Ombudspolitiek of vriendjespolitiek? Vrijdag doet het gerechtshof in Den Haag uitspraak in de strafzaak tegen zelfbenoemd ‘ombudspoliticus’ Richard de Mos en diens lokale partij, Hart voor Den Haag. Reputaties staan op het spel. Die van De Mos zelf, maar ook van het OM en van bestuurlijk Den Haag.
De zaak tegen De Mos, partijgenoot en voormalig wethouder Financiën Rachid Guernaoui en vijf andere verdachten (allen ondernemers) speelt sinds 2017. Aanvankelijk als een fraudeonderzoek naar gerommel met vergunningen: de Rijksrecherche had de wethouders De Mos en Guernaoui helemaal niet in het vizier. Later wel, wat in oktober 2019 leidde tot aanhoudingen en invallen in hun werkkamers op het stadhuis in Den Haag.
Vorig jaar april sprak de rechtbank in Rotterdam De Mos, Guernaoui en de andere verdachten vrij. De Mos had zich niet laten omkopen, had geen meineed gepleegd en vormde al helemaal geen criminele organisatie met zijn medeverdachten. En als al sprake was geweest van vriendjespolitiek, dan was de „politieke arena” – de gemeenteraad van Den Haag – de plek geweest om die te ontmaskeren, niet de rechtbank, zo oordeelde de rechter.
‘Vrijspraak niet terecht’
Advocaat-generaal Koos Plooij noemde in maart dat vonnis in zijn requisitoir nog net geen gerechtelijke dwaling. Hij had het over een vonnis dat blijk gaf van een „onzorgvuldige benadering en onjuistheden”. Met de vrijspraak, zo betoogde Plooij, had de rechter een „kleine bibliotheek aan wetgeving, wetgevingsgeschiedenis, juridische commentaren en arresten van gerechtshoven en de Hoge Raad gemist”. Daarom dit hoger beroep, aldus Plooij: „De vrijspraak was niet terecht”.
Het gerechtshof moet zich uitspreken over de vraag of sprake was van netwerkcorruptie, zegt Rob van Eijbergen, hoogleraar integriteit van organisaties aan de Universiteit voor Humanistiek. Netwerkcorruptie is de strafrechtelijke term voor vriendjespolitiek. „Bij mijn weten is dit de eerste keer dat een strafrechtelijk vermoeden van netwerkcorruptie voor de rechter komt.” Volgens Van Eijbergen wordt het proces dan ook nauwlettend in de gaten gehouden in bestuurlijk Nederland. „Zoals in Roermond, waar de nieuwe burgemeester, Yolanda Hoogtanders, dit soort praktijken voortvarend wil aanpakken. Daar zit het echt in de cultuur.” In Roermond speelden diverse affaires met omstreden politici.
Goud: we zitten zo dicht bij het vuur zonder dat we zichtbaar vriend met Richard de Mos zijn of lid van Hart voor Den Haag
In Den Haag wilde volgens het OM een kleine groep ondernemers de partij van De Mos groot maken. En dat lukte: De Mos won de raadsverkiezingen in 2018 overtuigend. Niet alleen hadden de ondernemers zeggenschap over het verkiezingsprogramma, maar ook over de inhoud van het coalitieakkoord. Als tegenprestatie voor hun financiële steun voor de verkiezingscampagne werden ze „in een aantal projecten evident bevoordeeld”. Ter zitting bracht Plooij afgeluisterde telefoongesprekken en mailverkeer in stelling om aan te tonen dat die zakenlieden zich in de partij zouden hebben ingekocht en besluitvorming konden sturen: „Het is briljant dat we indirect aan de onderhandelingstafel zitten met andere coalitiepartijen”, aldus een van hen. „In het geheim, om lopende zaken in het stadsbestuur te bespreken. Dichter bij het vuur kunnen we niet liggen.” In een andere mail: „Het is natuurlijk goud dat we zo dicht bij het vuur zitten zonder dat we zichtbaar vriend met De Mos zijn of lid zijn van zijn partij.”
Geaccepteerde ombudspolitiek
Op de laatste zittingsdag ontkende De Mos alle beschuldigingen. Het OM was volgens hem al jaren bezig om zijn ombudspolitiek te beschimpen en te criminaliseren. „Ze blijven hangen in hun eigen gelijk en kiezen voor een prestigestrijd, in plaats van voor waarheidsvinding.” Met de nodige consequenties voor de Haagse gemeentepolitiek. Want zijn partij, in 2018 en 2022 de grootste in Den Haag, maakt sinds de huiszoekingen geen deel meer uit van het college van B en W. De Mos: „We hebben nu dus een college dat deels bestaat uit partijen die verloren hebben en uit wethouders die fungeren als brokkenpiloot vanwege het onthutsende gebrek aan bestuurservaring.”
Ze blijven hangen in hun eigen gelijk en kiezen voor een prestigestrijd, in plaats van voor waarheidsvinding
Historicus Geerten Waling geeft De Mos daarin gelijk. „Het OM wil weten waar de strafrechtelijke grenzen van de ombudspolitiek liggen. De lokale democratie betaalt daar wel een hoge prijs voor: twee opgestapte wethouders en de grootste partij van de stad staat al tijdenlang buitenspel. Maar er moet ook duidelijkheid komen over de grenzen van geaccepteerde ombudspolitiek.”
Dat acht Waling ook van belang voor lokale partijen buiten Den Haag: „Zeker als het om fondsenwerving gaat. Ze kunnen meestal niet terugvallen op landelijke partijen voor financiering. Ze zijn kwetsbaarder dan de gevestigde partijen.”
Een ‘mega-overwinning in 2026’
Plooij bestreed ter zitting dat vriendjespolitiek en omkoping in de gemeenteraad moeten worden uitgevochten. „Dat moet daar niet ontmaskerd worden, daar heeft de gemeente onvoldoende middelen voor. Het strafrecht heeft die wel, als sprake is van vriendjespolitiek tegenover giften is het strafrecht zonder meer aan zet.”
Aan De Mos was die boodschap tijdens het hoger beroep niet besteed, hij gaat uit van vrijspraak. Hij verwacht een glorieuze politieke comeback en „een mega-overwinning bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2026”, zei hij na vijf zittingsdagen in zijn slotwoord. Of hij dan zo makkelijk aan een wethouderspost komt, is dan de vraag. Na de invallen en de huiszoekingen bij De Mos en Guernaoui heeft Den Haag de screening van nieuwe wethouders verscherpt. Weerbaarheid tegen netwerkcorruptie maakt daar onderdeel van uit.
Lees wat NRC eerder schreef over de zaak.
Wie werd verdacht?
Twee Haagse wethouders worden verdacht van ambtelijke corruptie, omkoping en schending van het ambtsgeheim. Wie zijn zij?
Wat was de verdenking?
Richard de Mos deed volgens hemzelf slechts aan „ombudspolitiek”. Sinds 1990 heeft justitie alle corruptiezaken tegen politici gewonnen.
Wat was het verweer?
Oud-wethouders van Den Haag Richard de Mos en Rachid Guernaoui stonden voor de rechter. Volgens De Mos een poging van de gevestigde orde om af te rekenen met zijn partij.
Hoe verliep de rechtsgang?
Richard de Mos en zijn partijgenoot Rachid Guernaoui van Hart voor Den Haag zijn hevig teleurgesteld dat de „klip en klare vrijspraak van de rechters niet wordt gevolgd”.