Koepelorganisatie universiteiten belooft meer Nederlandstalige bacheloropleidingen

Nederlandse universiteiten gaan zorgen voor meer Nederlandstalige bacheloropleidingen. Ook hebben ze afgesproken om voorlopig geen Engelstalige bacheloropleidingen te ontwikkelen. Dat staat in een plan dat koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL) woensdag heeft gepresenteerd. De maatregelen zijn bedoeld om de internationalisering van de universiteiten te beteugelen.

Het grotere aanbod van Nederlandstalige bachelors willen universiteiten realiseren door alle ‘grote’ bachelors óók in het Nederlands aan te bieden. Ze gaan daarnaast inventariseren welke Engelstalige bachelors volledig kunnen worden omgezet naar het Nederlands. Een andere voorgestelde taalmaatregel is om Nederlandse taallessen aan te bieden aan (internationale) studenten en medewerkers.

Beperking actieve werving

De universiteiten hebben ook met elkaar afgesproken om niet meer actief internationale studenten te werven op „internationale beurzen en fairs”, behalve voor studies die kunnen helpen om tekorten op de arbeidsmarkt op te lossen. Het ‘voorbereidend jaar’ – waarin internationale studenten met een havo-niveau worden klaargestoomd voor de universiteit – wordt afgeschaft.


Lees ook
Geen Engels meer op de universiteit? Dat ligt net even anders

<strong>Studenten in Groningen</strong> aan het blokken in het Groninger Forum.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/02/koepelorganisatie-universiteiten-belooft-meer-nederlandstalige-bacheloropleidingen.jpg”><br />
</a> </p>
<p>Om de instroom van internationale studenten daadwerkelijk te kunnen beheersen, benadrukt UNL de noodzaak van een wettelijke mogelijkheid om een numerus fixus specifiek op Engelstalige trajecten toe te passen, in plaats van op de gehele opleiding. Die mogelijkheid staat in het wetsvoorstel ‘internationalisering in balans’ van demissionair minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, D66). Op andere maatregelen in dat voorstel kwam veel kritiek van universiteiten. Vandaar dat Dijkgraaf vroeg om met een „aanpak voor zelfregie” te komen, vooruitlopend op de invoering van de al dan niet aangepaste wet.</p>
<h2 class=Internationalisering ‘belangrijk’

Interim-voorzitter van UNL Jouke de Vries zegt dat internationalisering van „zeer groot belang” is voor de „Nederlandse universiteiten en de samenleving”. Maar hij erkent ook dat deze zorgt voor „knelpunten en frictie” in de samenleving. Van het oplossen daarvan willen de universiteiten met dit plan „serieus werk” maken.

Die knelpunten en frictie vormden ook de reden voor Dijkgraaf om met zijn wetsvoorstel te komen. De wet moet de instroom van internationale studenten én de verengelsing in het hoger onderwijs tegengaan. Momenteel is 26 procent van de studenten aan Nederlandse universiteiten internationaal. Voor de eerstejaarsstudenten is dat 31 procent. Het hoge aantal internationale studenten zorgt voor een groeiend tekort aan studentenkamers, overvolle collegezalen, hoge werkdruk voor docenten, dreigende verdringing van Nederlandse studenten bij bepaalde studies en van het Nederlands als onderwijstaal.

De universiteiten zijn nu in overleg met medezeggenschapsorganen om zich voor te bereiden op de implementatie van deze maatregelen. Een gedetailleerd plan wordt medio maart verwacht.

Reactie Dijkgraaf

„Het is goed dat universiteiten en de hogescholen met deze plannen voor zelfregie hun verantwoordelijkheid nemen”, zegt Dijkgraaf in een reactie. „Over de plannen – met daarin behalve maatregelen ook bijvoorbeeld de wijze waarop aan die maatregelen uitvoering wordt gegeven – ben ik momenteel nog in gesprek met de hogescholen en universiteiten. Ik verwacht de afgeronde plannen in de loop van volgende maand te ontvangen.”