Minister Adema vindt diervriendelijke maatregelen voor landbouw geen afzwakking

Koeien moeten vanaf 2026 binnen en buiten schoon drinkwater hebben, en kalveren van een week oud mogen niet meer in hun eentje staan. Stallen voor biggen moeten per 2028 zo zijn aangepast dat zij kunnen mee-eten met de moeder. Vleeskuikens krijgen vanaf 2026 meer ruimte en legkippen mogen vanaf 2030 niet meer in kooien worden gehouden.

Het zijn maatregelen uit een wetswijziging die landbouwminister Piet Adema (ChristenUnie) vrijdag naar de Tweede Kamer stuurde, die er maandag over gaat debatteren. Adema noemt het pakket een „eerste stap” op weg naar een „dierwaardige veehouderij” in 2040. Met ook de „basisvoorzieningen allemaal netjes op orde”, zei hij vrijdag na de wekelijkse ministerraad.

Nooit uitgevoerd

De minister wil zo voorkomen dat een veel verstrekkender wetswijziging van de Partij voor de Dieren in juli van kracht wordt, die door de Tweede én de Eerste Kamer is aangenomen, maar nooit is uitgevoerd. Dit amendement uit 2021 van oud-Kamerlid Leonie Vestering zou juridisch „niet uitvoerbaar en handhaafbaar” zijn, schrijft Adema in een Kamerbrief.

Het amendement-Vestering, dat feitelijk bestaat uit één zin, stelt grenzen aan de (intensieve) veehouderij. Het houden van dieren in een systeem zou geen „redelijk doel” zijn om hun pijn of letsel toe te brengen, zoals het afknippen van biggenstaarten en het onthoornen van kalveren en geiten. Veedieren zouden altijd hun natuurlijke gedrag moeten kunnen blijven vertonen.

Na het amendement heeft minister Adema geprobeerd zélf afspraken te maken met de agrarische sector over dierwaardige veehouderij, maar dat is net als het beoogde Landbouwakkoord met boeren vorig jaar mislukt. Adema’s nieuwe maatregelen in de Kamerbrief van deze vrijdag zijn Algemene Maatregelen van Bestuur, die ruimte laten aan veehouders om ze zelf na te leven.

Van een afzwakking van het amendment-Vestering wilde Adema niet spreken. „Wilt u me vertellen wat het amendement precies omschrijft? Dat is het hele probleem. Het is een open norm. Wat wij doen, is niet het amendement van tafel halen, we vullen het eigenlijk in met: wat is dierwaardige veehouderij?”

Stofbad voor kippen

Andere maatregelen uit de brief zijn voor melkvee bijvoorbeeld verplichte, langdurige pijnstilling bij onthoornen en castratie vanaf 2026. De eet- en drinkplekken van varkens moeten vanaf 2030 zo zijn ingericht om onderlinge agressie om voer en water te verminderen. Legkippen moeten voldoende droog, rul strooisel hebben om een stofbad te nemen en voedsel te zoeken.

Voor de lange termijn, in 2040, schetst Adema ook zijn visie voor de landbouw. Koeien hebben binnen en buiten meer ruimte, en het vastbinden in stallen is verboden. Kalveren worden niet meer gescheiden van de moeder en niet meer getransporteerd op jonge leeftijd. Varkens leven zoveel mogelijk in dezelfde sociale groep, staarten worden niet gecoupeerd en tanden niet gevijld. Kippen lijden geen honger en dorst meer en hebben genoeg ruimte om te scharrelen en uit te rusten,

Het eerste pakket maatregelen tot 2030 zouden boeren „zonder grote financiële gevolgen” nu al kunnen doorvoeren, volgens Adema. Maar de meer ingrijpende hervormingen van de veehouderij tot 2040 vergen meer kosten. Het aanpassen van stallen en inkrimpen van de veestapel volgens nieuwe normen zou de agrarische sector ongeveer 1 miljard euro kosten, volgens een analyse van Wageningen University. Het uitbreiden van stallen om hetzelfde aantal dieren als nu te kunnen blijven houden loopt op tot 2,7 miljard.

„Het is momenteel heel moeilijk om vergunningen te krijgen voor uitbreiding van stallen”, zei Adema vrijdag. „Als je minder kippen kunt houden, heeft dat direct gevolg voor het inkomen van de boeren.”

Concurrentie met Europa

Daarbij wil hij voorkomen dat er oneerlijke concurrentie ontstaat tussen Nederlandse en Europese boeren. Landbouw met dierenwelzijn is duurder, het risico is dat consumenten meer goedkopere, buitenlandse producten kopen, terwijl Nederlandse producten moeilijker zijn af te zetten over de grenzen. Voor het subsidiëren van boeren betaalt uiteindelijk de belastingbetaler.


Lees ook
Een uitval van ongeveer 5 miljoen biggen per jaar: „Economisch nog steeds het optimale systeem, maar vanuit dierenwelzijn natuurlijk van de zotte”

Een uitval van ongeveer 5 miljoen biggen per jaar: „Economisch nog steeds het optimale systeem, maar vanuit dierenwelzijn natuurlijk van de zotte”

„We vinden de ambitie in Europa niet ver genoeg gaan”, zei Adema daarom vrijdag. „Als we het hier wel zouden doen, hebben we geen gelijk speelveld in Europa.”

Toch verwacht Adema dat de intensieve veehouderij van koeien, varkens en pluimvee de komende tien, vijftien jaar zal krimpen, zei hij. Ook met het oog op fijnstof, stank en aantasting van de ecologie in landelijk gebied. „We voeren heel veel kalveren, die worden hier vetgemest en gaan de grens weer over. Is dat een houdbaar systeem? Nee, dat vind ik geen houdbaar systeem. Ook daar zullen we mee aan de slag moeten.”