In het spoor van de boterkuipjes de afvalstroom volgen

Plastic afval langs de Maas Tijdens de overstromingen van zomer 2021 belandden duizenden boterkuipjes in de Waalse Vesder en daarna in de Maas. De wetenschap volgde hun spoor met belangstelling.

De reis van de boterkuipjes.

De reis van de boterkuipjes.


Sylvia Spierts-Brouwers schudt een afvalzak leeg op de grond. Zo’n veertig Belgische en Nederlandse vrijwilligers hebben deze middag bij de plek waar het riviertje de Berwijn uitmondt in de Maas, in de Belgische Voerstreek net over de grens ten zuiden van Eijsden, een paar uur vuil geraapt. Spierts, projectleider bij IVN Natuureducatie, heeft hen gevraagd boterkuipjes en de deksels daarvan apart te houden. Verspreid over de grond ligt nu een variëteit aan merken: Elle & Vivre, Ballade, Arias, Carlsberg, het huismerk van Albert Heijn. Op één kuipje staan Hebreeuwse lettertekens.

De reis van de boterkuipjes.

Hoe exotisch de verzameling ook mag lijken, ze zijn allemaal afkomstig van één plek. Spierts pakt een aantal kuipjes op en toont de code. ‘BE’ voor België, gevolgd door een nummer. De combinatie van die letters en cijfers staat voor de Société des Beurres Corman, een grote zuivelfabriek. „Dan weet je dat ze zijn meegevoerd tijdens de zomeroverstroming van bijna twee jaar geleden.”

In de loop van woensdag 13 juli 2021 werd bij Corman in het Waalse gehucht Béthane steeds duidelijker dat de aanhoudende regen voor problemen kon gaan zorgen. Twee riviertjes veranderden in kolkende stromen. Het bedrijfsterrein ligt op de plek waar de Gileppe uitmondt in de Vesder. Rond twee uur ’s middags werd het personeel geëvacueerd. Anderhalf uur later bleek het ook voor de kleine ploeg die zandzakken legde te gevaarlijk.

Opeenvolgende stijgingen in de loop van de nacht maakten dat ook een beschermingsdijk en een nevengeul niet meer volstonden om het water uit de fabrieken te houden. De schade was groot.

Duizenden boterkuipjes stroomden door de Vesder-vallei (waar tijdens de watersnood 38 doden vielen en grote verwoestingen werden aangericht) richting de Maas in Luik. Van daaruit ging het met de snelle stroming van dat moment in rap tempo richting Nederland, waar de rivier even ten zuiden van Eijsden de grens passeert.

Corman bleef lange tijd buiten bedrijf. De overstroming zorgde voor botertekorten in de Belgische supermarkten.


Lees ook: Kustdieren overleven op de open oceaan dankzij ronddrijvend plastic

De weggestroomde kuipjes belandden niet alleen op Limburgse Maasoevers, maar ook verderop. Vrijwilliger Jos van den Heuvel vaart met de fluisterboot Skòn Skip tussen Ravenstein en Empel (bij Den Bosch) om daar de rivier en haar onmiddellijke omgeving op te ruimen. „Met lange stokken prikken en vanaf de sloep en op de oevers.”

Tussen alle afval, opmerkelijk veel rond recreatiehavens, vonden Van den Heuvel en zijn mede-vrijwilligers vorige jaren overal boterkuipjes. „Een aantal zou ik niet durven noemen, maar het waren er zeker meer dan duizend, alleen al in het door ons bestreken gebied. Nu vinden we er nog sporadisch een.”

Dat tijdens de opruimmiddag in de Voerstreek nog zoveel kuipjes worden gevonden, komt volgens Spierts doordat op deze plek sinds juli 2021 nog niet eerder is schoongemaakt. „Op plaatsen waar dat wel is gebeurd, vinden we nu voornamelijk dekseltjes. Kuipjes, die onderweg zijn volgeraakt met modder, plantresten of ander afval, vinden we niet eens meer terug. Die zijn gezonken en liggen nu ergens op de rivierbodem.”

Badeenden en badbevers

De boterkuipjesgolf doet denken het overboord slaan van een container met speelgoeddieren tijdens een storm op de Grote Oceaan op 10 januari 1992. Bijna 29.000 stuks gingen het water op: gele badeendjes, rode badbevers, blauwe badschildpadden en groene badkikkers. Ze werden in de jaren die volgden op verbazingwekkend veel en ver van elkaar verwijderde plekken gevonden. Het leerde wetenschappers enorm veel over de oceaanstromen en de verbindingen tussen verschillende zeeën.

Tim van Emmerik, universitair docent hydrologie aan Wageningen University & Research, denkt dat de boterkuipjes soortgelijke conclusies voor de Maas op gaan leveren. Met een groep wetenschappers verzamelt hij gegevens over de vondsten van de kuipjes. „We staan altijd al in nauw contact met vrijwilligers die opruimen, maar bij het meeste afval is niet duidelijk waar het precies vandaan komt.”

Van 15 oktober tot 15 november 2022 werd afvalonderzoek gedaan op 359 oevers van grote rivieren in Nederland. Per honderd meter werden gemiddeld 163 stuks afval gevonden. 82 procent bestond uit plastic.

Sylvia Spierts zoekt plastic afval langs de Maas. Rechts een deel van de opbrengst. Foto’s Dieuwertje Bravenboer

De boterkuipjes met hun aanwijsbare herkomst kunnen meer duidelijk maken over dat plastic afval. Van Emmerik: „Hoelang blijven die kuipjes in het watersysteem gevonden worden? Waarom treft men ze aan op de plekken waar ze worden aangetroffen? Is dat bijvoorbeeld op plekken waar de rivier heel erg meandert of bij havens? En hoe worden die kuipjes afgebroken? Binnenkort moeten we een eerste punt zetten achter het verzamelen en verbanden gaan leggen.” Zijn doel is uiteindelijk het ontwikkelen van technieken om plastic verontreiniging van rivieren te meten en te voorkomen.

Bij de opruimactie bij het uitmonden van de Berwijn in de Maas constateert Spierts: „Veel van wat we terugvinden op de rivieroevers is via dochterbedrijven te herleiden richting een stuk of zeven grote multinationals op het gebied van voeding en cosmetica. Ondernemingen van het kaliber Unilever en Johnson & Johnson. Maar die kunnen weer wijzen naar consumenten als degenen die het afval in het watersysteem laten belanden.”

Een klein deel van de kuipjes gaat mogelijk de hele Maas door en belandt in de Noordzee. Afgaande op de stroming vanaf de riviermonding sluit Spierts niet uit dat ze op den duur ook op de Noorse kust zullen worden gevonden. Ook daar zal de code duidelijk maken dat hun reis begon op de oever van de Vesder.