Met mensen ‘uit de praktijk’ wil Merz laten zien dat er een frisse wind waait in Berlijn

Vooruit, hij had in het parlement twee stemrondes nodig om gekozen te worden, maar sinds dinsdagmiddag is Friedrich Merz (CDU) kanselier van Duitsland en zijn ministersploeg kan aan de slag. Merz reisde woensdag naar Parijs en naar Warschau voor een ontmoeting met zijn collega’s Emmanuel Macron en Donald Tusk. Hij werd in het buitenland een stuk hartelijker ontvangen dan in de Berlijnse Bondsdag.

Dat Merz op dinsdag ternauwernood genoeg stemmen kreeg laat zien dat hij de ruggensteun van coalitiepartijen CDU/CSU en SPD bepaald niet voor lief kan nemen. Behalve voor Merz was zijn moeizame start een fikse nederlaag voor SPD-voorzitter, vicekanselier en minister van Financiën Lars Klingbeil. Met het afzwaaien van kanselier Olaf Scholz is Klingbeil de nieuwe sterke man binnen de SPD, die ambities schijnt te hebben om in 2029 op te gaan voor kanselier. Maar binnen de partij rommelt het – en tenminste een deel van de dissidente stemmen op dinsdag zijn ook te zien als een motie van wantrouwen aan het adres van Klingbeil.

‘House of Lars’

Als twintiger werkte Lars Klingbeil (47) voor toenmalig SPD-kanselier Gerhard Schröder, later kwam hij als parlementariër in de Bondsdag. Sinds 2021 staat hij samen met Saskia Esken aan het hoofd van de sociaal-democraten. In de jaren onder SPD-kanselier Olaf Scholz stond Klingbeil te boek als een coöperatieve en goedmoedige man op de achtergrond, maar sinds Scholz’ verkiezingsnederlaag heeft Klingbeil de macht binnen de SPD naar zich toe weten te trekken, zozeer dat de Spiegel een stuk over hem publiceerde met de kop „House of Lars”.

Zijn succes is opmerkelijk, omdat hij als partijvoorzitter verregaand verantwoordelijk is voor het belabberde resultaat van de SPD in de verkiezingen (met 16 procent de slechtste score in de geschiedenis van de partij). Klingbeil trok andere conclusies uit die uitslag: de partij is volgens hem toe aan een wissel naar een nieuwe generatie, waar hij als veertiger toevallig deel van uitmaakt. De nederlaag wordt zo behalve op Scholz’ conto op dat van Klingbeils co-voorzitter Saskia Esken geschreven. Esken (63) is niet erg mediageniek en daarom vaak onderwerp van spot. In het nieuwe kabinet krijgt Esken geen rol, en het is onwaarschijnlijk dat zij aanblijft als SPD-voorzitter. Zo blijft van de SPD-top alleen Klingbeil over, en wordt Esken geofferd – zeer tot ongenoegen van de linkervleugel van de SPD, waar Esken toe behoort, en tot ongenoegen van veel SPD-vrouwen.

Klingbeil had de vrije hand om de SPD-ministers voor de regering-Merz uit te zoeken, en koos vrijwel uitsluitend vertrouwelingen. Ook dat voedt de onvrede in de SPD over Klingbeil. Zelf koos hij het ministerie van Financiën, na het Kanzleramt de invloedrijkste post.

MediaMarkt en E.ON

Friedrich Merz verzamelde eveneens mensen om zich heen op wier loyaliteit hij kan rekenen. Merz benadrukte in de verkiezingscampagne steeds dat een stem voor hem een stem voor échte verandering zou zijn, met name wat betreft economie en migratiebeleid. Daar is wel iets van terug te zien in de ministers die hij benoemde: zo zette hij met Alexander Dobrindt een migratie-hardliner op Binnenlandse Zaken. Ook benoemde hij de topman van MediaMarkt, Karsten Wildberger, tot minister voor Digitale Zaken en wordt Katherina Reiche, die topvrouw was bij energieleverancier E.ON, minister van Economische Zaken. Met mensen ‘uit de praktijk’ wil Merz laten zien dat er een frisse wind waait.