Minister Van Hijum wil polderen over aanpassingen in ‘doolhof’ van WIA, bonden zien er bezuiniging in

Dat er iets moet gebeuren aan het uitkeringsstelsel voor arbeidsongeschiktheid is al jaren duidelijk. Het moet vooral eenvoudiger, want niemand kan de weg nog vinden in het ‘doolhof’ van regelingen, zo concludeerden onder meer de Algemene Rekenkamer en een onafhankelijke adviescommissie de afgelopen jaren.

Mensen die niet meer kunnen werken, krijgen te maken met ellenlange wachttijden voor ‘keuringen’, wat naast het al geleden inkomensverlies een grote bron van stress vormt. Ook moeten mensen die arbeidsongeschikt raken meer vanuit vertrouwen benaderd worden en met een betere begeleiding, indien mogelijk, terug aan het werk geholpen worden. Maar hoe de aanpassingen er concreet uit moeten zien, daarover verschillen de meningen sterk.

Controversiële maatregel

Afgelopen week gaf minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, NSC) met een brief aan de Tweede Kamer het startschot voor de aanpassingen van het huidige stelsel. De ideeën voor een aanpassing van de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) die Van Hijum daarin naar voren bracht, moeten dienen als vertrekpunt van gesprekken met werkgeversorganisaties, vakbonden, uitvoeringsorganisaties en ervaringsdeskundigen.

Van Hijum stuurt erop aan het onderscheid op te heffen tussen mensen die waarschijnlijk nooit meer kunnen werken en mensen die dat nog gedeeltelijk kunnen. Het is de meest controversiële maatregel die de minister oppert. Nu krijgen mensen die volledig en voor altijd zijn afgekeurd 75 procent van hun laatstverdiende loon en hebben ze geen plicht te re-integreren. Deze groep zou komen te vervallen.

De andere arbeidsongeschikten ontvangen tot maximaal twee jaar 70 procent van het laatste salaris en na die twee jaar een vervolguitkering die afhankelijk is van hoeveel ze met hun ‘resterende arbeidsvermogen’ nog verdienen. Deze vervolguitkering, waarin mensen terechtkomen als ze minder dan de helft verdienen van wat ze volgens het UWV kunnen verdienen, zou kunnen worden geschrapt. Daarna zouden ze in een nieuwe, loonsafhankelijke regeling terechtkomen. De uitkeringen voor mensen die onder het huidige stelsel permanent zijn uitgevallen, zouden in de ideeën van de minister omlaag gaan.

In het voorstel van de minister zijn er minder regelingen en wordt het systeem dus minder complex. Ook het keuringsproces, dat met name bij een vaststelling van permanente arbeidsongeschiktheid complex en tijdrovend is, zou daarmee eenvoudiger worden. „Als de toets op duurzaamheid [van volledige arbeidsongeschiktheid] vervalt, wordt de claimbeoordeling eenvoudiger”, aldus de minister.

Dat zou een welkome verlichting betekenen van de werkdruk voor verzekeringsartsen, die mensen nu maanden moeten laten wachten op een keuring die bepaalt of en voor wat voor uitkering ze in aanmerking komen.

Drempel

Een ander in het oog springend punt in de brief van Van Hijum betreft de drempel van het huidige stelsel. Pas als mensen minimaal 35 procent arbeidsongeschikt zijn, komen ze in aanmerking voor een WIA-uitkering. Maar mensen die daar net onder vallen, hebben vaak moeite om aan het werk te blijven. Dan komen deze ‘35-minners’ zonder inkomen te zitten en belanden in de bijstand. Van Hijum onderkent op aandringen van de Tweede Kamer en een adviescommissie het probleem en oppert de drempel naar 25 procent of 15 procent te verlagen.

Als er in de politiek over versimpeling gesproken wordt ben ik altijd erg op m’n hoede

Kitty Jong
FNV-vicevoorzitter

Met de naar voren gebrachte maatregelen wil Van Hijum voorkomen dat het stelsel „verder vastloopt”. Hij erkent dat de richting die hij inslaat „een prijs” heeft: „de gerichtheid” wordt minder groot. Maar, schrijft hij, „de noodzaak om het stelsel eenvoudiger te maken en houdbaar voor de toekomst”, weegt zwaarder. Definitieve besluiten neemt Van Hijum nog niet, hij wil de komende maanden eerst het gesprek met betrokkenen voeren en voor de zomer met een pakket met maatregelen komen.

Dat worden ingewikkelde gesprekken. FNV-vicevoorzitter Kitty Jong noemt de plannen van Van Hijum „akelig vaag”, maar zegt ze één voor één „op hun merites” te zullen beoordelen. „Maar wij accepteren geen enkele verslechtering van het toch al magere WIA-systeem”, voegt ze daar aan toe. De afschaffing van de 75-procent-regeling voor volledig arbeidsongeschikten, is voor haar onbespreekbaar. „Als er in de politiek over versimpeling gesproken wordt ben ik altijd erg op m’n hoede, want dat is vaak een versobering”, aldus Jong.

„De uitkeringen zijn vaak zo laag, dat vijf procent een wereld van verschil maakt”, stelt Jong. Vakbondscollega’s van het CNV berekenden dat dit mensen enkele honderden euro’s per maand kan schelen. CNV-voorzitter Piet Fortuin is ook niet te spreken over de plannen van Van Hijum, waarin hij een verkapte bezuiniging herkent. „De minister wil het stelsel hervormen en grijpt daarvoor in op de rechten van een kwetsbare groep mensen. Dat is aan de ene kant bezuinigen en aan de andere kant nieuwe dingen doen.”

Eigen plan FNV

FNV-vicevoorzitter Jong presenteerde op dezelfde dag dat Van Hijum de Tweede Kamer informeerde, een eigen rapport met plannen om ‘het falende vangnet’ van de WIA te dichten. Omdat ook Jong een bezuiniging ziet in de plannen van Van Hijum, wil ze het gesprek over geld voeren. Ze wijst op het Arbeidsongeschiktheidsfonds (de inleg van werkgevers en werknemers) waarmee de stelselherziening zou kunnen worden bekostigd. „Dat is geld dat we hebben ingelegd om ons inkomen te verzekeren voor als je arbeidsongeschikt raakt, maar dat wordt nu voor andere zaken gebruikt.”

„Het zijn natuurlijk ingewikkelde puzzels, maar we helpen de minister graag zoeken”, zegt Jong, die de komende maanden druk zal zijn met het bijsturen van de voorgenomen plannen van de minister. „Helpen kan soms ook verzet zijn”, zegt ze. Van Hijum wuifde de optie een beroep te doen op het Arbeidsongeschiktheidsfonds tegenover EenVandaag vooralsnog weg. Hij noemde het „een boekhoudkundige pot met geld”, die „gewoon voor andere doelen [wordt] gebruikt”.

Ook VNO-NCW ziet geen oplossing in het voorstel van FNV’er Jong. De werkgeversorganisatie is wel te spreken over de plannen van Van Hijum, maar wil juist meer nadruk zien op het beperken van de WIA-instroom. Die groeit dit jaar naar 480.000, onder meer vanwege de toenemende groep mensen die door long covid-klachten niet meer kan werken.

De komende maanden moet blijken of het Van Hijum zal lukken de weerstand in de polder te overwinnen, en of hij toch geld zal vinden om de noodzakelijke hervorming te bekostigen, zonder dat hij binnen zijn eigen departement met geld moet gaan schuiven. CNV-voorzitter Piet Fortuin is duidelijk: „Als de minister een nieuw stelsel wil organiseren, dan moet hij ook geld meenemen om dat te kunnen financieren. Als hij met een lege portemonnee komt, heeft dat weinig zin.”