Maandenlang stelde GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans zich bescheiden op. De PVV was als grote verkiezingswinnaar aan zet in de formatie en moest proberen een rechts kabinet te vormen, GroenLinks-PvdA was niet aan zet. Nu, vijf maanden later, kiest Timmermans een hele andere toon nu de formatiepoging van PVV, VVD, NSC en BBB maar niet lijkt te vlotten. In zijn speech op het gezamenlijke partijcongres zei Timmermans zaterdag: „In vijf maanden tijd heeft de kabinetsformatie tot heel veel ruzie geleid, en tot heel weinig oplossingen. Ze kunnen Nederland niet eindeloos aan het lijntje houden.”
In interviews voorafgaand aan het congres, bij Nieuwsuur en het AD, zei Timmermans deze week al dat GroenLinks-PvdA bereid is over een alternatieve coalitie mee te praten als de rechtse poging mislukt. Dat betekent dat Timmermans bereid is om met de VVD te onderhandelen, hoewel er bij die partij dan wel „een koersverandering” moet komen, zei hij in het AD. De enige getalsmatig logische combinatie van vier partijen lijkt op basis van de verkiezingsuitslag een breed middenkabinet van GroenLinks-PvdA, VVD, NSC en bijvoorbeeld D66.
De veranderde opstelling van Timmermans is inhoudelijk opmerkelijk. In de verkiezingscampagne zei hij in een interview met NRC nog dat hij opnieuw regeren met de VVD niet zag gebeuren, omdat zijn PvdA daar na deelname aan het kabinet-Rutte II electoraal enorm onder had geleden. Hij noemde samenwerken met de VVD „haast onmogelijk” en zei dat het „voor iedereen goed zou zijn als de VVD een paar jaar niet aan het landsbestuur zou deelnemen”.
In zijn toespraak op het congres zei Timmermans dat het gedrag en getalm van de rechtse partijen een andere opstelling van GroenLinks-PvdA noodzakelijk maken. „Aan de noden van de samenleving gebeurt al die tijd niets. Poetin wacht heus niet op de kabinetsformatie. De klimaatcrisis stopt niet. Mensen hebben nog steeds moeite met het betalen van de rekeningen.” Timmermans stelde aan VVD en NSC letterlijk de vraag wanneer zij dit ook gaan inzien. „Komen zij tot inkeer? Of gaan ze een riskant experiment aan met een man die niet anders kan dan verdeeldheid zaaien.”
De opening die Timmermans aan de formerende partijen bood, wordt door leden van beide partijen met voorzichtige instemming begroet. „Ik vind dat Timmermans deze steen eerder in de vijver had moeten gooien. Hij was de afgelopen maanden veel te stil”, vindt PvdA’er Adri Wiedeman (69) uit Amsterdam. „Als tweede partij zou je nu wel het initiatief moeten nemen om mee te gaan besturen”, want „alles is beter dan een kabinet met de PVV.”
Veel leden zijn het daarmee eens, al waart het trauma van regeren met de VVD na Rutte II, ook nog rond op het congres in Apeldoorn. „Toen heeft links de idealen aan rechts verkocht”, vindt Rick Timmermans (24), voorzitter van GroenLinks-jongerenafdeling Dwars – geen familie van de fractieleider. „Met VVD en NSC hebben we nog één partij nodig voor een meerderheid. Dat zou dan een andere progressieve partij moeten zijn: D66 of Partij voor de Dieren.”
Bovendien kun je niet anders dan het proberen, vindt Stan Peters (27), actief PvdA-lid uit Den Bosch, ook lid van GroenLinks. „Als de gesprekken klappen, is Timmermans aan zet, want het zou een schande zijn als je terug moet naar de kiezer. Dan zal het vertrouwen in de politiek nog verder afnemen.”
Peter Mulder (55), GroenLinks- en PvdA-lid uit Den Haag denkt dat de opmerking van Timmermans „onderdeel van het spel” is, maar vindt regeren met de VVD geen realistische optie. „Voor hen was Frans Timmermans het ergste wat Nederland kon overkomen. We moeten niet zomaar in een rechts kabinet stappen, dat zou de doodsteek voor GroenLinks-PvdA zijn.”
„Ik begrijp hoe politiek werkt en er moet wel een kabinet komen”, zegt kunstenares Pauline Wiersema (28), GroenLinkslid uit Rotterdam, voor haar kraam waar ze grondwetsartikelen verkoopt. „Want die grondwet wordt in de uitverkoop gedaan.” „Je verliest eigenlijk altijd: of je krijgt nieuwe verkiezingen of je gaat met de VVD regeren. Maar in dat laatste geval heb je in ieder geval wel verantwoordelijkheid genomen.”
Voor het voortzetten van de linkse samenwerking tussen GroenLinks en PvdA was op de congressen zaterdag brede steun. Ongeveer driekwart van de leden van beide partijen stemden in met een voorstel van de twee partijbesturen om de komende tijd een partijfusie of oprichting van een gezamenlijke nieuwe partij te onderzoeken. In 2026, na de gemeenteraadsverkiezingen waar lokale afdelingen nog zelf mogen bepalen of ze apart of gezamenlijk meedoen, willen de partijen dan een definitief besluit nemen over hun toekomstige samenwerking.
De meeste emotie in de zaal kwam zoals verwacht los bij de bespreking van moties over het Israëlisch-Palestijnse conflict. Bij GroenLinks werd een motie besproken die de partij opriep om het zionisme op één lijn te stellen met racisme en net zo hard te bestrijden. Indiener Baukje Harmsma zei dat het zionisme „onlosmakelijk verbonden is met de misdaden tegen het Palestijnse volk”. Twee insprekers die zich nog scherper uitlieten over het zionisme werd het woord ontnomen door oud-Tweede Kamerlid Linda Voortman, wat tot boegeroep in de zaal van met name jonge leden leidde.
GroenLinks-partijvoorzitter Katinka Eikelenboom riep op tegen de motie te stemmen omdat zij onderscheid wil blijven maken tussen kritiek de Israëlische regering en het zionisme in Israël, dat vele stromingen kent. „Deze motie draagt niet bij aan de strijd voor onze idealen die we samen en samen met onze bondgenoten in Israël moeten voeren.” De motie werd maar nipt verworpen: bijna 60 procent stemde tegen.
Partijleider Timmermans moest in zijn speech ook rekening houden met de verschillende opvattingen binnen GroenLinks-PvdA over Israël. Hij koos ervoor de diversiteit aan meningen te prijzen. „Zoals deze discussie in de samenleving leeft, zo leeft ze ook binnen onze beweging. Die verschillende opvattingen zijn geen teken van zwakte. Het is juist onze kracht.”
Met medewerking van Pim van den Dool en Philip de Witt Wijnen