Een berg luiers, gratis kinderopvang of een extra slaapkamer: in sommige politieke partijen leeft het idee dat praktische zaken het abortuscijfer omlaag moeten en kunnen brengen, zien onderzoekers Jenneke van Ditzhuijzen en Wieke Beumer. „Abortus wordt vaak als een probleem gezien in onze maatschappij en het is menseigen om de oplossing te willen reduceren tot hapklare brokjes.” Ze werkten namens het Amsterdam UMC aan een onderzoek naar abortus en onbedoelde zwangerschappen.
Dat de werkelijkheid complex is, blijkt uit hun onderzoek, waarvan maandag het tweede en laatste deel verscheen. Het begint met luisteren richt zich op anticonceptiegebruik en ervaringen rondom onbedoelde zwangerschappen. Het eerste deel (Dit is mijn verhaal), dat in 2024 werd gepubliceerd, focuste op motieven om een zwangerschap niet of juist wel uit te dragen.
Veel mensen beslissen op basis van gevoel en intuïtie, later bedenken ze redenen voor de abortus
Het tweeluik is gefinancierd door het ministerie van Volksgezondheid en uitgevoerd door het Amsterdam UMC, Universiteit Utrecht, Fiom, Rutgers, en UMC Groningen. Het moet een antwoord geven op vragen die het kabinet in 2022 stelde over de redenen voor abortussen. De onderzoekers spraken 78 mensen die t maken hadden met een onbedoelde zwangerschap. Ook kregen duizend mensen een vragenlijst voorgelegd en werd eerder onderzoek geanalyseerd.
Afgelopen maart, toen het eerste deel van het onderzoek al lang en breed was gepubliceerd, laaide het debat over abortussen in de politiek opnieuw op. Het aantal abortussen is afgelopen jaren gestegen van zo’n 33.000 per jaar, naar ruim 35.000 in 2022 en in 2023 – het laatste jaar waarover cijfers bekend zijn – naar 39.332. Politici van NSC, BBB, CU en SGP vroegen opnieuw om redenen, cijfers en verklaringen. In een motie, die werd afgewezen, vroegen ze onder meer om een systeem om die redenen mee te registreren.
„Wij vonden het heel wonderlijk om naar het Kamerdebat te volgen,” zegt Jenneke van Ditzhuijzen. „Het eerste rapport lag al bij de Tweede Kamer. Daarin lieten we zien: je kunt niet vragen naar lijstjes met concrete redenen voor abortussen.”
Lees ook
Het aantal abortussen in Nederland stijgt al enkele jaren. Hoe komt dat?
Waarom niet?
Wieke Beumer: „Je kunt er wel naar vragen, maar je roept vooral een verantwoordingsneiging op en je krijgt geen eenduidig antwoord, weten wij uit ervaring. Veel mensen beslissen op basis van gevoel en intuïtie, later bedenken ze daar redenen bij.”
Jenneke van Ditzhuijzen: „Een veelvoorkomende reden is dat ze geen kinderwens hebben.”
Bij de keuze voor een abortus spelen vrijwel altijd meerdere omstandigheden een rol, concludeerden jullie in ‘Dit is mijn verhaal’.
Van Ditzhuijzen: „Materiële omstandigheden zoals woonruimte en financiële middelen, levensomstandigheden zoals werk of studie – maar die worden vrijwel nooit genoemd als enige reden. Er spelen allerlei emoties mee, zoals het gevoel dat dit er echt niet bij kan.”
Beumer: „We zien in de loop der jaren een consistent beeld; er komt niet ineens een heel ander motievenpakket naar voren in de periode van de stijging.”
Beantwoordt dit rapport de vragen van politici?
Van Ditzhuijzen: „Ik vind van wel. Maar het is misschien niet precies hoe ze het hadden gehoopt. Ze wilden iets als de tien meestgenoemde redenen. Maar wij hoorden mensen praten en analyseerden talloze eerdere internationale onderzoeken en concluderen dat het niet is plat te staan tot rijtjes met redenen.”
De politiek focust dus op de vraag waarom vrouwen hun onbedoelde zwangerschap niet willen uitdragen. Dit tweede deel van jullie onderzoek moedigt aan te focussen op de ‘voorkant’, op anticonceptie.
Van Ditzhuijzen: „Veel mensen die we spraken die onbedoeld zwanger waren geraakt, hadden negatieve ervaringen met anticonceptie. Ze waren vastgelopen omdat ze niet wisten wat ze moesten kiezen: ze vonden geen anticonceptie die voor hen goed werkte. Precies in die periode van twijfel raakten ze zwanger.”
De hormonale anticonceptie boet de laatste jaren in aan populariteit. Mensen hebben weerzin tegen een middel als de pil, omdat die de cyclus verstoort en bijwerkingen kan hebben, zoals stemmingswisselingen. In de interviews kwam naar voren dat mensen opzien tegen het laten plaatsen van een spiraal.
„Het kan zeer doen en er is niet altijd pijnbestrijding, daar is nog veel te winnen”, zegt Van Ditzhuijzen. „We zien ook dat in die twijfelperiode het idee speelt dat de man misschien een keer wat moet gaan doen aan anticonceptie.”
Jullie spraken ook mannen: hoe keken die hiernaar?
Beumer: „Die benoemden vaak dat ze wel verantwoordelijkheid zouden kunnen nemen. Maar hoe, vragen zij zich af. Voor hun gevoel zijn er super weinig opties.”
Partners moeten meer met elkaar praten over anticonceptie, beveelt het onderzoek ook aan.
Van Ditzhuijzen: „Vrouwen én mannen benoemen scheve genderrolpatronen over wie verantwoordelijk is voor de anticonceptie. Meestal ligt het bij vrouwen. Sommige mannen hebben geen idee wat hun partner gebruikt en vertrouwen haar blind. Zij is heel zorgvuldig, zij regelt het wel, zeggen ze.”
Beumer: „Er meer over praten kan zorgen voor een gedeelde verantwoordelijkheid, wat kan bijdragen aan meer zelfregie van beide partners.”
Van Ditzhuijzen: „We hebben meerdere keren gehoord dat een vrouw met haar partner had besproken dat het tijd was voor sterilisatie, maar dat de man die uitstelde. Het is best duur. Een keer moest iemand de verzekering nog aanpassen om meer vergoeding te krijgen, en precies toen werd ze zwanger. Mannen vinden sterilisatie ook spannend. ‘Ik heb het idee dat ik mezelf verlies’, zeggen ze. Dat lijkt erg op de uitleg van sommige vrouwen die geen hormonale anticonceptie willen: die willen hun natuurlijke cyclus behouden.”
Uit het onderzoek blijkt ook dat mensen willen dat zorgverleners minder oordelen in het gesprek over anticonceptie.
Van Ditzhuijzen: „Als mensen zelf ideeën hebben over hormonen en de impact op hun stemming, wordt dat door zorgverleners vaak snel terzijde geschoven, blijkens de onderzoeksresultaten. Bijwerkingen worden door zorgverleners vaak beschreven in termen van meetbare risico’s op medische problemen, terwijl anticonceptiegebruikers het regelmatig veel meer als een weinig concreet, maar wel sterk gevoel beschrijven. Zo ontstaat een mismatch en dat zit het gesprek over anticonceptie in de weg.”
Beumer: „Mensen benoemden dat het hen heel erg helpt als zorgverleners een oordeel in een gesprek over anticonceptie achterwege laten en beginnen met een open vraag als: ‘Waar zou je mee geholpen zijn?’”
Vrouwen én mannen benoemen scheve genderrolpatronen over wie verantwoordelijk is voor de anticonceptie
Een groeiende groep gebruikt een vorm van natuurlijke anticonceptie, waarbij ze soms heel nauwkeurig vruchtbare dagen bijhouden, onder meer door op gezette tijden te temperaturen en hun cyclus bij te houden met een app. Soms doen ze het minder nauwkeurig.
Beumer: „Bij alle vormen van anticonceptie zien we heel veel inconsistente gebruikers. We spraken mensen met een app die zeiden: ‘We wisten wel dat het een oranje dag was [een dag met risico op zwangerschap], maar we hadden toch seks.’ Veel mensen hebben een verzakte en dus slecht werkende spiraal of ze slikken de pil verkeerd, of ze zeggen dat ze condooms gebruiken, maar die ene keer net even niet.”
Van Ditzhuijzen: „Sommige mensen weten dat er een risico op een onbedoelde zwangerschap is, maar vinden dat minder erg dan de bijwerkingen die ze van anticonceptie hebben ervaren.”
Het klinkt alsof er behoefte is aan nieuwe vormen van anticonceptie.
Van Ditzhuijzen: „Er is van alles in ontwikkeling, zoals een hormoonloze anticonceptiepil, maar er stokt ook heel veel. Er zijn financiële belangen; in de zorg – specifiek voor vrouwen – wordt traditioneel minder geld gestoken. Maar het is ook gewoon complex om een bevruchting te voorkomen. Ik denk weleens: doe een condoom om, wat is er nou zo moeilijk aan?”
En, wat is daar zo moeilijk aan?
Beumer: „We weten het niet precies omdat we niet aan de hele bevolking hebben gevraagd wat zij nou van condooms vinden. Maar mensen hebben wel veel bezwaren. Condooms zitten te krap, vertelden sommige mannen bijna trots. Of de man of de vrouw vonden dat ze niet genoeg voelden.
Van Ditzhuijzen: „Het condoom mag best wel populairder worden, vind ik. Er zijn heel veel verschillende soorten en maten, ze moeten op zoek naar wat voor hen het beste werkt. Ermee spelen en uitvinden wat plezierig is.”
Lees ook
Stoppen met de pil is populair
