Mensenrechtencollege: GroenLinks heeft Statenlid Fernald niet gediscrimineerd

GroenLinks heeft Statenlid Debora Fernald niet gediscrimineerd op basis van ras. Dat oordeelde het College voor de Rechten van de Mens woensdag. Fernald had een zaak aangespannen bij het college omdat ze vond dat de partij haar uitsloot en vijandig behandelde nadat ze een klacht over ongewenst gedrag had ingediend. De partij sprak dat tegen en ook het college kon dat niet vaststellen.

Fernald stapte in 2020 naar een externe klachtencommissie omdat zij binnen de partij ongewenst gedrag, waaronder racisme, had ervaren. Die verklaarde haar klachten grotendeels gegrond. Daarna solliciteerde ze op verschillende functies binnen de partij, maar zonder succes. Volgens Fernald hadden de afwijzingen te maken met het indienen van haar klacht, omdat die ter sprake kwam tijdens sollicitatieprocedures. GroenLinks ontkende dat en wordt daarin in het gelijk gesteld door het college. „Het college constateert dat er andere redenen waren voor de afwijzingen, waardoor niet voldaan is aan de bewijslast die op de vrouw rust om aan te nemen dat sprake is van victimisatie.”  

Statenlid Fernald raakte in mei vorig jaar in opspraak toen ze bij de verkiezing van de Eerste Kamer niet zoals afgesproken op haar eigen partij stemde, maar op Volt. Dat bleek een stem met grote gevolgen: GroenLinks verloor één senaatszetel, Volt kreeg er een bij. GroenLinks zette haar vervolgens direct de Statenfractie uit. Achteraf zei Fernald spijt te hebben. Ze had niet beseft dat haar stem op Volt „gevolgen voor de Eerste Kamer” had.


Lees ook

Statenlid van GroenLinks dat op Volt stemde heeft spijt

Statenlid Debora Fernald tijdens de stemming voor de Eerste Kamer in het Provinciehuis van Zuid-Holland. Ze stemde Volt in plaats van GroenLinks.