Merz wil met Duitsland én Europa weer vooruit, maar staat nog even stil

Hoe staat het met het leiderschap van Friedrich Merz? De leider van de christendemocraten (CDU) en aanstaand bondskanselier presenteert zichzelf graag als de sterke, Europese leider van een daadkrachtig Duitsland. Maar sinds zijn partij de landelijke verkiezingen van 23 februari won, is er van de beloften weinig terug te zien.

Europa kijkt naar Duitsland als leider, maar momenteel heeft Duitsland slechts een kabinet zonder mandaat. Tot de nieuwe regeerperiode op 7 mei begint, bevindt Duitsland zich in de schemerzone van de machtswisseling. Huidig bondskanselier Olaf Scholz (SPD) heeft weinig meer te zeggen, en dat geldt voor Merz evenzeer zolang hij niet officieel benoemd is.

Die partijen presenteerden twee weken geleden een coalitieakkoord voor de komende vier jaar. Veel houvast biedt dat niet: alles is onder voorbehoud van de financiën, en sinds de presentatie spreken de partijen elkaar openlijk tegen over belangrijke onderwerpen.


Lees ook

Lees ook deze analyse van het Duitse coalitieakkoord

Vlnr.: CSU-partijleider Markus Söder, SPD-covoorzitter Lars Klingbeil, CDU-partijleider Friedrich Merz en SPD-covoorzitter Saskia Esken bij de persconferentie over het regeerakkoord. Foto Christoph Soeder/EPA

De verhoging van het minimumloon tot 15 euro per uur, in het coalitieakkoord bestempeld als „bereikbaar” voor 2026, staat bijvoorbeeld al ter discussie. Een onafhankelijke commissie zal een aanbeveling voor de hoogte van het minimumloon doen. Het toekomstige kabinet moet zich ongeacht de uitkomst daarvan committeren aan 15 euro per uur, vindt SPD-partijsecretaris Matthias Miersch. Tegen de Duitse krant Bild zei Merz dat de verhoging „mogelijk in 2026 of 2027 die kant opgaat”, maar dat niets vaststaat.

Ook andere beloften worden in het akkoord weinig concreet. Zo hangt belastingverlaging voor lage en middeninkomens af van de begroting. SPD-partijvoorzitter Lars Klingbeil hint zelfs publiekelijk op belastingverhogingen – een nachtmerrie voor CDU en CSU.

Taurusraketten

Onzekerheid is er ook over het buitenlands beleid. Waar Merz eerder gold als pleitbezorger voor de levering van Taurusrakketten aan Oekraïne, blijkt ook dat nu voorwaardelijk. Eerst moeten afspraken gemaakt worden met de Europese partners, zei Merz in een interview met omroep ARD. Andere Europese landen sturen al soortgelijke raketten, maar die hebben een kleiner bereik dan de Taurus. Merz is nog steeds bereid de raketten te sturen, maar houdt een slag om de arm om de weifelende coalitiepartner SPD tegemoet te komen.

Huidig bondskanselier Scholz hield de leveringen tegen, en nog steeds is zijn partij terughoudend. Er zijn goede argumenten voor, maar ook goede argumenten tegen, zei huidig en waarschijnlijk toekomstig minister van Defensie Boris Pistorius (SPD) op een partijbijeenkomst in Hannover. In het coalitieakkoord wordt niet over de Taurusraket gerept.

Merz’ duidelijke taal en stevige beloften maken plaats voor een coalitieakkoord vol mitsen en maren

Overwinningen

Op het gebied van migratie, dat uitgroeide tot het belangrijkste thema van de verkiezingen tijdens een door aanslagen geplaagde campagne, heeft Merz overwinningen behaald. Een groot deel van de voorstellen in zijn nog vóór de verkiezingen ingediende motie voor strenger migratiebeleid is opgenomen in het akkoord.

Toch is ook op dat gebied al onenigheid ontstaan: in het akkoord staat dat Duitsland de vrijwillige opname van „kwetsbare” Afghaanse vluchtelingen (Afghanen die voor Duitsland werkten, journalisten, critici van het regime) zal beëindigen. De vluchten zijn inmiddels opgeschort, maar 2.600 Afghanen zouden via deze regeling nog worden opgehaald. Zij zitten grotendeels in Pakistan te wachten. De SPD wil de belofte nakomen en hen naar Duitsland laten komen. Het CDU wil dat niet.

Het gesteggel, vlak na de presentatie van het akkoord, laat zien hoe zwaar – of licht – de woorden uit het akkoord daadwerkelijk wegen. Merz’ duidelijke taal en stevige beloften tijdens de verkiezingscampagne maken plaats voor een voorwaardelijk coalitieakkoord vol mitsen en maren.

Merz begon de coalitieonderhandelingen al met een gebroken belofte: nog voordat er een akkoord was, loodsden SPD en CDU/CSU vorige maand een grondwetswijziging door de Bondsdag die de overheid in staat stelt miljardenschulden te maken. Voorheen was Merz fervent tegenstander van zo’n versoepeling.


Lees ook

Lees ook: deze analyse over de versoepeling van de Schuldenbremse

SPD-leider Lars Klingbeil (links) en CDU-leider Friedrich Merz overleggen in de Bondsdag, 13 maart.

AfD grootste

Merz stelt zichzelf graag op als daadkrachtige leider, maar doet dat zelfgekozen imago weinig eer aan met het vele gedraai. Het vertrouwen in hem lijdt daaronder: de radicaal-rechtse partij Alternative für Deutschland (AfD) schiet in de peilingen omhoog, terwijl zijn CDU zakt. Bij de verkiezingen eindigde AfD als tweede, met 20,8 procent van de stemmen tegenover 28,5 procent voor CDU.

Eerder deze maand peilde Ipsos AfD al als grootste partij in Duitsland, in andere peilingen deelde het die plek met CDU. Na het Paasweekend steeg AfD in een tweede peiling tot grootste partij, met 26 procent voor AfD en 25 procent voor CDU/CSU.

Juist om die partij buiten de deur te houden, hebben zowel SPD als de Unie, die ideologisch ver uit elkaar liggen, flinke concessies moeten doen. Ze waren tot elkaar veroordeeld: het alternatief voor CDU/CSU was een coalitie met AfD, wat Merz in de campagne uitsloot (net als vrijwel alle andere partijen). De gebroken beloften presenteren zowel SPD als de Unie dan ook liever als het nemen van verantwoordelijkheid.

Daarmee lijkt Duitsland al voor het nieuwe kabinet is begonnen in een soortgelijke situatie beland als vóór de verkiezingen: gegijzeld door partijen met onverenigbare verschillen. De vorige regering, bestaande uit SPD, FDP en De Groenen, viel omdat de partijen het nergens over eens konden worden.

Van de Politikwechsel (politieke omwenteling), waar CDU in de campagne graag van sprak, is nog weinig merkbaar. Het coalitieakkoord geeft weinig houvast, en dus moet het vers aangetreden kabinet het vanaf 7 mei duidelijk maken: gaat Duitsland inderdaad Wieder nach vorne (weer vooruit), zoals de verkiezingsleus van de Unie luidde, of blijft het stilstaan?