Niemand kan voelen wat Jenning de Boo voelde, op de laatste kruising op de 1.000 meter bij de wereldbeker in Nagano. De hele zomer had hij keihard getraind, met in zijn hoofd één tegenstander: Jordan Stolz. De Amerikaanse wonderschaatser, waar hij heen wilde rijden om hem in de laatste binnenbocht te verslaan. Precies zo moet het volgend jaar bij de Olympische Winterspelen ook gaan. Maar in de imposante maar grotendeels lege M-Wave gebeurde het tegendeel: Stolz reed juist keihard weg bij De Boo. De beste sprinter van schaatsland Nederland verloor in de slotronde bijna een volle seconde. En was kansloos, zo op het oog.
„Hier staat een hele blije schaatser”, reageerde De Boo (20) echter bij de NOS, nadat hij in 1.08,29 als tweede was geëindigd, op ruime afstand van zijn leeftijdsgenoot Stolz die in 1.07,18 het baanrecord verpulverde. De Nederlandse sprinter hield er naar eigen zeggen geen kansloos gevoel aan over. „Dit is mijn allereerste wereldbekerpodium (op de 1.000 meter). Ik was best wel zenuwachtig, want ik moest tegen een hele mooie tegenstander. Ik moet nog wel wat stappen zetten om Stolz te verslaan, al kom ik dichterbij. Dat hij zoveel wint, demotiveert mij niet. Het is een mooie uitdaging en die ga ik graag aan. Het gat is te overbruggen.”
Prestigestrijd
Resultaten bij de eerste van zes wereldbekerwedstrijden zeggen niet alles over het verdere verloop van het schaatsseizoen. Maar Stolz leek in Japan van de 1.000 meter tegen De Boo een prestigestrijd te maken. In het voor-olympisch jaar deelde hij zo direct een tik uit. Hier is niets te halen, leek zijn boodschap aan de Nederlander. Het was een hoogtepunt in een weekend waarin de Amerikaan toch al onverslaanbaar was. Hij won vrijdag de eerste 500 meter (34,43) om even later een masterclass 1.500 meter te geven: 1.43,65. En na de winst tegen De Boo op de 1.000 meter volgde zondag een nieuwe zege op de 500 meter in 34,41 (De Boo werd tiende in 35,04).
Voor Stolz was de trainingspuzzel afgelopen zomer een stuk eenvoudiger dan vorig jaar. Toen deed hij veel extra duurtraining om naast prolongatie van zijn wereldtitels op 500, 1.000 en 1.500 meter ook wereldkampioen allround te worden. Nu, een jaar voor de Winterspelen, geeft hij zijn olympische ambities bloot: minder inhoud, alles voor goud op de drie kortste afstanden. Waarbij hij af en toe wel een ploegachtervolging of massastart meepakt. „Ik heb dit jaar geen allroundtrainingen hoeven doen”, zei hij in de aanloop naar Nagano bij de NOS. „Dus ik kon mij meer op de sprintafstanden focussen. Het gaat dit jaar allemaal wat makkelijker.”
Zelfde lach als Gianni Romme
Waar de Nederlandse sprinters stuiten op de onverslaanbare Stolz, die eerder dit seizoen alle vier zijn races won bij de nationale kampioenschappen en de Four Continents in Japan, stuiten de schaatsers op de lange afstanden op Davide Ghiotto. Nadat de 30-jarige Italiaan eerder dit seizoen in Inzell al een officieus wereldrecord reed op de tien kilometer (12.26,30) maakte hij in Nagano indruk op de vijf kilometer.
Ghiotto versloeg Chris Huizinga, twee weken geleden nog uitblinker bij de Nederlandse kwalificatiewedstrijden, met meer dan tien seconden verschil in een rechtstreeks duel – en verbeterde gelijk in 6.12,71 het baanrecord van Sven Kramer uit 2016. Zijn machtige stijl maar ook zijn brede lach op het podium deed denken aan Gianni Romme, die in de M-Wave in 1998 onnavolgbaar olympisch goud won op de vijf en de tien kilometer. Beau Snellink werd in 6.13,99 knap tweede en lijkt na een tegenvallend seizoen op de weg terug.
Lees ook
Wegens ziekte en blessures: een feestje voor de subtop van schaatsend Nederland
Voor Nederland was er in Nagano alleen winst op de slotdag. Bij de ploegachtervolging versloegen Joy Beune, Antoinette Rijpma-de Jong en Marijke Groenewoud het sterke Japan (met Miho Takagi) in een tijd van 2.56,80. Twee uur later won Marijke Groenewoud ook de massastart. De 25-jarige Friezin was na zestien ronden de snelste in de eindsprint en eindigde voor de Canadese Ivanie Blondin en ploeggenote Elisa Dul. „Individueel was het dit weekend niet super”, reageerde Groenewoud. „Maar op de teamonderdelen twee keer goud: dit is een mooie dag.”