N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Ecologie Wettelijke maatregelen zijn niet de enige manier om de biodiversiteit in een tropisch bos te beschermen.
Tropisch bos is het minst aangetast in gebieden waar inheemse volkeren leven en waar tegelijk ook enige vorm van wettelijke natuurbescherming geldt. Dat blijkt uit een studie van Britse onderzoekers, die deze woensdag is gepubliceerd in Current Biology.
Het onderzoek past in de vraag hoe natuur en biodiversiteit het best te beschermen zijn. Wereldwijd sterven planten- en diersoorten versneld uit, door menselijk handelen – omzetting van natuur in landbouwgrond, overbevissing en stroperij, vervuiling, klimaatverandering. Ondanks decennialange pogingen om natuur beter te beschermen, blijft de biodiversiteit achteruit hollen, zo stelde het wetenschappelijk platform Ipbes van de Verenigde Naties in 2019 vast.
In december leggen de VN nieuwe doelen vast voor natuurbehoud, voor de komende tien jaar. Zo zou het aandeel van het land- en zee-oppervlak dat wordt beschermd omhoog moeten. Het Ipbes-rapport staat nadrukkelijk stil bij de rol die inheemse volkeren kunnen spelen in natuurbehoud. Ze hebben vaak een heel andere, duurzamer omgang met hun omgeving en niet-menselijke wezens dan in het Westen.
Door de aanleg van een weg kunnen dieren minder makkelijk migreren
In het nu gepubliceerde onderzoek keken wetenschappers naar de ‘integriteit’ van tropisch bos in de Amerika’s, in Afrika en in Azië. Integriteit geeft de mate van aantasting aan, legt eerste auteur Jocelyne Sze van de universiteit van Sheffield uit. Hierbij wordt uitgegaan van satellietbeelden waarop bijvoorbeeld de aanleg van wegen, en het verlies aan kronendak, te zien is. Maar satellietbeelden geven niet het volledige beeld, zegt Sze. De aanleg van een weg vermindert bijvoorbeeld de aaneengeslotenheid van het bos, waardoor soorten minder makkelijk migreren. Bij de bepaling van de integriteit is ook nog een model gebruikt dat allerlei indirecte effecten meerekent.
Vier soorten gebieden
In hun onderzoek onderscheiden de auteurs vier soorten gebieden: die met een vorm van wettelijke bescherming, die waar inheemse volkeren voorkomen, gebieden waar allebei geldt, en gebieden zonder beschermde status.
De tropische bosgebieden die een beschermde status hebben en waar óók inheemse volkeren leven, zijn er in alle drie de werelddelen het best aan toe. In Afrika scoren de gebieden die ofwel een vorm van bescherming hebben, of waar inheemse volkeren wonen, beter dan gebieden die niet beschermd zijn. Maar in de Amerika’s en in Azië scoren de gebieden waar inheemse volkeren wonen slechter dan de gebieden die niet beschermd zijn. „Dat kwam als een verrassing”, zegt Sze. Temeer omdat ze eerder had aangetoond dat gebieden waar inheemse volkeren wonen min of meer hetzelfde scoren als beschermde gebieden. „Maar dat was enkel op basis van het bladerdak”, zegt Sze.
Als mogelijke verklaring van die onverwachte uitkomst, schrijven de onderzoekers dat inheemse volkeren lang niet overal erkend worden. Overheden staan het kappen van bos en mijnbouw toe in gebieden waar inheemse volkeren wonen. Recentelijk is dat bijvoorbeeld gebeurd in Brazilië en de Filippijnen.
Groeiende aandacht
„Als een land de rechten van inheemse volkeren al erkent, dan nog worden olie- en gasconcessies vaak belangrijker gevonden”, reageert het echtpaar Madelon Lohbeck en Bas Verschuuren. Beide zijn aan de Wageningen University & Research verbonden, zij als bosecoloog, hij als antropoloog. Ze waren niet bij het onderzoek betrokken, maar zeggen dat er langzaamaan meer van dit soort studies komen. „Er is groeiende aandacht voor inheemse volkeren en hun rol in natuurbehoud”, zegt Verschuuren.
Dit onderzoek is volgens hen „niet eerder zo gedaan”. Wel vinden ze het jammer dat het zich niet over meerdere jaren of decennia uitstrekt. „Dat sommige bossen waar inheemse volkeren leven een iets verlaagde integriteit hebben, is logisch, want ze gebruiken het bos”, zegt Lohbeck. Ook kunnen er historische wortels zijn. In veel delen van de Amazone is de samenstelling van boomsoorten het gevolg van menselijk ingrijpen duizenden jaren geleden. Daarnaast definiëren de onderzoekers ‘integriteit’ nogal streng, zegt Lohbeck. „Het is een beetje een oud concept.” Het gaat ervan uit dat het bos per definitie achteruitgaat door menselijk gebruik. Maar er zijn ook gevallen waarbij door de aanwezigheid van inheemse volkeren de biodiversiteit juist is verhoogd.
Verschuuren wijst ook op ontwikkelingen in de landbouw met oog voor biodiversiteit: voedselbossen en agroforestry, de gemengde teelt van bomen, gewassen en/of dieren. „Als inderdaad 30 procent van al het land- en wateroppervlak beschermd moet worden, zullen deze gemengde landbouwvormen aan belang winnen.”