten, zonder die te overstemmen.” Hij heeft precies 6 seconden over.
Afgelopen maandag streden Beks en Wiegman om de titel ‘Beste Sommelier van Nederland’, op het tweejaarlijkse NK georganiseerd door het Nederlands Gilde van Sommeliers (NGS). Beide tippen elkaar als ‘the one to beat’. En ook de jury heeft hoge verwachtingen van hen. Ze nemen het op tegen nog dertien mannen en vrouwen die werkzaam zijn als sommelier in Nederlandse restaurants.
Het is de negentiende keer dat het Gilde zo’n NK organiseert. „Een restaurant heeft meestal maar één sommelier, dus je werkt vaak alleen”, legt NGS-voorzitter Heleen Boom uit. „Als je je wil ontwikkelen, is het verschrikkelijk belangrijk om vooral samen met collega’s te proeven, om van elkaar te leren en elkaar te stimuleren. En als je een beetje van competitie houdt, is het leuk om te zien waar je staat ten opzichte van collega’s.” Het is ook een podium om aan de buitenwereld te laten zien waar het ambacht voor staat. Boom: „Als je als gast in een restaurant komt, heb je vaak niet in de gaten hoe ongelooflijk hard deze mensen studeren om jou goed van dienst te kunnen zijn.”
Appellaties en druivenrassen
Een sommelier is de eindverantwoordelijke voor alle dranken (en eigenlijk ook sigaren) in het restaurant: wijn, bier, thee, koffie, water, aperitieven en digestieven. De wedstrijd begint daarom met een blinde spirit-proeverij. Daarna volgt een zwaar theorie-examen, waarin de kandidaten niet alleen getest worden op hun parate kennis van regio’s, appellaties en druivenrassen, maar ook beroemde wijnmakers, chateaus en etiketten van een foto moeten herkennen.
Het praktijkgedeelte bestaat uit drie onderdelen. Een blinde proeverij, waarbij twee wijnen volgens de juiste procedure moeten worden omschreven. Het juist benoemen van druif, regio, domein en jaargang is minder belangrijk dan je zou denken – daarmee zijn slechts acht punten in totaal te verdienen (geen enkele kandidaat heeft vandaag alles goed). Het gaat veel meer om het beschrijven; alleen al met het benoemen van de aroma’s zijn net zoveel punten te verdienen, en dan zijn er nog de zuren, de tannines, de zoetheid, het alcoholpercentage – et cetera.
Naast de wijn-spijsopdracht moeten de sommeliers ook een fles rode wijn correct decanteren (in de juiste karaf en daarbij het juiste glas kiezen). Het decanteren is bedoeld om de wijn te scheiden van het bezinksel onder in de fles. Om dat goed te kunnen zien, wordt de fles uitgeschonken voor een brandende kaars. De vlam mag niet worden uitgeblazen, maar moet worden uitgeknepen tussen een natte duim en wijsvinger. Bij dit onderdeel hoort ook een klein toneelstukje. Hier moeten de sommeliers laten zien dat ze hun gasten het ook, met flamboyance en flair, naar de zin kunnen maken.
Vooral in dat laatste blinkt Sem Beks van De Librije uit. Hij schittert in de praktijk, maar heeft het net laten liggen op de theorie. Marvin Walraven van restaurant Zoldering in Amsterdam en Martien Marcelissen van Oonivoo in Uden halen de finale wel met een indrukwekkend puntenaantal. Maar al snel is duidelijk dat hier vandaag één man oppermachtig is.
Lukas Wiegman loopt als een bokser voor een wedstrijd recht op het podium af. Ten overstaan van 150 toeschouwers werkt hij als een machine zijn blinde proef af. Vervolgens moet hij de zeskoppige jury een magnum Henriot-champagne uitschenken comme il faut – daarbij zijn 21 beoordelingscriteria, waaronder het presenteren van de fles, het glaswerk checken, de kurk met zo min mogelijk geluid in het zicht van de gast onttrekken, de muselet in de zak stoppen (niet op tafel leggen!), het presenteren van de kurk op een onderzettertje en uiteraard het inschenken zonder te knoeien in maximaal twee gietingen. Aansluitend haalt hij naadloos negen van de tien fouten uit de wijnkaart die achter in de zaal op de muur wordt geprojecteerd. Hij heeft nog drie volle minuten over. Wil hij nog een keer z’n antwoorden nalopen? Nee, het is goed zo, zegt de beste sommelier van Nederland van 2024.