Israël voert offensief uit rond Syrisch-Libanese grens, om ‘wapensmokkel Hezbollah tegen te gaan’

De Israëlische krijgsmacht heeft in de nacht van donderdag op vrijdag met gevechtsvliegtuigen luchtaanvallen uitgevoerd in het grensgebied tussen Syrië en Libanon. Volgens Israël, zo liet het weten in een verklaring, was het offensief noodzakelijk om te voorkomen dat de Libanese strijdgroep Hezbollah zich kan herbewapenen. Deze informatie is niet onafhankelijk te verifiëren.

De aanval komt een ruime week na het gesloten vredesbestand tussen Israël en Hezbollah. Weliswaar is daarin afgesproken dat beide partijen de wapens zestig dagen neerleggen, maar een andere voorwaarde voor het staakt-het-vuren is dat Hezbollah zich niet mag herbewapenen. Na het sluiten van het akkoord heeft Israël verschillende aanvallen uitgevoerd op Libanon, naar eigen zeggen telkens om wapensmokkel richting de militante strijdgroep te voorkomen.

Wat de meest recente ontwikkelingen precies betekenen voor het staakt-het-vuren, is nog onduidelijk. Andere landen hebben nog niet gereageerd. Alleen Syrië liet weten dat de grensovergang richting Libanon niet begaanbaar is als gevolg van de Israëlische aanval.

Zowel Israël als Hezbollah heeft zich de afgelopen tijd wantrouwend uitgesproken over de naleving van het bestand. Israël dreigde eerder „nul tolerantie” te hebben voor een eventuele schending van het akkoord. Ook waarschuwde Israël dat het leger bij het breken van het akkoord geen onderscheid meer zal maken tussen de staat Libanon en Hezbollah.

Beeld van een eerder Israëlisch bombardement rond de grens tussen Syrië en Libanon.
Foto Ibrahim Chalhoub/AFP