In Rotterdam kunnen 22 ongedocumenteerden opgelucht adem halen. Ze staan per 1 januari niet op straat, besloot de voorzieningenrechter donderdag. Asielminister Marjolein Faber (PVV) wilde de subsidie voor de noodopvang voor ongedocumenteerde daklozen, de zogeheten bed-bad-broodregeling, per 1 januari stopzetten. De rechter vond dat te hardvochtig, omdat een deel van deze mensen dan op straat belandt, terwijl ze fysiek of lichamelijk zeer kwetsbaar zijn.
Daarmee vond de rechter dat het belang van de ongedocumenteerden zwaarder woog dan het belang van de minister. Ze stelt dat de opvang niet per se op de huidige bed-bad-broodopvanglocatie hoeft te blijven. Het Ongedocumenteerden Steunpunt in Rotterdam wil pas reageren nadat is gesproken met de bewoners van de opvang.
Dit is heel positief. Kan niet beter. Zonder bed-bad-brood gaan mensen dood
Niet alleen ongedocumenteerden uit Rotterdam stapten naar de rechter. Advocaat Pim Fischer voert namens ongedocumenteerden een reeks rechtszaken, ook in andere steden, om de beslissing van Faber aan te vechten. In alle zaken gaat het om spoedprocedures, omdat de minister de financiering al zo snel stopt.
Hierna wordt bij de bestuursrechter in Den Haag een oordeel voor de langere termijn gevraagd. De uitspraak van deze donderdag betekent dus niet dat de bed-bad-broodregeling definitief is gered.
Lees ook
Zorgplicht voor alle ongedocumenteerden? De ambtenaren weten het niet. ‘Heel lastig voor ons om namens de minister te redeneren’
Enthousiast
Fischer reisde deze donderdag naar Rotterdam om zijn cliënten het goede nieuws te brengen. „Dit is heel positief. Kan niet beter.” Hij had niet anders verwacht, want „zonder bed-bad-brood gaan mensen dood”. Dat had de rechter goed begrepen.
Ook de uitspraak van de rechtbank in Eindhoven kwam donderdag binnen. Die bleek minder plezierig voor de ongedocumenteerden. De rechter oordeelde dat de minister de subsidie voor de Eindhovense opvang mag stoppen, want de gemeente heeft gezegd die zelf open te houden.
De gemeente heeft zichzelf in de vingers gesneden, zegt Fischer. „Als Eindhoven nu zegt dat ze niet genoeg geld hebben om de opvang zelf open te houden, mag ze het opnieuw proberen. Dat was eigenlijk een uitnodiging van de rechter. Nu maar hopen dat Eindhoven die hint begrijpt.”
Ongedocumenteerden uit Utrecht blijven nog even in onzekerheid. Ze stonden woensdag voor de rechtbank in een nette rij, gehuld in dikke jassen en sjaals, terwijl binnen de zitting plaatsvond. Elke bekende die aan kwam aanlopen, werd enthousiast onthaald door Rana van den Burg. „Wat goed dat je er bent! ” Rana werkt al dertien jaar bij de lokale noodopvang en had al die mensen wel verwacht. „Het gaat natuurlijk gewoon om hun onderdak.” In Utrecht gaat het om 105 mensen.
Zo is daar Steven, een vrolijke, netjes geklede man van 39 uit Sierra Leone. Zijn halve leven is hij al in Nederland. Hij mocht niet blijven maar Sierra Leone wilde hem niet terug. Hij belandde op straat. Nu zit hij twee jaar in de Utrechtse opvang. Hoe voelt hij zich over vandaag? „Tja,” zucht hij. „Als de opvang stopt, dan stopt hij.”
Soberder
Fischer voert namens ongedocumenteerden vijf rechtszaken omdat de bed-bad-broodregeling, officieel de Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (LVV), in vijf gemeenten bestaat. Rotterdam, Eindhoven, Utrecht, Amsterdam en Groningen. Rotterdam is de enige die niet van plan is de regeling na 1 januari op eigen houtje voort te zetten. De andere gemeenten proberen de opvang voort te zetten in een soberder vorm.
De setting tijdens alle zittingen is apart. Fischer staat tegenover ambtenaren van de gemeente. Maar die spreken niet namens hun gemeente, maar namens minister Faber, verkondigen háár standpunt. Alleen in Eindhoven bleven de stoelen van de ambtenaren leeg. Het Eindhovens college vond dat de minister maar zélf ambtenaren moest sturen om haar in hun ogen vreemde besluit te verdedigen.
Terugkeer & Vertrek beslist of iemand in de speciale ‘terugkeeropvang’ terechtkan. Zo niet, dan ontbreekt een alternatief
De minister wil dat de ongedocumenteerden uit Nederland vertrekken, omdat ze geen verblijfsrecht hebben. Fischer stelt dat de minister een zorgplicht heeft. Ze moet zorgen voor opvang van ongedocumenteerden, zo is bepaald door het Europees Hof van Justitie. Als uitvoerders zorgen de gemeenten voor opvangplekken. Niet alleen stopt de minister volgens Fischer met de opvang zonder dat degelijk te motiveren, ook zorgt ze niet voor een deugdelijk alternatief.
In Rotterdam en Utrecht zeiden de ambtenaren dat stopzetting van de bed-bad-broodregeling geen wetten schendt. Mensen kunnen zich melden bij de dienst Terugkeer & Vertrek, voor onderdak in de vrijheidsbeperkende locatie (vbl), een speciale ‘terugkeeropvang’ in aanmeldcentrum Ter Apel. Daar wordt gewerkt aan een zo spoedig mogelijke terugkeer naar het land van herkomst.
Logisch
Probleem is alleen dat niet iedereen die locatie binnen mág. Zonder uitzicht op terugkeer krijgt een ongedocumenteerde geen toegang. En dat komt best vaak voor, bijvoorbeeld omdat het herkomstland niet wil meewerken aan terugkeer of omdat de identiteit van de persoon in kwestie niet is vastgesteld – al dan niet met opzet. De dienst Terugkeer & Vertrek beslist of iemand in de speciale ‘terugkeer-opvang’ (vbl) terechtkan. Zo niet, dan ontbreekt een alternatief. Volgens de minister komt die situatie echter vrijwel niet voor.
Medewerkers van opvangcentra voor ongedocumenteerden ervaren dat anders. Ze hebben talloze voorbeelden van mensen die niet kunnen terugkeren naar het herkomstland en op straat belandden. Ik ben zo iemand, zegt Steven. Voor hem was de vbl geen optie, omdat Sierra Leona geen inreispapieren wilde geven.
Er is nog een probleem met de vbl in Ter Apel: die heeft te weinig plekken. Dat bleek tijdens de zitting in Utrecht, waar een opgewonden ambtenaar van de gemeente Utrecht in de zaal zat, met voor zich een stapel uitgeprinte mails. Namens de gemeente had hij het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) gevraagd of er plek was in de vbl. Nee, was het antwoord. Logisch, vond hij, gezien het structurele tekort aan plekken in Ter Apel. Als er mensen te veel zijn, worden die lege plekken natuurlijk met asielzoekers gevuld, redeneerde hij. De landelijke woordvoerder van het COA ontkent dat de opvang vol zit.
Lees ook
‘Kansarme asielzoekers’ in detentieregime: COA wist dat het niet mocht, maar deed het toch