In eigen land hebben Chinese merken Volkswagen al royaal ingehaald

Automarkt Chinezen kopen al meer dan de helft van de elektrische auto’s die wereldwijd worden gemaakt. En die zijn steeds vaker van merken van eigen bodem. Dat raakt de buitenlandse concurrentie hard, Volkswagen voorop.

Elektrische auto’s van de Chinese start-up NIO op de autobeurs in Shanghai.
Elektrische auto’s van de Chinese start-up NIO op de autobeurs in Shanghai.

Foto VCG/Getty Images

Mocht het ooit zover komen dat Volkswagen de Chinese markt moet verlaten – en er zijn steeds meer analisten die denken dat dit kan gebeuren – dan heeft karaoke daar hoogstwaarschijnlijk een aandeel in gehad.

In China houden ze van bijzondere technische snufjes in de auto. Een ervan is de mogelijkheid mee te zingen met muziek die wordt afgespeeld. Dat Volkswagen hier pas kort geleden achter is gekomen, terwijl de concurrenten in China dit allang weten, geldt als één van de redenen waarom het Duitse merk er nu in grote problemen verkeert. Het is alsof je ouderwetse Nokia’s met geavanceerde iPhones vergelijkt, zei een voormalig Volkswagen-bestuurder tegen de Britse zakenkrant Financial Times.

De Chinese automarkt heeft zich in korte tijd ontpopt tot een dramatisch strijdtoneel, met mogelijk enorme gevolgen voor de internationale auto-industrie. Sinds vorig jaar lijken Chinese consumenten alleen nog geïnteresseerd in merken van eigen bodem. Dat heeft grote gevolgen voor gevestigde autobouwers als Volkswagen, die een belangrijk deel van hun omzet in China behalen. In luttele maanden tijd is de vraag gerezen welke merken hier gaan overleven.

Volkswagen maakte woensdagmiddag bekend dat het een samenwerking aangaat met het Chinese autobedrijf Xpeng. Zo wil het de „darwinistische strijd” overleven, zoals analist Edward White de situatie in China noemde in de FT. De eerste zwakke automerken lijken al af te haken: Mitsubishi maakte deze maand bekend dat het stopt met autoproductie in China, nadat het marktaandeel van Japanse merken plotseling flink was gedaald. Ook het Amerikaanse Ford, tot voor kort een van de grootste merken in China, heeft bekendgemaakt minder te investeren in het land. „Alleen de sterkste zullen overleven”, zei de topman van het Japanse Mazda begin juli.

Massamarkt

Wat is er aan de hand? In China voltrekken zich in hoog tempo twee ontwikkelingen. In de eerste plaats is het land heel ver in de transitie naar elektrische auto’s.

„Elektrisch rijden is daar al echt een massamarkt”, zegt Rico Luman, die voor ING de autowereld in de gaten houdt. In China werden vorig jaar meer dan 6 miljoen elektrische auto’s verkocht, meer dan de helft van de wereldafzet. Forse, jarenlange subsidiëring door de overheid hielp daarbij.

Die bevoordeling van elektrisch rijden is al lastig voor fabrikanten die achterlopen met de elektrificatie van hun modellen, zoals Mitsubishi, het eveneens Japanse Toyota, en Ford. Maar ze hebben ook nog last van die tweede trend: Chinezen kopen vooral elektrische auto’s van Chinese fabrikanten.

Jarenlang was Volkswagen (280 miljard euro omzet, ruim 650.000 werknemers) het bestverkopende merk in China. Maar het is vrijwel zeker dat het Chinese BYD dit jaar die positie overneemt, vooral door zijn elektrische auto’s. Het merk bedient inmiddels 38 procent van de ‘elektrische markt’ in China. Voor Volkswagen is dat rond de 2,5 procent. Met z’n brandstofauto’s heeft Volkswagen nog 13 procent marktaandeel, maar daarmee houdt het BYD niet achter zich.

Niet alleen Volkswagen heeft het moeilijk en niet alleen BYD groeit. Chinese fabrikanten als SAIC en Great Wall zijn ook groot op de elektrische markt. Het grootste westerse merk is Tesla, met een aandeel van ongeveer 11 procent.

Een elektrische auto met twee schermen op het dashboard.
Foto VCG/Getty Images

De groeiende liefde voor Chinese merken als het gaat om elektrische auto’s speelt al een jaar of twee, maar heeft vooral de afgelopen maanden bij de concurrentie paniek veroorzaakt. De belangrijkste aanjager ervan lijken de technologische snufjes te zijn die de Chinese fabrikanten in hun auto’s installeren. Op de autobeurs in Shanghai presenteerden de lokale merken in mei vol trots hun jongste innovaties: 3D-dashboards met spelletjesfuncties, karaokesystemen, camera’s in plaats van achterruiten. In veel Chinese modellen zitten nog nauwelijks knoppen, omdat veel met stembediening gaat. Uitgebreide aandacht ging op de beurs ook uit naar massagestoelen van het Chinese Geely.

Onvoorbereid

Op dit digitale gebied lopen westerse autobouwers fors achter. „De eisen van Chinese klanten zijn anders dan in de rest van de wereld”, zei Volkswagen-topman Oliver Blume op die autobeurs.

Dat inzicht heeft hij wel erg laat verworven, vinden veel analisten. „Ze waren totaal onvoorbereid op het lanceren van elektrische auto’s die goed kunnen concurreren met Chinese merken”, laat autoconsultant Tu Le per mail weten. Hij runt in Beijing een bekend adviesbureau voor de autosector, waarmee hij met name westerse merken bijstaat.

Het probleem is volgens hem niet alleen dat de Chinese klant verkeerd is ingeschat: westerse merken lopen überhaupt achter met hun softwarekwaliteiten. Blume van Volkswagen ontsloeg vrij snel na zijn aantreden vorig jaar de top van softwaretak Cariad, nadat hier problemen bleven opduiken.

„Je ziet dan dat Volkswagen niet mee kan komen met de verandering in de markt”, zegt Luman van ING. Dat is een forse tegenvaller voor de Duitsers, die een groot elektrisch offensief heeft gelanceerd in China. Talrijke modellen zijn er uitgebracht – waaronder het nieuwe elektrische Volkswagenbusje, waar hoge verwachtingen over bestaan.

Nu komt het er voor de automakers op aan: gaan ze de strijd aan in China met extra investeringen? Of gaan ze weg? Ford koos er in mei voor minder te investeren in China en de activiteiten af te bouwen, net als Mitsubishi. Volkswagen gaat juist op het offensief: het kondigde de afgelopen maanden miljardeninvesteringen aan in China, met name in chiptechnologie. En nu is er dus die samenwerking met Xpeng. Samen willen de twee bedrijven een aantal modellen ontwerpen om in 2026 op de markt te brengen. Volkswagen koopt zich voor 700 miljoen dollar in bij Xpeng, aldus het Duitse Handelsblatt.

Goudmijn

Bij Volkswagen staat er te veel op het spel om de Chinese markt zomaar op te geven. Bijna de helft van zijn winst komt ervandaan, enkele miljarden euro’s. Doordat het concern vroeg insprong op de economische liberalisering onder Deng Xiaoping in de jaren tachtig, heeft het er een tiental fabrieken. Volkswagen begreep toen heel goed dat de opkomende Chinese middenklasse een goudmijn zou vormen.

Een terugval in China kan fatale consequenties hebben – en speculaties daarover begonnen de laatste tijd op te duiken. In een groot artikel voerde de FT kort voor de zomer anonieme consultants op die schetsten dat Volkswagen-managers onvoldoende rekening houden met een dramatisch scenario in China. Ze kunnen zich het land niet voorstellen zonder Volkswagen, klonk het.

Consultant Lu verwacht dat er de komende tijd meer aankondigingen van samenwerkingen met Chinese merken zullen volgen. Als het niet met autobedrijven is, dan met techbedrijven. Van Volkswagen is al bekend dat het gesprekken voerde met Huawei, een omstreden Chinese partij. In Amerika is Huawei grotendeels verboden.

Ondertussen zien sommige analisten alweer de volgende uitdaging opduiken voor westerse automakers. Ook in Europa timmeren de Chinese merken hard aan hun imago en verkoopcijfers. In Nederland bedraagt het marktaandeel enkele procenten. Luman van ING: „Ze lijken hier langzamerhand een ingang te vinden in de markt.”