Mensenhandel moet makkelijker te vervolgen worden dankzij een nieuwe wet

Een ingenomen paspoort, geen salaris. Dreiging, soms zelfs met geweld. Een buitenlandse au pair, die in Nederland bij een gastgezin voortdurend overuren werkt, vroeg advocaat Tulin Çatbaş haar bij te staan. „Het is duidelijk dat hier veel meer aan de hand is dan alleen een arbeidsconflict”, zegt Çatbaş, gespecialiseerd in zowel arbeids- als strafrecht. „Maar via de huidige wetgeving is dit heel moeilijk aan te tonen.”

Een wetswijziging moet er daarom voor zorgen dat ernstige misstanden op de werkvloer voortaan strafrechtelijk te vervolgen zijn. Denk hierbij aan onderbetaling, onveilige arbeidsomstandigheden of slechte huisvesting. Om daders hiervoor strafbaar te stellen, moet deze vorm van mensenhandel in de wet worden opgenomen als een nieuw misdrijf. Deze donderdagmiddag debatteert de Tweede Kamer over de wet.

Mensenhandel wordt in Nederland relatief weinig strafrechtelijk vervolgd, zegt Nationaal Rapporteur Mensenhandel Conny Rijken. Terwijl naar schatting jaarlijks ten minste 5.000 mensen slachtoffer zijn. Onder mensenhandel worden onder andere arbeidsuitbuiting, seksuele en criminele uitbuiting verstaan.

Erkenning

Strafrechtelijke vervolging van mensenhandel kan slachtoffers een groter gevoel van erkenning geven dat hun iets is aangedaan, zegt Karin Burgerhout, projectleider van Stichting FairWork die slachtoffers van arbeidsuitbuiting bijstaat. „In het arbeidsrecht vecht je als burger tegen burger. In het strafrecht gaat de staat achter de boef aan. Daarmee zeg je tegen het slachtoffer: jij hoeft je niet te schamen.”

Bovendien kunnen slachtoffers via het strafrecht makkelijker niet uitbetaald loon alsnog ontvangen, zegt Çatbaş. De staat kan dan garant staan voor de uitbetaling. Via het arbeidsrecht moet een slachtoffer soms zelf achter het loon aan, ook als de rechter bepaald heeft dat de werkgever moet betalen. Die route kan tot veel tragere betaling leiden – als al betaald wordt.

Nu is het nog moeilijk om arbeidsuitbuiting strafrechtelijk te vervolgen en te bewijzen, omdat in de rechtspraak verschillende interpretaties bestaan van uitbuiting, zegt Rijken. „Onlangs hebben we jurisprudentieonderzoek gedaan om te zien hoe rechtbanken in het hele land dit begrip interpreteren. Daaruit bleken grote verschillen.”

Dit is goed te zien in de zaak die enkele jaren geleden diende tegen champignonteler Prime Champ uit Venlo. Bij dat bedrijf werden de registratie van gewerkte uren en het wegen van de geplukte champignons structureel gemanipuleerd, zodat werknemers minder betaald hoefde te worden. „Bij de rechtbank werd de eigenaar veroordeeld voor mensenhandel”, zegt Rijken. „Maar in hoger beroep werd hij daarvan vrijgesproken.”

Geen herkenning

Vaak herkennen autoriteiten, zoals de politie, arbeidsuitbuiting al niet als zodanig, stelt FairWork. Burgerhout herinnert zich een vrouw die schoonmaakte in een winkel en bij haar werkgever in huis woonde. „Ze kreeg niet uitbetaald, en toen ze vroeg wanneer ze haar salaris kon krijgen, sloeg de werkgever haar. Ze ging naar de politie, maar daar ging geen belletje rinkelen dat sprake was van uitbuiting.” ‘Ga maar naar huis, morgen komt de wijkagent wel even langs’, kreeg ze te horen.

Veel slachtoffers van mensenhandel blijven zo buiten het zicht, zegt Burgerhout. „Vaak heeft het hun al veel moeite gekost om naar autoriteiten te gaan. Als hun melding niks oplevert, haken ze af.”

Om zaken als uitbuiting makkelijker te herkennen en te vervolgen, wordt het misdrijf ‘ernstige benadeling’ in de wet opgenomen. Dat is een minder zwaar misdrijf dan mensenhandel. Daardoor komt de lat om over te gaan tot vervolging lager te liggen.

Interpretaties

Het is de vraag of dit gaat helpen, zegt Nationaal Rapporteur Mensenhandel Rijken. Het verschil tussen lichtere en zwaardere misdrijven is dan nog steeds niet duidelijk, vindt ze. Het risico is volgens haar dat „we ook bij de nieuwe wet te maken krijgen met uiteenlopende interpretaties”.

FairWork is positief over de wet, maar betwijfelt of deze in de praktijk de drempel verlaagt om uitbuiting te vervolgen. De stichting zou daarom graag binnen een jaar na invoering een evaluatie van de wet zien.

Advocaat Çatbaş heeft wel de hoop dat cliënten van haar die uitgebuit worden, straks beter worden geholpen. Ze denkt aan schoonmakers, die vies en zwaar werk moeten doen. Sommige van hen worden ziek omdat ze lang onder slechte omstandigheden hebben gewerkt, vertelt ze. Ze moeten zware schoonmaakapparatuur naar boven tillen in gebouwen zonder lift en te lang werken zonder pauze. Soms halen werkgevers hier financieel voordeel uit. „Met de nieuwe wet kun je dat harder aanpakken.”