In het stadhuis mag men het horen. Een instemmend gejoel klinkt buiten als een spreker zegt dat het gemeentebestuur van Rotterdam „direct verantwoordelijk” is voor „massamoord en genocide”. Er wordt geroffeld op trommels. Een vrouw zit op de rand van de trap en schrijft op karton: ‘Maersk je moeder’ en ‘geen wapens door onze haven’.
De zeventigjarige Els – haar achternaam mag niet in de krant – heeft een foto meegenomen van het standbeeld van Ossip Zadkine, dat herinnert aan het bombardement van 1940. Ze staat er omdat ze een „morele plicht” voelt. „Rotterdam is óók platgebombardeerd. Ze zouden Zadkine een Palestijnse sjaal om moeten doen.”
Het protest, opgezet door actiegroep Geef Tegengas, draait om een schip van rederij Maersk, dat woensdagochtend aanmeerde in de Rotterdamse haven. Het schip zou afkomstig zijn uit Israël en transporteert volgens gegevens van de Palestijnse beweging Palestinian Youth Movement onderdelen van F35-gevechtsvliegen.
In een brief riep een bont gezelschap actiegroepen burgemeester Carola Schouten dinsdag op om het schip, dat onderweg is naar de Verenigde Staten en hier een tussenstop maakt, te laten vertrekken. De stad faciliteert volgens hen de „militaire logistieke keten” van Israël. Dat maakt Rotterdam in hun ogen „medeplichtig aan deze genocide”.
De gemeenteraad vergadert donderdag over de kwestie. In aanloop naar de raadsvergadering hebben zo’n 150 mensen zich woensdagavond met vlaggen en spandoeken verzameld bij het stadhuis. Naast de actiegroepen hebben ook drie politieke partijen hun handtekening gezet onder de brief naar de burgemeester.
Actiegroep Geef Tegengas wil dat Rotterdam het schip met onderdelen voor Israëlische F35 gevechtsvliegtuigen weert.
Foto Jordy van der Boom
Doorvoerroute
„Als je je haven hiervoor beschikbaar stelt, ben je een beetje medeplichtig”, vindt raadslid Theo Coşkun (SP). „Dit is Rotterdams grondgebied. Dan kun je niet zeggen: het is niet onze rol. We hebben de taak om alles op alles te zetten om wat er in Gaza gebeurt te voorkomen. Zo zou iedere burger in het leven moeten staan.”
Judith Bokhove, fractievoorzitter van GroenLinks, vindt de formulering dat Rotterdam medeplichtig is aan genocide „te stellig”. „Maar we hebben wel onze verantwoordelijkheid. Als je als stad niet acteert, geef je daarmee ook een signaal af. We vinden dat de oorlog moet stoppen. En dus ook dat we die niet moeten faciliteren.”
We moeten onze stem laten horen. In alle lagen van politiek bestuur. Zeker als zo’n schip onze haven binnenkomt
Rotterdammers mogen er weinig van meekrijgen, doorlopend wordt de belangrijke havenstad gebruikt als doorvoerroute voor wapentransporten. Een handel die „logischerwijs voortvloeit uit de rol van Rotterdam als internationale haven”, aldus wapenexport-deskundige Frank Slijper. „Er wordt van alles doorgevoerd, dus ook wapens en militair materieel.”
Het gaat dan ook niet alleen om Israël, zegt Bokhove. De positie van Rotterdam als internationale doorvoerhaven voor wapens baart haar zorgen. „De haven ligt dichtbij Rotterdam. Dat er wapens worden doorgevoerd, brengt veiligheidsrisico’s met zich mee. Op deze manier betrek je Rotterdam ook in een internationaal conflict.”
Bestuurslagen
Met de kwestie bereikt het oorlogsgeweld in de Gazastrook in korte tijd opnieuw de Rotterdamse politiek. Naar aanleiding van een online-petitie sprak de gemeenteraad zich vorige week met een nipte meerderheid uit tegen het Israëlische geweld. De vraag die de raadszaal verdeelt, is of het aan het lokale bestuur is om zich daarmee bezig te houden.
„We snappen allemaal dat het buitenlandbeleid aan de Tweede Kamer is”, zegt PvdA-raadslid Sarah Reitema. „Maar met dit soort schendingen van het internationale recht moeten we onze stem laten horen. In alle lagen van politiek bestuur: als gemeente, deelraad en Brussel. En zeker als er zo’n schip onze haven binnenkomt.”
Leefbaar Rotterdam, de grootste fractie in de raad, denkt daar anders over. „Wij vinden het niet gepast om een internationaal conflict te importeren in de stad”, zegt raadslid Sebastiaan Bonte. „Ik vind dat linkse partijen niet de juiste prioriteiten stellen. We hebben het inmiddels wekelijks over Gaza, maar daar gaan we niet over.”
Hij spreekt van „selectieve verontwaardiging”. „Op deze manier kun je elke supply-chain gaan onderzoeken. De wereld komt in de Rotterdamse haven. Het is wel erg eenzijdig anti-Israël. Gemakshalve wordt even vergeten wie de oorlog is begonnen. Het moet stoppen, dat is duidelijk. Maar wat gaan we er in Rotterdam aan doen?”
Het omstreden containerschip Maersk Izmir in de Rotterdamse haven.
Foto Marco Hoope
Spanje
Overheden kunnen een schip met onwelgevallige inhoud weigeren. Zo ontzegde Spanje, één van de meest Israël-kritische EU-lidstaten, vorig jaar een schip met wapens de toegang tot de haven van Cartagena. Het schip vervoerde 27 ton aan explosief materiaal en had Israël als bestemming.
Dat Rotterdam zomaar dezelfde afweging zal maken, is niet waarschijnlijk. Het stadsbestuur, gedragen door Leefbaar Rotterdam, VVD, D66 en Denk, stelt zich rond het conflict voorzichtiger op dan bijvoorbeeld Amsterdam, waar burgemeester Femke Halsema het kabinet vorige week nog opriep Israël tot de orde te roepen.
Wij vinden het niet gepast om een internationaal conflict te importeren in de stad
„Een hoop mensen hebben het gevoel dat ze alleen machteloos kunnen toekijken”, aldus Coşkun. „Nu kunnen we wél iets doen: deze schepen weren. Er zijn veel druppels op de gloeiende plaat nodig om ervoor te zorgen dat Israël zich achter de oren gaat krabben. Dit is een van de druppels die wij als Rotterdam kunnen toevoegen.”
Een woordvoerder van de burgemeester zegt desgevraagd niet op het debat van donderdag vooruit te willen lopen.
Lees ook
De internationale kritiek op Israël zwelt aan: hoe kijkt de wereld naar de oorlog in Gaza?
Hoewel het aantal mensen dat zelfmoord pleegt al jaren nauwelijks verandert, heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vorig jaar het hoogste aantal zelfdodingen onder jonge vrouwen tussen de 10 en 30 jaar geregistreerd sinds het begin van de meting in 1950. In 2024 maakten 117 jonge vrouwen een eind aan hun leven, terwijl dat er een jaar eerder 78 waren, en in 2022 104. Om de metingen te corrigeren voor de bevolkingsgroei, formuleert het CBS het zo: tussen 2000 en 2004 overleden 2,7 jonge vrouwen op de 100.000 inwoners van Nederland door zelfdoding, tussen 2020 en 2024 was dat verdubbeld tot 4,7 op de 100.000. En ook bij jonge mannen komt zelfdoding steeds vaker voor. In totaal kwamen in 2024 1.849 mensen om het leven door zelfdoding.
Soms zijn pieken in suïcidecijfers goed te verklaren, legt Renske Gilissen uit. Ze is hoogleraar suïcidepreventie aan de Universiteit Leiden. Na de wereldwijde economische recessie van 2008, bijvoorbeeld, steeg het aantal zelfdodingen. Maar de laatste stijging, die onder jonge vrouwen, heeft niet zo’n duidelijke katalysator.
„Sowieso is er zelden één reden, één oorzaak van een geval van zelfdoding”, zegt Gilissen, die voor Stichting 113 Zelfmoordpreventie onderzoek naar suïcide doet. Dat beaamt haar collega Lizanne Schweren, die zich in haar onderzoek onder meer richt op de relatie tussen suïcidaliteit en andere doodswensen, zoals euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden. „Het is een opeenstapeling van factoren,” zegt ze. „Nu zien we al een tijd lang wel dat het niet zo goed gaat met de mentale gezondheid van jonge mensen.”
Bij jonge vrouwen horen we vaak dat ze veel langdurige psychische problemen hebben
Stichting 113 doet nabestaandenonderzoek, vertelt Gilissen, waarbij na een suïcide met familieleden van de overledene wordt besproken wat eraan vooraf is gegaan. „Bij jonge vrouwen horen we vaak dat ze veel langdurige psychische problemen hebben. Persoonlijkheidsproblemen, bijvoorbeeld, of autisme. En dat het lastig was om daarbij goede zorg te vinden.”
Een klein deel van de jonge mensen die overleden door zelfdoding, had zich aangemeld voor een euthanasieprocedure, zegt Schweren. En het zijn relatief vaker vrouwen die aan dat proces beginnen.
Negatieve spiraal
Wat Gilissen in gesprekken met nabestaanden hoort, is dat de manier waarop jongeren over hun suïcidale gedachten praten is veranderd. De gesprekken die ze erover hebben zijn „negatief”. Ze voeren die vooral met leeftijdsgenoten die zich óók niet goed voelen. „In vriendengroepen, op school, maar ook onderling als ze opgenomen zijn in de ggz, of via sociale media. Ze zoeken vooral lotgenoten op die net als zij suïcidale gedachten hebben of zichzelf beschadigen. Zo kom je in een negatieve spiraal terecht.”
„Het is belangrijk voor jongeren om te weten dat dat soort gesprekken niet per se helpen. Praat er alsjeblieft over met je mentor of je ouders, met andere volwassenen. Niet alleen met leeftijds- of lotgenoten,” zegt Gilissen. Voor docenten en medewerkers van ggz-klinieken is het belangrijk om niet alleen te praten met het kind dat suïcidale gedachten heeft, maar met de hele vriendengroep om diegene heen. En check als ouder af en toe waar je kind online naar kijkt.
Lotgenoten zijn volgens Gilissen door sociale media makkelijker te vinden dan ooit. Er worden video’s gedeeld met hashtags waar je op kunt zoeken op TikTok, er worden groepen aangemaakt waarin ervaringen worden gedeeld. Zoals voornamelijk jonge vrouwen competitieve video’s delen over eetstoornissen, over hoe weinig calorieën ze die dag hebben binnengekregen, is er ook een sfeer van competitie in video’s over suïcidale gedachten en zelfbeschadiging. „Daar komt de druk bij van aan een bepaald beeld moeten voldoen, dat andere mensen op hun kanalen weer delen,” zegt Gilissen. Maar, sociale media verklaren niet alles – „sommige jongeren helpt het ook: je maakt er makkelijker vrienden door, over de hele wereld”.
Suïcidaliteit is een combinatie van kwetsbaarheid en externe stressfactoren, onderstreept Gilissen. „Dat kan ook prestatiedruk op school zijn, onzekerheid over de toekomst, oorlogsdreiging, het klimaat, de woningmarkt.”
UWV en schuldhulpverlening
Hoewel de stijging onder jongeren sterk is, vindt het grootste aantal zelfdodingen plaats onder een andere groep: mannen tussen de 50 en 70 jaar. „Het is een fase waarin mensen terugkijken op hun leven tot dan toe”, zegt Gilissen. Ze vragen zich af of ze eigenlijk wel tevreden zijn. Mensen die leven van een uitkering, bijvoorbeeld, of alleenstaanden, zijn risicogroepen. „Mensen in die situatie kunnen zich nutteloos voelen, eenzaam. En zich dan afvragen: waarom ben ik hier eigenlijk?”, zegt Gilissen.
Jonge vrouwen zoeken vaak professionele hulp, mannen van middelbare leeftijd niet
Omdat die risico’s bekend zijn, worden naast psychologen en psychiaters nu ook andere beroepsgroepen opgeleid om gesprekken over zelfdoding te voeren. Het gaat bijvoorbeeld om medewerkers van uitkeringsinstantie UWV, van de schuldhulpverlening en bedrijfsartsen. Dat is nodig, juist náást de geestelijke gezondheidszorg, zegt Gilissen. „Jonge vrouwen zoeken vaak professionele hulp, mannen van middelbare leeftijd niet.”
Lees ook
‘We weten heel weinig over de mensen die sterven door suïcide’
Bij Stichting 113 merkt Gilissen dat er vaak nog schaamte is om te praten over suïcidale gedachten. „Ook omdat anderen vaak het gevoel hebben niet te weten wat ze moeten zeggen tegen iemand met suïcidale gedachten en daarom het gesprek niet durven aan te gaan.” De stichting biedt een training aan als onderdeel van hun Vraag Maar-campagne. „Eigenlijk zou iedereen een gesprek over zelfmoord moeten kunnen voeren.”
Denk je aan zelfdoding? Neem 24/7 anoniem en gratis contact op met 0800-0113 of chat op 113.nl.
Een eengezinswoning in een jarentachtigwoonwijk in Vlissingen. Tegels in de voortuin, een groene container, pluizende paardebloemen. De voordeur staat op een kier, Lilian Janse (51) blijkt in de achtertuin te zitten. „Even pauzeren in het zonnetje”, zegt ze, en wijst naar een rolluik op één hoog. Daar werkt ze. Ze doet de administratie voor een bureau in schuldhulpverlening. Daarnaast is ze raadslid voor de Staatkundig Gereformeerde Partij in Vlissingen. Als eerste vrouw ooit. Ook al vindt haar partij vrouwen ongeschikt voor de politiek, toch wil ze op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer. En zo is de ‘vrouwenkwestie’ opnieuw een principieel twistpunt in de SGP. Zaterdag, op het partijcongres in Nieuwegein, stemmen de leden over de ‘roeping van de vrouw’ en of die te rijmen valt met een politiek ambt.
Vrouwen mogen lid zijn van de SGP, sinds 2006. Vrouwen mogen zich ook verkiesbaar stellen voor de partij, sinds 2013. Dat ging allemaal niet vanzelf en al helemaal niet van harte. Jarenlang procedeerden juristen van Bureau Clara Wichmann tegen de uitsluiting van vrouwen door de partij en ze haalden hun gelijk bij het gerechtshof in Den Haag. De SGP discrimineert vrouwen, was het oordeel. Daar ging de SGP tegen in beroep, nu bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Het recht van vrouwen, vond de partij, botste met hún mensenrechten – vrijheid van meningsuiting, godsdienst en vergadering. Het EHRM vond van niet: de partij moest de statuten aanpassen en vrouwen stemrecht geven – actief én passief. En zo geschiedde.
Dus toen Lilian Janse uit Vlissingen zich in 2013 verkiesbaar stelde als lijsttrekker voor de SGP, deed ze niks wat niet mocht. Vervolgens gingen 770 van de 942 Vlissingse SGP-stemmen naar haar en ja, toen was ze raadslid. Zo’n 30, 35 uur per week bekommert ze zich om de openbare ruimte, verkeer, de zorg, ruimtelijke ordening. „Met heel mijn hart werk ik voor de publieke zaak.” In de tien, elf jaar dat ze het nu doet, heeft ze nooit echt tot zich door laten dringen, zegt ze, dat het tóch ongewenst is wat ze doet. De partijstatuten mogen dan zijn aangepast, de partijbeginselen zijn dat niet. Want daarin staat gewoon nog, in artikel 10, dat wat ze doet voortkomt uit een „revolutionair emancipatiestreven” dat strijdig is met „haar roeping”.
Ze draagt een T-shirt, spijkerbroek, Crocs aan haar voeten en legt onderzetters op het glazen tafelblad. Koffie en een glas water. Op een kruk in de hoek een decimeter-dikke bijbel, aan de muur trouwfoto’s van de kinderen, uit de halfgesloten wandkast piept de televisie.
Televisie?
„Altijd gehad. Sinds mijn trouwen dan. Ik ben van de Gereformeerde gemeente in Vlissingen, hè, bij ons wordt niet zo zwaar getild aan tv kijken. Bij de Gereformeerde Gemeenten in Nederland ligt dat lastiger, zij zijn een afsplitsing, ik geloof sinds 1953. En dan heb je nog afsplitsing Oud Gereformeerde Gemeenten, dat zijn die mannen met hoeden en zwarte pakken. En toen daar ruzie kwam, kreeg je de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Niets om trots op te zijn. Maar het zijn kleine clubjes hoor, van zo’n 25.000 leden, ze zitten verspreid door het land. In de Betuwe, op de Veluwe, Krimpen aan den IJssel, hier in Kruinigen en Arnemuiden heb je een paar plukjes.
„De twee-, driehonderdduizend leden van onze gezindte kijken meestal wel tv. Dat heeft een vlucht genomen toen de kerken dicht moesten tijdens corona. Ik vind het wel een service. Als je ziek bent of te verkouden voor de kerkgang. Op vakantie in het buitenland is het vaste prik voor mij. Tuurlijk. God vraagt een zevende van mijn tijd en die geef ik hem graag.”
Vraagt God je ook om politiek werk te verrichten?
„Tja, dat is dus een theologische discussie en binnen de SGP zijn de meningen verdeeld. Ik ben er heel eerlijk in, ik heb de partijbeginselen nooit uitgebreid bestudeerd. Tot iemand me vroeg: zie je wat daar staat? Ja, tjonge, dat is nogal wat.”
Foto Katrijn van Giel
Wat staat er volgens jou in dat artikel 10?
„Heel plat gezegd staat er: we willen je niet. Jij mag dat niet doen.”
Het beginselprogramma stamt uit 1918, het jaar dat de SGP werd opgericht. Aan artikel 7 lees je af hoe de oprichters schipperden tussen de bijbel en de wet. Ze noteren dat de man het hoofd der vrouw is én dat alles wat morrelt aan die ordening krachtig bestreden dient te worden. Maar ja, de wet. In 1917 was het algemeen kiesrecht ingevoerd. Stemrecht voor iedereen, ook vrouwen. De oprichters vonden dat een ongewenst ‘revolutionair emancipatiestreven’, maar verbieden konden ze het niet. Ze formuleerden een geitenpaadje: een vrouw moet ‘naar eigen geweten’ en ‘met inachtneming van haar door God gegeven plaats’ afwegen of ze vindt dat ze mag stemmen. Maar het artikel over passief kiesrecht – verkiesbaar stellen en verkozen worden – dat bleef zoals het was. Volgens de letter van de wet mag Lilian Janse haar werk doen, maar volgens de geest van de partij niet. En die kloof wil de SGP-afdeling Vlissingen nu dichten.
Er zijn kerkscheuringen om mindere kwesties.
„Dat is ook waar het hoofdbestuur van de partij bang voor is. Dat een minderheid de partij de rug toe zal keren. Ik sprak laatst een SGP-bestuurslid, een jongeman uit de Betuwe. Hij zegt: als jij op de Tweede Kamer-lijst komt, stap ik eruit. Ik zeg: ‘Echt? Vanwege dat ene vrouwtje? Zijn al die andere principes dan nul waard?’ Ik vind het nogal een dreigement.”
Waar is de partij bang voor?
„Als we nu een vrouw toelaten in de Kamer, denken ze, dan mag een vrouw straks ook in de kerk een ambt vervullen. Ik heb soms het idee dat de SGP zichzelf meer als kerk ziet dan als politieke partij, dat krijg je, als dominees een partij beginnen.”
Willen de weglopers een nieuwe orthodoxere partij?
„In Ede, waar SGP de grootste partij is, heeft zich eens zo’n clubje afgescheiden. Dat heeft het niet gered. Als je naar de statistieken kijkt, 51 procent van de SGP-stemmers is vrouw. Als je die tegen je hebt, scheelt dat zo een zetel, misschien wel twee.”
Is het een generatieconflict? Of vooral een regionale kwestie?
„Allebei. Al die meiden studeren tegenwoordig. Ze komen terecht in de juridische wereld, ze worden beslissers, krijgen leidinggevende functies ook.”
Op de site van de gemeente Vlissingen schrijft Lilian Janse dat zij er als zestienjarige van droomde om na de meao [voorloper van het mbo] „in mantelpakje en op pumps, gewapend met een sjiek attachékoffertje” de rechterhand te worden van een directeur van een grote multinational. Ze ging in de haven werken, tot ze op haar 23ste trouwde met Ko Janse. Eenmaal moeder van drie kinderen, bezorgde ze ’s ochtends kranten en maakte na kinderbedtijd schoon bij een tandartspraktijk.
Later, de kinderen waren al groot, reed ze als chauffeur nieuwe auto’s op containerschepen. „Stoer werk”, zegt ze. „Met alleen maar mannen, die zich ineens netjes gingen gedragen met een vrouw erbij.”
Ze heeft, zegt ze, genoeg liederlijks voorbij zien komen. „Er zitten hier honderd cafés, tig hoerententen en seksshops voor de Engelse toeristen. Vlissingen is een havenstad, we staan open voor alles en iedereen. Woon je op de Biblebelt, dan leef je als gelovige meer in een bubbel.”
Haar ouders hadden kennissen die niet geloofden, van haar vijf beste vriendinnen is er maar eentje kerkelijk.
En Vlissingse SGP’ers vinden dat het moet kunnen, een vrouw in de politiek?
„SGP Vlissingen vindt het hypocriet dat er in de statuten A staat, maar in de beginselen B. Ze dienen de motie niet in voor mij, maar voor mijn soort. En ik ben niet meer de enige vrouw die dit werk doet. In Dordrecht is nu een vrouw raadslid, in de Noord-Oostpolder. Er was zelfs een vrouw even wethouder in Zierikzee. Ik ben degene die durft te zeggen: zet mij maar op de lijst voor de Tweede Kamer. Ik weet dat de SGP-fractie in Den Haag het risico, of nee, de kans groot acht dat er bij nieuwe verkiezingen een vrouw in de Kamer wordt gekozen. En zij willen dan liefst een vrouw met politieke ervaring, dus is mij gevraagd of ik daarover wilde nadenken.”
Wie heeft je gevraagd?
„Ik heb beloofd geen namen te noemen. Maar de kans is één op drie dat je het goed raadt.” De SGP heeft drie zetels in de Tweede Kamer. Fractievoorzitter Chris Stoffer, André Flach en Diederik van Dijk.
En waarom denk jij zelf dat een vrouw de politiek in mag en kan?
„Nou ja, ze beginnen altijd over de scheppingsorde. Maar het is maar net hoe je de bijbel leest.” In de hoofdstukken 1 en 2 van Genesis schept God de mens. Eerst Adam, dan Eva. En zij leest in vers 18: ‘Ik zal hem een hulpe maken, die als tegen hem over zij’. „Dus God zet de vrouw tegenover de man, niet ónder. En wanneer heeft iemand hulp nodig? Als je het niet alleen kan. God draagt de mens op de aarde te bouwen en te bewaren. Sámen.”
Als de man leidend zou zijn, had Adam moeten zeggen: nee schat, dat ga ik niet doen, die vrucht eten
Maar de vrouw heeft het verbruid door van de verboden vrucht te eten…
„Adam at er óók van. Als de man leidend zou zijn, had hij moeten zeggen: nee schat, dat ga ik niet doen. De zondeval, alles wat de mens treft vanaf hoofdstuk 3, is het gevolg van hún fout, niet alleen die van haar. Zo zie ik het.”
Je kunt ook denken: ik sluit me aan bij de ChristenUnie, CDA desnoods?
„Nee, nee. ChristenUnie is me te soft, te links. CDA al helemaal.”
Bij de SGP word jij als progressief gezien.
„Qua politieke standpunten kan ik gewoon ontzettend conservatief zijn, hoor. Echt SGP.” Tegen abortus, voor de doodstraf. Voor beperking van asielinstroom, tegen al te veel milieuregels.”
Foto Katrijn van Giel
Het was in 2013 je vaders idee om jou voor te dragen als SGP-lijsttrekker. Hoe ging dat?
„Al zolang ik me kan herinneren zat mijn vader in de politiek. Als meisje tikte ik zijn toespraken uit, ik wist precies wat er in de Algemene Beschouwingen stond. In 2013 waren er gemeenteraadsverkiezingen, mijn vader had zes mannen gevraagd lijsttrekker voor de SGP te worden, maar allemaal zeiden ze nee. Hij zat hier, bij mij op de bank, z’n beklag te doen dat niemand wilde. Toen zei ik, spontaan: dan doe ik het wel.”
En hij vond dat een goed idee?
„Hij was even stil. En toen zei hij: is goed. Mijn vader zat in de ketelbouw, hij heeft de Amercentrale nog helpen bouwen. Hij was gewend om ook met vrouwen te werken. Vaak zat hij weken lang in het buitenland, in Oman, Koeweit, Polen en dan runde mijn moeder het thuis in haar eentje. Zelfstandige vrouwen hoor, hier in Vlissingen. De vrouw van Michiel de Ruyter, in zestien zoveel, die zat soms een jaar alleen én managede ook de inkoop voor de vloot, hè. Maar goed, toen moest mijn vader het bestuur informeren, eerst in Vlissingen, daarna het landelijke. De partijvoorzitter toen, Maarten van Leeuwen, zei dat hij echt tégen was. De hele wereld viel over ze heen. Of eigenlijk over mij heen.”
Ko Janse komt erbij zitten. Hij is zestien jaar ouder en gepensioneerd vlamspuiter van scheepsmotoren. Hij zegt: „Ze kon zelfs PowNews aan, met Rutger van Castricum.” Zij: „Die probeerde me op te kast te krijgen. Ik mocht hem niet aankijken, want, zei hij, SGP-vrouwen hoorden toch niet met mannen te praten?” Ze heeft zich, zegt ze, nooit echt bedreigd gevoeld. Ze kreeg lelijke mails, dat wel. Ze herinnert zich een preek die ze op haar achttiende hoorde. „De dominee zei: Kapers gaan pas de zee op als een schip diep geladen ligt. Wat hij ermee bedoelde was: als je lading hebt, heb je inhoud en dan word je vaak bestreden. Soms van buitenaf, soms van binnenuit, en dat heb ik nu. Een broeder die me met een bijbeltekst onderuit probeert te halen, dat vind ik pijnlijk.”
Is het geen provocatie om toch op die lijst te willen?
„Nee, dat is geen provocatie. Ik vind het mooi hoe Vlissingen de motie verwoordt. Niet zo van: jullie zitten fout, en wij eisen dit. Nee, ze zeggen: ‘Erken dat er verschillend over vrouwen kan worden gedacht, net als over vaccineren en verzekeren.” Die kwesties zijn ‘opgelost’ door vast te leggen in de beginselen dat ze overeenkomen dat ze het onderling oneens zijn.”
Zul je zien dat je straks op een onverkiesbare plek 36 komt te staan.
Ko Janse: „Dat is geen probleem.” Lilian Janse: „Als ik er maar op sta. Een vrouw kan er met voorkeurstemmen in worden gestemd, dat is ook de verwachting. Alleen al hier in Vlissingen zijn er zoveel mensen, ook van VVD of D66, die zeggen: als jij erop staat, stem ik op jou.”
En wat als je wordt gekozen?
„Dan ga ik. Ko en ik hebben het er uitgebreid over gehad, want privé verandert er veel voor ons als ik naar Den Haag ga. Ik heb gezegd: ‘Ik ga alleen met jouw toestemming. Mijn huwelijk en mijn gezin staan op één’.”
En Ko vindt het goed?
Ko Janse: „Ik doe de volledige huishouding al. Wasjes, stofzuigen, koken. Lilian hoeft niks meer te doen. Als zij doordeweeks in Den Haag bezig is, vermaak ik me wel.”
Ga je op 24 mei naar het partijcongres in Nieuwegein?
„Er gaan vier leden uit Vlissingen. Dat is een auto vol, mooi, hoef ik niet.”
In hun pre-advies ontraadt het SGP-hoofdbestuur de leden om de motie te aanvaarden.
„We gaan er niet uitkomen, uit deze discussie. Blijkbaar is het voor de SGP nog te vroeg.”
Het Openbaar Ministerie betaalt 10.000 euro immateriële schadevergoeding aan de 41-jarige journalist Kevin Roberson omdat justitie jarenlang niets deed met diens aangifte tegen racistische bedreigers. Zelfs een door het gerechtshof gegeven bevel tot vervolging, werd door het OM volledig genegeerd.
Na kritische berichtgeving op zijn Facebookpagina over Zwarte Piet bij de intocht van Sinterklaas in Dokkum in november 2017, werd Roberson veelvuldig beledigd en soms met de dood bedreigd.
Een ander geval van het door het OM in het geheel niet opvolgen van een bevel van een gerechtshof en het laten verjaren van de zaak is mij onbekend
Omdat er met zijn aangifte bij de politie niets werd gedaan, vroeg hij het gerechtshof in Leeuwarden het OM te dwingen tot vervolging van de belagers. In februari 2022 oordeelden de raadsheren dat het OM een „nader onderzoek” moest instellen naar de groep van zo’n zeventien vermeende belagers.
Een onderzoek was volgens het hof nodig „gelet op de hoeveelheid en de ernst van de bedreigingen en in aanmerking nemend dat agressie en bedreiging van journalisten in de uitoefening van hun functie niet te tolereren valt”. Het OM kreeg de opdracht „in ieder geval de identiteit te achterhalen” van de belagers en om ze te horen.
Plank
Ook na dit oordeel van het hof deed het OM niets. De officier van justitie weigerde nader onderzoek. Daarop volgde in juni 2022 een beschikking van het gerechtshof waarin justitie nadrukkelijk een bevel tot vervolging van beklaagden werd gegeven „ter zake van discriminatie, gepleegd op en na 18 november 2017”.
Ruim twee jaar later bleek het OM nog steeds niet in actie te zijn gekomen. Op herhaalde brieven kwam geen antwoord.
In september 2024 berichtte een parketsecretaris van het arrondissementsparket Noord-Nederland aan Willem Jebbink, advocaat van Roberson, dat de zaak om onbekende reden „op de plank is blijven liggen”. Er was geen vervolging ingesteld en die zou ook niet meer volgen omdat de kwestie inmiddels was verjaard. Het OM bood excuses aan.
Lees ook
Heel Friesland door om de ‘blokkeerfriezen’ te steunen
Blokkeerfriezen
De bedreigingen aan het adres van Roberson, een man van Afro-Amerikaanse en Nederlandse komaf, hielden volgens Jebbink alle verband met „een verslag dat cliënt op 18 november 2017 als journalist maakte van de blokkade van de snelweg A7 in Friesland, nadien bekend geworden als de zaak van de Blokkeerfriezen”. Voorstanders van de traditionele Sinterklaasviering blokkeerden de weg om een demonstratie tegen Zwarte Piet te verhinderen tijdens de intocht van de Sint in Dokkum.
Roberson deed met een livestream verslag via zijn eigen Facebookpagina. Volgens hem is Zwarte Piet „een racistische karikatuur van een persoon van Afrikaanse afkomst”.
Ruim twee jaar later kwam het OM nog steeds niet in actie. Op herhaalde brieven kwam geen antwoord
Na zijn berichtgeving werd Roberson onder meer via Facebook en WhatsApp belaagd en bedreigd. Ook werden zijn persoonsgegevens gepubliceerd. Hij heeft volgens Jebbink „prints van de bedreigingen aan de politie overgelegd, alsook namen, telefoonnummers en accountnamen van de plegers. Hij heeft in zijn aangiftes de vrees uitgesproken dat hem of zijn familie iets wordt aangedaan”.
In een uitspraak van december 2024 oordeelt het gerechtshof zeer kritisch over het handelen van het OM. De raadsheren vinden „de gang van zaken onbegrijpelijk en betreurenswaardig”. Het OM heeft in deze kwestie „een ontoelaatbare houding” ingenomen. Door het nalatig handelen zijn de in het geding zijnde strafbare feiten – discriminatie en bedreiging – verjaard. Succesvolle vervolging is niet meer mogelijk. De zaak moet worden gesloten.
‘Uniek’
Roberson is blij met de schadevergoeding maar meent dat de verantwoordelijke officieren van justitie en politiemensen die „in deze zaak hun werk niet hebben gedaan strafrechtelijk zouden moeten worden vervolgd”.
Jebbink spreekt van een „unieke zaak”. „Een ander geval van het door het OM in het geheel niet opvolgen van een bevel van een gerechtshof en het laten verjaren van de zaak is mij onbekend. In de gepubliceerde rechtspraak komt dat niet voor”, aldus de advocaat. „Dat het OM een onrechtmatige daad heeft gepleegd jegens Kevin Roberson, is evident. Het OM vervolgt zelf regelmatig burgers die ambtelijke bevelen niet opvolgen. Dat is immers een misdrijf.”
De kosten die Jebbink maakte voor de rechtsbijstand aan Roberson in de pogingen vervolging van verdachten af te dwingen, ruim 5.000 euro, worden ook door het OM vergoed.
Het OM laat weten „de gang van zaken te betreuren”. Er zijn inmiddels „maatregelen genomen om de registratie van bevelen van het hof om tot vervolging over te gaan, te verbeteren, zodat de procedures en doorlooptijden beter kunnen worden gemonitord”.
Lees ook
Ook in Nederland worden journalisten via de rechter geïntimideerd