Met de pet rond: deze bewoners betaalden zelf de woningen waarmee ze jongeren konden behouden

In Visvliet, een dorp op de grens van Groningen en Friesland, zagen Jan Hut (68), Willem Sikkema (52) en Theun de Wit (60) de afgelopen jaren jonge dorpsgenoten vertrekken. Ze konden geen huis kopen of moesten te lang wachten voor een sociale huurwoning. Om zelfstandig te kunnen wonen, trokken ze naar grotere dorpen in de buurt. Zo bleven er in het zo’n 285 inwoners tellende Visvliet steeds minder jongvolwassenen over.

Daar moest iets aan gebeuren, vonden de drie. Want wat is een dorp zonder jongeren? Hoe houdt Visvliet dan de Oranjevereniging, toneelvereniging en de spelweek in stand? Wie kan dan later nog vertellen hoe het was om in Visvliet op te groeien, zoals Sikkema dat kan?

Willem Sikkema, Jan Hut en Theun de Wit van Visvliet Vitaal in het Heirhuys in Visvliet. Foto Kees van de Veen

De helft van de jongvolwassenen heeft de intentie om de rest van hun leven in de regio te blijven, concludeerde Henk Hofstede in 2023 toen hij aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveerde op een onderzoek naar jongeren in het landelijk gebied in Noord-Ierland, Nederland en Duitsland. Ze voelen zich emotioneel verbonden met en waarderen de regio, het landschap en de gemeenschap. Maar in dorpen blijven, is voor jongeren lastig. De huizen die te koop komen zijn vaak groot en duur, (sociale)huurwoningen zijn schaars en er is weinig nieuwbouw.

Andere manier

Hut, Sikkema en De Wit zochten een manier om jongvolwassenen in het dorp te houden. Toen in 2020 woningcorporatie Wold en Waard bekendmaakte in Visvliet drie verouderde huurwoningen te slopen, bedachten ze een plan om de woningen te kopen om te verhuren.

De huizen in Visvliet die op de nominatie stonden om gesloopt te worden. Foto Kees van de Veen

In de oude kruidenierswinkel midden in het dorp vertellen Hut en Sikkema over het jarenlange proces. De oude winkel is nu een ontmoetingsplek met een b&b van de stichting Visvliet Vitaal. Via deze stichting verhuren Hut, Sikkema en De Wit ook de huizen voor jongvolwassenen. Nadat ze die konden kopen, hebben ze de huizen opgeknapt en verduurzaamd. Nu wonen er drie jongvolwassenen uit het dorp in.

Makkelijk was het niet. Zo moest de Autoriteit Woningcorporaties, die toezicht houdt op woningcorporaties, toestemming geven voor de verkoop. „Voor de autoriteit was wat wij deden nieuw’’, vertelt Sikkema. „Het duurde steeds lang voordat we antwoord kregen als we mailden. Uiteindelijk hebben Willem en ik op LinkedIn een manager opgezocht en contact gekregen”, zegt Hut.

Het huurdersplatform van de woningcorporatie moest ook akkoord gaan. Ook de gemeente Westerkwartier, waar Visvliet ligt, gaf de benodigde positieve zienswijze voor het plan. De drie moesten de statuten van de stichting Visvliet Vitaal veranderen, omdat ze verhuurders waren geworden. „Je moet alles goed in de gaten houden en overal achteraan zitten”, zegt Hut. „Zo is het ons gelukt.”

Straat in Visvliet. Foto Kees van de Veen

Drie jonge bewoners uit het dorp

Toen alle hobbels genomen waren, moesten de drie nog het bedrag voor de aankoop bijeen krijgen. Hoeveel ze voor de woningen hebben betaald, ziet Hut „liever niet in de krant”. Het overzichtelijkebedrag was binnen een week geregeld. „We deden in het dorp brieven in de bus met de vraag wie het project wilde meefinancieren. Een externe financier hadden we daardoor niet nodig. Via de huurinkomsten krijgen de deelnemers het geld dat ze hebben ingelegd terug’’, zegt Sikkema. Hut: „We hebben ze een marktconforme lening aangeboden, met rente die je ook op een spaarrekening krijgt.” 

Wie actief in het dorp was, had een streepje voor

Jan Hut (68)
inwoner van Visvliet

Sinds anderhalf jaar wonen drie jongvolwassen, van begin tot eind twintig jaar oud, uit het dorp in de huizen. De woningen zijn grondig verbouwd en opgeknapt. Ze huren de woning voor de prijs van een sociale huurwoning. Daar was veel animo voor. „Er waren tien mensen met interesse. Die zijn allemaal op gesprek gekomen bij ons. We vonden het belangrijk dat ze iets met het dorp hadden. Wie actief in het dorp was, had een streepje voor”, zegt Hut. Ook jongeren die nog thuis wonen, kregen prioriteit. „Een van de jongens was dertig en woonde nog bij zijn moeder.”

Het project kreeg zoveel aandacht, dat er meerdere cameraploegen naar Visvliet kwamen. Daarom vertellen de bewoners hun verhaal liever niet nog een keer. Hut krijgt nog regelmatig vragen van mensen uit andere dorpen die inspiratie uit Visvliet halen om zelf voor nieuwe woningen in hun dorp te zorgen.

Al jaren niet meer gebouwd

In maart diende Tweede Kamerlid Sandra Beckerman (SP) een initiatiefwet in om groepen mensen die zelf betaalbare huurwoningen willen bouwen of beheren te steunen. De wet moet speciale regelingen en subsidies mogelijk maken. „Wooncoöperaties zijn een deel van de oplossing van de wooncrisis. Daarom verdienen zij politieke steun”, zei Beckerman.

Op verschillende plekken in het land willen burgers zelf nieuwe woningen in hun dorp bouwen. In ‘t Goy, bij Utrecht, hebben bewoners zelf een nieuwe woonwijk ontworpen. In het Drentse Dwingeloo maken inwoners ook plannen voor nieuwe woningen voor jongvolwassenen. Ook daar is een tekort aan betaalbare woningen voor starters. De gemiddelde vraagprijs voor een huis in Dwingeloo is 526.000 euro. „In Dwingeloo is al jaren niet meer gebouwd en de omgeving is in trek bij mensen uit andere regio’s. Dat drijft de prijs op. De kleinere huizen, die vroeger prima te betalen waren voor starters, zijn nu te duur’” zegt Marit Gorter (30) van Dorpsbelangen Dwingeloo.

De vereniging keek naar mogelijkheden voor nieuwe woningen. Met een kaart van de omgeving ging het bestuur om tafel zitten om te zoeken naar ruimte. Een stuk grond van 9 hectare dat vroeger gebruikt werd voor landbouw, leek ze een goede plek. „Onze voorzitter is naar de eigenaar gegaan en heeft onze ideeën voor het bouwen van nieuwe woningen op deze plek uitgelegd. Hij ziet het wel zitten om daar woningen op te laten bouwen. Hij komt uit het dorp en heeft jongvolwassen kleinkinderen die ook graag een woning willen. We zijn nu bezig met uitwerken van de plannen”, vertelt Gorter.

Vissen in dezelfde vijver

Het project in Dwingeloo is nog in de beginfase. Dorpsbelangen en de eigenaar van de grond werken het plan samen met een projectontwikkelaar uit het dorp verder uit. Het bestuur van Dorpsbelangen ziet een combinatie van een collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) voor de starterswoningen en reguliere koopwoningen als een van de mogelijkheden. „Reguliere koophuizen zijn nodig om de prijzen voor de grond van de starterswoningen zo laag mogelijk te houden”, zegt Gorter.

Een zelfgebouwd huis in een CPO-project is gemiddeld zo’n 10 tot 15 procent goedkoper, omdat er geen kosten voor een projectontwikkelaar gemaakt worden. De deelnemers zijn zelf de ontwikkelaar. In Drenthe komt deze vorm van bouwen vaker voor. De provincie heeft een adviseur die CPO-projecten van inwoners bijstaat. Dorpsbelangen Dwingeloo organiseerde in april een informatiebijeenkomst over de starterswoningen en een mogelijke CPO-constructie. „Na afloop kregen we zeventig aanmeldingen van mensen die daarin geïnteresseerd zijn. Door de grote belangstelling heeft de gemeente gezegd met voorrang bij Dwingeloo te gaan kijken waar in de toekomst plaats is voor woningbouw”, zegt Gorter.

Als het project in Dwingeloo doorgaat, moeten de toekomstige bewoners zelf verder met het realiseren van de huizen. „Na een goed bezochte tweede bijeenkomst werken we nu samen met de provincie en de procesbegeleider toe naar een formele oprichting van het CPO. Daarna doen we als Dorpsbelangen een stapje terug. Dan is het aan de deelnemers zelf’’, zegt Gorter. 

Dorpsbelangen wil het liefst zo’n veertig nieuwe betaalbare woningen in het dorp. Daar is een groot tekort aan, weet Gorter. „De jeugd die actief is in het dorp en verbonden is aan verenigingen, wil hier graag blijven. Maar dat is alleen mogelijk voor tweeverdieners die allebei een goede baan hebben. Niet voor mensen die minder verdienen of voor alleenstaanden.”  

Zelf weet ze er alles van. Hoewel ze graag in Dwingeloo wilde blijven, heeft ze een woning gekocht in Meppel en gaat ze binnenkort verhuizen. In Dwingeloo blijven, lukte niet. „We vissen allemaal met elkaar in dezelfde vijver. Als er dan een woning te koop staat die interessant is, dan duikt iedereen erop. Uit Dwingeloo vertrekken stond niet op de planning. Ik was het liefst gebleven, maar het is wel hoe de woningmarkt nu in elkaar zit. Maar wie weet kan ik over een paar jaar terugkomen.”


Lees ook

Bijna nergens in Nederland blijven jongeren zo lang thuis wonen als in Tubbergen

Toen hij na zijn studie ging werken, verhuisde Sjoerd Lenferink (25) terug naar zijn ouderlijk huis.