De zon schijnt in vele kleuren door de glas-in-loodramen van het klooster in Sint Agatha, aan de Brabantse oevers van de Maas. De gemeente Land van Cuijk, op het kruispunt van Noord-Brabant, Limburg en Gelderland, ademt geschiedenis. Prins Maurits van Oranje schonk de glas-in-loodramen van de kapel, de kloostermuur is zevenhonderd jaar oud, nog geen twee kilometer verderop liggen de fundaties van een Romeinse stad.
Maar geschiedenisliefhebbers Stef Coenen en Pierre Aarts zijn hier niet voor deze fascinerende oude verhalen; ze hebben juist aandacht voor wat buiten de grote geschiedenis valt. Zoals het verhaal over Wim en Marietje, twee kinderen die samen met een pater overleden aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, toen een granaat ontplofte op het kloosterterrein.
Verenigingen die zich bezighouden met lokale geschiedenis – vaak historische- of heemkundekringen genoemd – hebben het lastig. Leden zijn er wel, maar actieve bestuursleden worden steeds ouder. „Vergrijzing, geen ledenaanwas, onvoldoende vrijwilligers en gebrek aan bestuursleden zijn veelgehoorde problemen bij bestuursvergaderingen”, somt Henk Hellegers op, voorzitter van koepelvereniging Brabants Heem.
De historische kring Land van Cuijk had dezelfde problemen, maar vond een oplossing. Aarts (78), voorzitter van 2010 tot en met 2022, zag de kring leegbloeden door vergrijzing en het gebrek aan nieuwe leden. Coenen (25) bracht samen met twee vrienden vernieuwing. Het zorgde voor nieuwe interesse vanuit de gemeenschap. De kring bloeide op en is gezonder dan ooit.


Werkgroep voor verjonging
Een deel van de ruim vijfhonderd historische genootschappen in Nederland worstelt nog wel met het voortbestaan. Sommige groepen vinden nieuwe leden, andere groepen worden in leven gehouden door een enkele enthousiaste voorzitter. Harde cijfers zijn er niet, maar Brabants Heem, met 127 Brabantse heemkundekringen onder zich, vond de situatie ernstig genoeg om een werkgroep voor verjonging te beginnen. Zij moeten met adviezen komen om nieuw publiek te trekken.
Is het erg als deze historische hobbygroepen ermee ophouden? Ja, zegt Arjan Nobel, hoogleraar publieksgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Hun onderzoek is essentieel, ook voor academici. Universitaire onderzoekers gebruiken deze lokale verhalen voor bredere onderzoeksdoelen. „We moeten als universiteit heel zuinig zijn op de historische verenigingen”, zegt Nobel. „Er zijn delen van mijn onderzoek, zoals archieven doorspitten op zoek naar genealogische data, die ik zonder hen gewoon niet kan doen omdat ik er de tijd niet voor heb.”
Amateurhistorici hebben enthousiasme, maar missen vaak een kader, en pielen dan een beetje op eigen houtje
In de tijd voor het internet was zo’n heemkundekring essentieel om überhaupt historisch onderzoek te kunnen doen. Lidmaatschap gaf toegang tot archieven die anders gesloten bleven. Maar nu zijn er genoeg andere manieren om je hobby uit te oefenen, vertelt Nobel. „De boekenwinkels liggen vol met geschiedenisboeken, op tv zijn talloze geschiedenisprogramma’s en archieven zijn beschikbaar met een klik van de muis.” Een heemkundekring kan hier de nodige sturing aan geven, schetst Arnoud Jan Bijsterveld, bijzonder hoogleraar Cultuur in Brabant aan de Universiteit van Tilburg. „Amateurhistorici hebben enthousiasme, maar missen vaak een kader, en pielen dan een beetje op eigen houtje.”
Jonkies
In Land van Cuijk merkten ze ook de gevolgen van de toegenomen sociale druk op vrijwilligers. Tussen 2005 en 2020 daalde het aantal leden van zo’n 250 naar ongeveer 150, in een fusiegemeente met 90.000 inwoners. „Ik dacht dat we uiteindelijk wel ter ziele zouden gaan”, zegt Pierre Aarts, voorzitter van 2010 tot en met 2022, zittend aan de keukentafel van de ouders van Stef Coenen. „Toen ik er in 2010 bij kwam als 64-jarige, was ik een van de jonkies”, lacht Aarts.
Maar in 2020 kwam de toen twintigjarige Coenen, samen met zijn goede vriend Joep Baltussen, in het bestuur. Aarts: „Dat was een verademing.” Twee jaar later was Coenen hoofdredacteur van het tijdschrift en Baltussen voorzitter van de kring. Inmiddels is het ledenaantal weer opgekrikt tot 250. Ook een derde vriend, Thijs, kwam erbij.
Coenen: „Tijdens de coronatijd wandelde ik vaak met Joep, en kwam het gesprek altijd uit op de historische kring; wat daar anders kon en hoe wij het zouden doen. We maakten elkaar gewoon enthousiast, en besloten ervoor te gaan.”

De jongelingen pakten de kring stevig aan. De nieuwe website en vormgeving van het tijdschrift springen het meest in het oog. Maar over de hele linie denken ze anders. Onderwerpen in het tijdschrift sluiten beter aan bij nieuwe generaties, zoals een special over onderbelichte vrouwen in de regio. Vergaderingen die altijd op donderdagochtend werden gehouden, vinden nu plaats op momenten dat ook werkenden kunnen. Activiteiten zijn uitgebreid, naast lezingen vindt er nu ook een pubquiz plaats. Aarts: „Zo’n quiz hadden we in het oude bestuur nooit bedacht.”
Het jongste lid in het bestuur is nu negentien. Coenen: „We werven actief op Facebook, gericht op jonge lokale mensen die geschiedenis studeren.” Een pubquiz is misschien niet zo educatief als een lezing, maar daar moet niet moeilijk over worden gedaan, zegt Coenen. „We zijn uiteindelijk gewoon een gezelligheidsvereniging.”
Erfgoed
En juist dat gezelligheidsaspect lijkt de redding van de heemkunde te zijn. In 2005 werd er in de Portugese stad Faro een verdrag opgesteld dat de sociale, maatschappelijke en verbindende waarde van erfgoed benadrukt. In 2024 ondertekende Nederland dit verdrag ook.
„Heemkunde is een perfect voorbeeld van de waarde van erfgoed”, zegt Patrick Timmermans van Erfgoed Brabant. „We hebben in Nederland het idee dat al het oude onder een stolp moet. Je moet er vooral met je fikken vanaf blijven. Als we dat blijven doen, sterft erfgoed een trieste dood. Heemkunde heeft een actieve relatie met erfgoed. Dat is wat ons verleden levend houdt.”
Hoogleraar Bijsterveld beaamt dit. Naast het sociale contact van vergaderingen en lezingen kan zo’n groep namelijk bijdragen aan de lokale identiteit. „Heemkunde verbindt mensen met de plek waar ze wonen, en de mensen waartussen ze wonen. Je persoonlijke verleden is deel van je identiteit, maar je groepsverleden ook.”
We werden al uitgenodigd door een wethouder om met ze te komen praten. Ze vroegen ons bijvoorbeeld om advies voor het nieuwe gemeentewapen
„We zijn een beetje de archivarissen van het gemeenteverleden”, vult Stef Coenen aan. Hij geeft een voorbeeld. In 2022 kwamen vijf gemeentes, met 33 dorpen, samen in een nieuwe gemeente: het Land van Cuijk. „We werden daarvoor al uitgenodigd door een wethouder om met ze te komen praten. Ze vroegen ons bijvoorbeeld om advies voor het nieuwe gemeentewapen.”
Eppo Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, is van plan het verdrag van Faro deze kabinetsperiode te ratificeren, meldt een woordvoerder van het ministerie aan NRC. Ook is er in 2024 erfgoedbeleid opgesteld met het „gedachtegoed van het verdrag van Faro als inspiratiebron”.


Kaalslag
Nieuw beleid is hard nodig, vindt de Tilburgse hoogleraar Bijsterveld. „Tot nu toe was het beleid van de overheid echt verschrikkelijk. Er is de afgelopen 25 jaar een enorme kaalslag geweest in subsidies en waardering.” Ook Erfgoed Brabant werd in 2023 gekort. Tien procent van de begroting verdween. De bezuinigingen leidden tot het schrappen van een leerstoel voor dialectonderzoek aan de Universiteit van Tilburg. Bij Erfgoed Brabant werd de streektaalconsulent ook wegbezuinigd. Daarmee verdween de professionele ondersteuning voor amateuronderzoek naar streektalen. De Heemkundekringen blijven als enige over.
Maar behalve de overheid moet ook de academische wereld een grotere rol spelen, vindt UvA-docent Arjan Nobel. „De kloof tussen academici en amateurhistorici groeit. Alles in de academische wereld gaat internationaal. Als het niet in een peer-reviewed tijdschrift komt, is er geen interesse voor. Hoe meer we schrijven over internationale geschiedenis, hoe minder aandacht er overblijft voor een klein dorpje ergens in Utrecht.”
In de kloostertuin in Sint Agatha staan Coenen en Aarts stil bij de schuilkelder. Door een zwarte metalen herinneringsplaat zullen mensen zich de ‘grote’ geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog hier nog lang herinneren. Door de historische kring Land van Cuijk blijft ook de herinnering levend aan slachtoffers Wim, Marietje en pater Odulf en de tijd waarin „het dreunde en rammelde in het klooster”.
Lees ook
‘De lokale boekhandel als sociaal instituut verdwijnt’
