Met deze gulle porties kun je je dronken eten

Een paar jaar geleden nam een vriendin me mee naar het toen net geopende Palestijnse restaurant Shakshuka aan de Haagse Prinsestraat. Zij was razend enthousiast, ik wat minder, maar durfde dat niet te zeggen. Ik vind dat hetzelfde als een cadeau bekritiseren – als iemand me meeneemt, hou ik mijn praatjes voor me.

De jaren erna vermeed ik het, tot ik vrienden vroeg of ze nog wat góéde Palestijnse restaurants kenden en ze allebei Shakshuka opperden. Ik besloot mijn koppigheid te negeren en een bezoek te brengen. Tweede kansen, ze zijn erg belangrijk.

Shakshuka is vernoemd naar het populaire gerecht met tomaten, paprika en ei. Over de oorsprong wordt gesteggeld, maar algemeen wordt aangenomen dat het een Maghrebijns gerecht is. In Marokko heet het bijvoorbeeld taktouka. Maar zoals dat met veel gerechten in het Midden-Oosten gaat: ze reizen, worden gedeeld en omarmd.

De Palestijnse keuken heeft logischerwijs veel overeenkomsten met de Midden-Oosterse en Levantijnse keuken; je vindt er de populaire mezze (kleine voorgerechten) zoals hummus en falafel, salades als fattoush, auberginedips als mutabbal en kebbeh, de met gehakt gevulde en gefrituurde bulgurballetjes. We krijgen ze allemaal bij Shakshuka.

Maar er zijn ook nationale gerechten die diep verbonden zijn met de Palestijnse aarde en geschiedenis. Nu worden alle keukens gekenmerkt door de lokale omgeving en de grond, maar als die je ontnomen wordt, wordt hij des te dierbaarder en heiliger.

Een Palestijnse olijfboom is niet zomaar een olijfboom die vruchten geeft waar je olijfolie van kunt maken om jezelf mee te voeden; die boom staat voor je wortels, voorouders, verleden en cultuur. Eten is nooit zomaar eten, het is emotioneel en voor veel Palestijnen een essentieel onderdeel van hun identiteit. Zeker wanneer de levensvatbaarheid van die cultuur en identiteit zo gruwelijk onder druk staan, wordt ieder aspect ervan van levensbelang.

Ik merkte het na het overlijden van mijn moeder: het idee dat ik haar smaken nooit meer zou proeven, verlamde me. Gerechten van vroeger die ik had veronachtzaamd werden als een navelstreng die me met haar bleven verbinden; ik maak ze nog altijd om haar dichtbij te voelen.

Trots

Palestijnen in de diaspora delen een collectief verlangen naar hun thuisland; via muziek en eten voeden ze de leegte en hervinden ze hun trots. De twee beroemdste Palestijnse gerechten zijn ook meteen de twee die je zelden op de kaart ziet in Nederland: msakhan en maqlouba (zie inzet). Met de heerlijke msakhan werd traditioneel de olijvenoogst en de eerst geperste olijfolie gevierd: kip wordt gekruid met onder andere komijn, piment en sumak en gebakken (ik stoof de kip) met lekker veel olijfolie. Uien worden langzaam gebakken in de olijfolie tot ze karamelliseren en de donkere kleur van de sumak overnemen. De kip gaat op de schaal, de uien erover, gebakken pijnboompitten erbij, met het warme plat brood scheur je wat van de kip en de aromatische uien.

Het is helaas niet te vinden op de kaart van Shakshuka. Wel op de kaart: verschillende variaties van shakshuka, een stoet kleine en grote gerechten die verraden hoe smakelijk en rijk de Palestijnse en Midden-Oosterse keuken is én huisgemaakte limonades. Je kunt à la carte kiezen of een vast menu nemen; dat laatste doen wij en we krijgen een enorme borrelplank op tafel met daarop schoteltjes met mezze en spiezen kip taouk, vlees en gehakt. Het vlees en gehakt zijn mals en adequaat gekruid, al had het guller gemogen. Vlees en kip mogen van mij alle hoeken van het kruidenkastje zien. Mijn tafelgenote vindt de kip goed gekruid, ik mis de citroen en knoflook die zo kenmerkend is voor de marinade van taouk.

Maar het ziet er indrukwekkend overdadig uit, jammer is alleen dat het vlees koud wordt terwijl je de voorgerechten soldaat maakt.

Die voorgerechten zijn heel goed. Het pitabrood komt direct van de plaat en is zacht. De hummus is romig en vol van smaak. De mutabbal, een dip gemaakt van gegrilde aubergines met tahin, heeft een lekker rokerige ondertoon. Het koude gerecht van snijbonen met tomaat smaakt naar thuis, de sambousek, een deeghapje gevuld met kruidige kaas, is precies goed: het deeg niet vettig en licht krokant. Dan is er nog bulgur met tomaten, prima falafel en kebbeh en dikke frieten met knoflookmayonaise. Alleen deze schotels zijn al meer dan genoeg om je dronken te eten.

Het dessert, warme katayef gevuld met grofgehakte walnoten en doordrenkt met lichte suikersiroop, is weldadig.

Shakshuka is een fijne plek met de gastvrijheid en warmte van de Palestijnse keuken. Alle porties zijn genereus – bedoeld om te delen, al kun je er ook prima alleen zitten, want de sfeer is gemoedelijk en het publiek zeer gemengd.

Het is een safe space, waar mensen onbezorgd hun kefiyeh dragen en diversiteit een vanzelfsprekendheid is. Misschien is dat wel het wezenlijkste wat de mensen in het Midden-Oosten, zeker van de Palestijnen, is afgenomen: de erkenning dat hun cultuur er een is van vrijgevige gezelligheid. Muziek vormt het ritmische hart, eten de trots die mensen maar al te graag met elkaar en vreemden in overdaad delen. Ik ben blij dat ik terug ben gegaan.