Israël viel militaire doelen aan in Iran, maar schade bleef ‘beperkt’

Israël heeft in de nacht van vrijdag op zaterdag een luchtaanval uitgevoerd op Iran. Met meerdere aanvalsgolven van raketten en straaljagers heeft Israël een aantal militaire doelen zoals raketfabrieken bestookt, maar volgens Iran is de „schade beperkt” gebleven. Een groot deel van de aanval is door de Iraanse luchtafweer onderschept, aldus Iran. Tot nu toe zijn er geen slachtoffers gemeld.

Israël waarschuwt Iran „niet de vergissing te begaan” om wraak te nemen. Zelf legde Israël zijn aanval van zaterdagnacht uit als een repercussie voor een Iraanse drone-aanval eerder deze maand. En dát was volgens Iran vergelding voor de Israëlische inval in Libanon.

De Israëlische aanval op Iran hing al een tijd in de lucht, en volgt op „maanden van continue aanvallen”, aldus een Israëlische legerwoordvoerder. Iran ondersteunt Hamas en Hezbollah, de twee groeperingen waarmee Israël sinds de aanslagen van 7 oktober in conflict is, al jarenlang met wapens en geld. Sinds een paar maanden vuren Israël en Iran echter ook direct raketten op elkaar af. Een nieuwe ontwikkeling, die volgens analisten en diplomaten kan leiden tot een breder conflict in het Midden-Oosten, waar steeds meer landen ingezogen worden.

Iran en Israël voeren constant wraakacties uit op elkaar. Maar tot nu toe lijken ze zo’n directe oorlog niet te willen of durven ontketenen, getuige ook het feit dat Israël slechts militaire doelen aanviel in Iran en daarbij matig succes behaald lijkt te hebben. Iran heeft eerder gezegd dat elke Israëlische aanval direct beantwoord zou worden met meer geweld. Wat volgens Iran een ‘gepaste’ reactie is, nu de schade beperkt is gebleven, is onduidelijk.

De Verenigde Staten willen de aanval zo klein mogelijk maken. Een woordvoerder beschreef die als „een oefening in zelfverdediging die uitsluitend op militaire doelen was gericht in dunbevolkte gebieden”. De VS roepen  Iran op „om te stoppen met aanvallen op Israël, zodat deze geweldsspiraal kan eindigen zonder verdere escalatie”.