De Israëlische „militaire operatie” in het vluchtelingenkamp van Jenin op de Westelijke Jordaanoever, is woensdag nog steeds gaande. Er zijn inmiddels zeker tien Palestijnen gedood. De Israëlische premier Benjamin Netanyahu stelt dat de acties nodig zijn „om terrorisme in Jenin te bestrijden”. Hamas heeft Palestijnen opgeroepen zich te verzetten tegen de Israëlische inval in Jenin.
Het offensief, genaamd de ‘Iron Wall’, startte op de dag nadat Donald Trump de sancties introk tegen Israëlische kolonisten die op de Westelijke Jordaanoever geweld hebben gepleegd tegen Palestijnen.
In Jenin zijn diverse gewapende groeperingen in verzet gekomen tegen de Israëlische bezetting op de Westelijke Jordaanoever. Onlangs heeft de Palestijnse Autoriteit ook geprobeerd in te grijpen om het gebied in handen te krijgen, met meerdere burgerdoden als gevolg. Officieel is de Palestijnse Autoriteit (PA) de machthebber op de Westoever.
Netanyahu noemt de inval een offensief tegen door Iran-gesteunde militanten. „We treden systematisch en resoluut op waar de Iraanse as zijn wapens uitstrekt – in Gaza, Libanon, Syrië, Jemen en Judea en Samaria,” aldus de verklaring van de regering-Netanyahu. Judea en Samaria zijn termen die Israël gebruikt voor de bezette Westelijke Jordaanoever.
Sinds de Israëlische inval maandag zijn zeker 25 Palestijnen gearresteerd op de Westelijke Jordaanoever, meldt nieuwszender Al Jazeera op basis van de Palestijnse Vereniging van Gevangenen. „De bezettingstroepen blijven actief in verschillende steden, met het wijdverbreide misbruik, de aanvallen en bedreigingen tegen burgers, evenals vandalisme en vernieling in de huizen van burgers”, voegde de vereniging eraan toe.
Liveblog Het laatste nieuws
Inval op de Westelijke Jordaanoever gaat door, Israël spreekt van ‘contraterrorisme’-operatie
Een Vlaamse Spice Girls was het streven. Een blond-, een rood-, een zwartharige: een fiere verwijzing naar de Belgische driekleur. Karen Damen, Kristel Verbeke en Kathleen Aerts waren destijds de eersten in 1998. Zingen konden ze niet echt, maar dat maakte niet uit voor het succes.
K3 is nog altijd mateloos populair. Maandelijks luisteren er zo’n slordige zevenhonderdduizend fans naar inmiddels Julia, Marthe en Hanne en hun voorgangers. Er zijn shows voor kinderen en volwassenen, er zijn pennen, petten, stripboeken, dekbedovertrekken, agenda’s en poppen. Maar terwijl Karen, Kristel en Kathleen in 2009 al richting de veertig gingen en het volgens sommigen hoog tijd was om hun minirok aan de wilgen te hangen, schreef het trio Peter (Gillis), Alain (Vande Putte) en Miguel (Wiels) onvermoeibaar verder.
Met meer dan driehonderd liedjes op hun naam is het voor de songschrijvers nu mooi geweest: ze stoppen. De huidige zangeressen gaan door en geven zo’n drie shows per concertdag.
Formule
K3 was een concept uit de koker van zanger en radiopresentator Niels Williams. Een bekende in het Vlaamse medialandschap, die destijds ook de componisten in dienst nam.
„Het was helemaal niet voor kinderen bedoeld”, vertelt tekstschrijver Alain Vande Putte (59) vanuit zijn studio in Zuid-Spanje. De songtekst van hun eerste hit, ‘Heyah Mama’, wijst er inderdaad op dat de schrijvers niet alleen schreven voor drie tot dertienjarigen: ‘Ik weet een plekje waar ze ons niet vinden / Jij mag me verslinden / Doe het heel zachtjes / Geen kreetjes en geen lachjes.’
Vanaf het begin deed Peter Gillis de productie, Miguel Wiels en Alain Vande Putte de teksten en muziek. „Miguel kwam voor ‘Heyah Mama’ met deze vrij kinderlijke melodie en toen heb de tekst wat meer spicy gemaakt, dat was onze briefing. Na de eerste optredens bleek dat vooral hele jonge kinderen fan waren.”
Het succes kwam niet vanzelf. In 1999 deed K3 mee met de Vlaamse voorrondes van het Eurovisiesongfestival. Het was de eerste keer dat de meiden live zongen. Het jury-oordeel was onverbiddelijk: „Fijne vleeswaren, dames, maar vleeswaren zijn ook charcuterie en qua liedjes is dat dus charcuterie met peren”, aldus jurylid en zanger Marcel Vanthilt. Ze kwamen niet door de voorrondes heen. Toch sloeg de dubbelzinnige mix van zoete pop en wereldse teksten in als een bom in Vlaanderen en Nederland. Vanaf 2000 stonden hits als ‘Alle Kleuren’, ‘Tele-Romeo’ en ‘Oya lélé’ wekenlang op één in de hitparades.
Oprichter Williams verkocht de popgroep in 2002 aan het Belgische entertainmentimperium Studio 100. Volgens Vande Putte een belangrijke factor in het succes van K3. „In het begin moesten we het echt hebben van de hits. Met Studio 100 kwam de marketing, de merchandise en de musicals.” K3 werd een formule.
Fantasiewereld
Elke generatie heeft, net als een eigen James Bond, een eigen K3. Als in 2015 het oorspronkelijke trio Karen, Kristel en Kathleen stopt, worden er via tv-formats nieuwe voorvrouwen gezocht. „Bij die wedstrijden, K2 zoekt K3, had ik m’n twijfels. Ik dacht dat het publiek dat niet zou pikken, maar dat heb ik verkeerd gezien”, zegt componist Miguel Wiels, die het team in 2019 al verliet. Hij had geen inspiratie meer. „We creëren een fantasiewereld en het maakt voor de kinderen niet uit of die blonde Klaasje, Josje of Kathleen is.”
Er volgen op het podium nog vijf nieuwe K3-leden die, volledig in de traditie van de popsensatie, in regenboogjurkjes en met strikjes in het haar op het podium verschijnen. Studio 100-directeur Gert Verhulst, bekend van kinderprogramma Samson en Gert, windt er geen doekjes om: „Ik wil blote benen zien. De papa’s moeten er ook iets aan hebben”, zei hij in 2009.
Vande Putte voelt zich niet comfortabel bij die uitspraak. „Dat het slanke, knappe meiden waren in korte rokjes voldoet inderdaad aan een stereotype, maar dat heeft niks met seksisme te maken”, zegt hij. Dat het in die beginjaren een beetje grijs gebied was omdat de liedjes omarmd werden door een heel jong publiek, kan hij begrijpen.
„Seksualisering en verkoop van muziek zijn altijd hand in hand gegaan”, zegt Vande Putte. „Kijk naar Cardi B of Beyonce, die echt hun lichaam verkopen in plaats van hun muziek. Als je K3 aanvalt op korte rokjes en mannen die eraan zouden verdienen, dan doe je dat echt om ze neer te halen.” Of de meidengroep in deze tijd opnieuw zou kunnen worden opgestart, betwijfelt hij: „Ik denk het niet, zelfs de oorspronkelijke K3 is veel te braaf voor de huidige muziekscene.”
Ethos
Dat de formule K3 de tand des tijds heeft doorstaan komt niet alleen door marketingmachine Studio 100, benadrukken beide songschrijvers. Vanaf het begin was het voor de componisten belangrijk dat er gelaagdheid in de teksten zat, juist om de kinderen én de ouders te bereiken. „De mensen die K3 afschrijven als alleen maar lollig, luisteren niet goed”, zegt Vande Putte. Neem de tekst van hun eerste hit, ‘Alle Kleuren’: ‘Waarom doen mensen elkaar toch zo’n pijn/Zou het niet beter zijn als wij voortaan verdraagzaam zijn?’ „Het is gewoon hallucinant als achtduizend kinderen en ouders dat samen zingen. Daar moet je niet cynisch over doen, dan kun je beter aan de lopende band gaan werken.” Ook Wiels is trots op de boodschap in dat nummer „We schreven dat in een tijd dat extreem-rechts opkwam in België, dat dit zo’n hit werd was echt een overwinning.”
Ook in het buitenland is geprobeerd de formule uit te rollen. Er werden kopieën gemaakt in Duitsland; Wir Drei en Zuid-Afrika; X-4, die flopten. Volgens Vande Putte omdat de songschrijvers daar het niet serieus genoeg namen. Zijn lievelingsnummer? „‘De wereld is veel mooier dan je denkt’, uit 2019. Daar zit het ethos van K3 echt in, in die ene zin.”
Hoe K3 klinkt zonder Peter, Alain en Miguel is te horen in de nieuwste single ‘Iliake’, die vorige week uitkwam. Het nummer lijkt met zijn aanstekelijke beat en moralistische teksten naadloos aan te sluiten op het ethos van de groep. Wat of waar Iliake is weet niemand, maar ook dat is volledig in lijn met voorgaande hits als ‘Kuma he’.
Studio 100 zegt voortaan met een wisselend team van schrijvers aan de slag te gaan. Wiels heeft één keer naar de single geluisterd: het voldoet aan de K3-formule en hij hoort dat er met nieuwe inspiratie aan is gewerkt. Voor Vande Putte is het nog te vroeg: „Ik ben er nog niet klaar voor om naar nummers te luisteren die door anderen geschreven zijn.”
Maureen: „Remon en ik kennen elkaar van LinkedIn.”
Remon: „Maureen heeft een communicatiebureau en zocht een locatie voor een klant. Ik heb een evenementenbureau en heb toen op haar oproep gereageerd.”
Maureen: „Er sloeg meteen een vonk over. We begonnen al te daten voordat we aan samenwerken toekwamen.”
Maureen: „We hebben nu een latrelatie. Ik ben een leuker mens als ik even alleen geweest ben.”
Remon: „Maar het is ook omdat Maureen kinderen heeft.”
Maureen: „Ze zijn 17 en 21 en wonen nog thuis, al zijn ze de helft van de tijd bij hun vader.”
Remon: „Dus het is ook een verdeling van tijd en aandacht. Maar ik merk dat er nog best een stigma ligt op latrelaties. Je moet echt uitleggen waarom je niet samenwoont.”
Maureen: „Omdat ik het niet wil, haha.”
Remon: „Het leuke is : als je elkaar even niet gezien hebt, ben je elke keer opnieuw verliefd.”
Generatieverschil met Gen Z
Maureen: „Ik heb het crisiscommunicatiebureau UP Crisiscommunicatie & Media, met een team van acht. We adviseren rondom een crisis, of bijvoorbeeld een #metoo-affaire, een product dat teruggeroepen moet worden, online gegevens die gehackt zijn. Het kan zelfs een moord zijn. Zo heb ik eens een jeugdzorginstelling geholpen toen er een medewerker vermoord was door een cliënt en zijn vrienden. Op social media gaan er vaak al snel allerlei geruchten rond, terwijl de organisatie waar iets gebeurd is niet weet wat te doen. Mijn werk is hectisch, maar daar hou ik juist van. Ik wil niet zeggen dat ik een adrenalinejunk ben, maar ik vind het leuk om op het juiste moment het verschil te maken, ook als er tijdsdruk is.”
Remon: „Ik heb het evenementenbureau dtevents, met vijf werknemers. We creëren grote zakelijke evenementen voor bedrijven onderling: congressen, jubilea, eindejaarsfeesten of kick-offevenementen bij de start van het nieuwe jaar. We hebben een kantoor in een coworking space vol planten in de oude Verkadefabriek, met uitzicht op de Zaan. Mijn werknemers zijn allemaal Gen Z-vrouwen, waarbij ik wel merk dat er echt een generatieverschil is. Zij beginnen de werkdag echt een stuk later dan ik. Soms zeggen ze dat ze pas ergens in de middag tot leven komen. Maar de commerciële uren waarin je daadwerkelijk klantcontact kan hebben, zijn nog steeds tussen negen en vier.”
Maureen: „We snappen heel goed van elkaar dat werk en privé soms door elkaar heen lopen. Of dat de ander ’s avonds nog even moet werken, of in het weekend.”
Ochtendmensen
Remon: „Ik werk zestig tot tachtig uur per week, al probeer ik tegenwoordig iets rustiger aan te doen. Vorig jaar zijn we drie weken naar Colombia geweest en heb ik tijdens die vakantie ook echt niet gewerkt. Dat kwam vroeger nooit voor. Toen ik eens op reis was in Jordanië, zat ik de hele tijd aan de telefoon voor mijn werk. Ik ga straks skiën en toen vroegen de vrienden met wie ik ga of ik niet de hele reis in de auto wil gaan zitten bellen. Dus dat ga ik niet doen, maar ik ga wel met de laptop op schoot in de auto zitten werken. En ook na het skiën om half zes ga ik eerst even werken, en daarna schuif ik pas aan om een biertje te drinken. Work-aholic? Het woord workaholic heeft een negatieve lading, vind ik. Ik hou van werken.”
Maureen: „Ik werk minder, zo’n vijftig uur per week. Ik ga nooit een weekendje weg zonder laptop en als ik bijvoorbeeld in het vliegtuig zit, heb ik ook de laptop op schoot. Een crisis komt natuurlijk ook meestal onverwacht, dus dat hoort erbij.”
Remon: „Ik sta elke dag om vijf uur op, ook in het weekend, en dan begin ik met werken. Ik ga naar bed tussen tien en elf. Vroeger sliep ik slecht en toen ben ik, rond mijn 21ste, dit ritme gaan uitproberen. Daar voel ik me goed bij. Ik val ’s avonds snel in slaap en word meestal al voor vijf uur wakker. Soms word ik al om drie uur wakker, en dan sta ik op en begin ik de werkdag.”
Maureen: „Ik sta wat later op, om zes uur. Soms slaap ik uit tot zeven uur. Dat klinkt misschien gek, maar dat is voor mij uitslapen. We zijn allebei echt ochtendmensen. Gelukkig maar! Lijkt me wel lastig als de één een ochtendmens is en de ander een avondmens.”
Remon: „In de ochtend kan ik heel veel doen waar ik de rest van de dag niet meer aan toe kom omdat ik vol zit met meetings.”
Maureen: „Ons recept? Elkaar vrij laten.”
Remon: „En humor, vooral die van Maureen. Dat gaat van flauwe grappen en woordgrapjes tot zwartgallig.”
Maureen: „Mijn kinderen zeiden: als je iemand hebt gevonden die jouw humor kan waarderen, moet je bij hem blijven, haha. Remon heeft trouwens zelf ook humor. Hij komt steeds meer los. En met mijn kinderen lach ik ook heel wat af. Het is hier een gezellige boel.”
Remon: „Ik kan het goed vinden met Maureens kinderen.”
Maureen: „Soms laten we elkaar vrij, soms nemen we juist echt de tijd voor elkaar. Als we gaan wandelen, lopen we meteen 20 of 25 kilometer. We houden van lekker eten en een biertje of wijntje. We kunnen enorm doorzakken met elkaar.”
Remon: „Zeker! In 2022 had ik opeens tijdens mijn skivakantie, op de top van een berg in Italië, een briljant idee voor mijn werk. Dat kun je zeggen: ben je nou zelfs als je op vakantie bent nog aan het werk? Maar het is niet zo dat ik niet kan ontspannen. Juist door ontspanning kan extra ruimte ontstaan voor nieuwe gedachten.”
De verstrekkende stikstofuitspraak in de zaak-Greenpeace van woensdag is eigenlijk heel simpel: een rechtsstaat moet zich aan zijn eigen wetten houden, en nu handelt de staat „onrechtmatig”. Regering en parlement hebben zelf bepaald dat de helft van de kwetsbare natuur in 2030 moet zijn hersteld, de rechtbank Den Haag dwingt ze nu dat daadwerkelijk te bewerkstelligen.
Zo niet, dan moet de staat over vijf jaar eenmalig een dwangsom van 10 miljoen euro betalen. Op zich een groot bedrag, al is het natuurlijk niets op een Rijksbegroting met 457 miljard euro aan uitgaven dit jaar.
Maar het feit dát de rechtbank de Staat der Nederlanden een dwangsom heeft opgelegd, is veelzeggend. ‘In beginsel’ gebeurt dit niet, omdat zowel burgers als rechters moeten kunnen vertrouwen op de overheid, zei de rechtbank. Van een overheid mag dus ook worden verwacht dat zij rechterlijke uitspraken naleeft.
Verwijtbaar
Maar hier is het „verwijtbaar” dat de staat al „vele jaren” onvoldoende maatregelen neemt om het „absolute minimum van de wettelijke stikstofdoelen te halen”, zei de rechter. Tussen 2015 en 2019 heeft de staat zelfs ‘op de pof’ stikstofruimte vergund, wetende dat het beruchte Programma Aanpak Stikstof (PAS) in strijd was met Europese normen.
Ook oordeelde de rechtbank hard over het rechtse kabinet-Schoof van PVV, NSC, VVD en BBB, waarbij de voorzitter nog opmerkte dat het in beginsel niet aan rechters is een oordeel over de politiek te vellen. Het vorige kabinet -Rutte IV had juist 24 miljard euro uitgetrokken om doelen rond natuur, stikstof, water en klimaat te halen. Dit kabinet heeft dat ‘Nationaal Programma Landelijk Gebied’ (NPLG) geschrapt en het geld voor landbouw en natuur teruggebracht naar 5 miljard euro.
Lees ook
Greenpeace versus de staat: vandaag doet de rechtbank uitspraak in stikstofzaak – met potentieel grote gevolgen
Het zijn geen nieuwe feiten, maar ze hebben wel mede tot deze uitspraak geleid, met waarschijnlijk grote maatschappelijke gevolgen. De vraag is of de staat vergunningen moet intrekken van veehouders of industriële bedrijven, of dat bouwprojecten geblokkeerd gaan worden in deze tijd van grote woningnood.
De pijn zal zeker gevoeld gaan worden rond de Veluwe met alle intensieve veeteelt, het gebied met veel kwetsbare natuur dat rood kleurt op een kaartje van Nederland dat aan de uitspraak was toegevoegd. Anders dan nu gebeurt, draagt de rechtbank de staat op om voorrang te geven aan de meest kwetsbare natuur. Ook moet de staat direct in actie komen, ongeacht de mogelijkheid om in beroep en cassatie te gaan.
De natuur moet worden gered, daarna kan de boel van het slot
Opluchting
Bij Greenpeace was in de zaal blijdschap en opluchting: de bodemprocedure gaat terug tot juli 2023 en een eerder kort geding met dezelfde inzet had de milieu-organisatie vorig jaar verloren. „De natuur trekt in Nederland altijd aan het kortste eind. Eindelijk zegt een rechter nu: zo kan het niet, de overheid overtreedt zijn eigen regels”, zei directeur Andy Palmen. Tegelijkertijd heeft de uitspraak een keerzijde, erkende hij. „Ik realiseer mij welke impact de uitspraak heeft op mensen en bedrijven. De natuur moet worden gered, daarna kan de boel van het slot.”
In de uitspraak veegde de rechter het verweer van de staat grotendeels van tafel, en daarmee ook een aantal argumenten die je vaker hoort van met name rechtse partijen zoals BBB. Niet alleen eerdere kabinetten, juist ook het huidige kabinet-Schoof heeft nog geen overtuigende stikstofaanpak. Er komt stikstof uit het buitenland Nederland binnen, maar vanuit Nederland gaat vier keer zoveel de grens over dan andersom. Natuurverslechtering komt ook door verdroging, verslechterde waterkwaliteit en versnippering – maar dat is geen reden om de stikstof niet terug te brengen. Stikstof komt niet alleen van boeren, maar bijna 80 procent van de neerslag op kwetsbare natuur wel.
Op bepaalde punten ging de rechtbank wel mee in het verweer van de staat, en niet in de argumenten van Greenpeace. Zo is er geen reden om aan te nemen dat er binnen afzienbare tijd een „point of no return” aanbreekt voor kwetsbare natuurgebieden. En het wettelijke stikstofdoel voor 2025 om 40 procent van de kwetsbare natuur te herstellen is onrealistisch, dus dat kreeg de staat niet opgelegd van de rechtbank.
Nog steeds zit er een groot gat tussen de oorspronkelijke eis van Greenpeace en de uitspraak van de rechtbank: de milieuorganisatie vroeg zelf herstel van 80 procent van de kwetsbare natuur, en dat al in 2030.
‘Haalbaar en betaalbaar’
Wat volgens de rechtbank wel mogelijk is, is het vastgelegde doel voor 2030, om te zorgen dat 50 procent van de kwetsbare natuur niet verder verslechtert. „Dat reductiedoel is ambitieus, maar haalbaar en betaalbaar”, citeerde de rechtbank uit de toelichting bij de Wet stikstofreductie en natuurverbetering uit 2020. „De betreffende percentages en jaartallen heeft de wetgever zelf vastgesteld”, zei de voorzitter daarover.
Dit is niet de uitspraak waarop ik had gehoopt
Die Nederlandse stikstofdoelen zijn gebaseerd op de Europese Vogel- (1979) en Habitatrichtlijn (1992), voor bescherming van vogels, dieren en planten. Op basis daarvan heeft Nederland in de periode 2008-2010 zelf in totaal 162 beschermde Natura 2000-gebieden aangewezen. De stikstofgevoelige natuur in deze gebieden mag niet onder de zogenoemde ‘kritische depositiewaarde’ (KDW) komen, een norm die bepaalt hoeveel stikstof de natuur per jaar zonder schade kan verdragen. Zoals de wet stelt, heeft de rechtbank nu bevolen dat de helft van die gebieden in 2030 onder de KDW moet zitten.
„Dit is niet de uitspraak waarop ik had gehoopt”, was de eerste reactie van landbouwminister Femke Wiersma (BBB). „We kunnen immers niet het onmogelijke vragen van mensen en bedrijven.” Het kabinet heeft besloten een ministeriële commissie op te richten en zegt de uitspraak te gaan bestuderen, ook de mogelijkheden voor hoger beroep.
Lees ook
Nieuwe stikstofuitspraak dreigt meer projecten te dwarsbomen, kabinet stelt speciale commissie in