N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Russisch gas Sinds het derde kwartaal van 2022 komen de meeste geloste goederen in Nederlandse havens uit de Verenigde Staten. Tot die tijd kwam het meeste uit Rusland.
In Nederlandse zeehavens worden steeds minder Russische goederen gelost. Dat heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag bekendgemaakt. In het eerste kwartaal van 2023 daalde de aanvoer met 80 procent ten opzichte van het eerste kwartaal van 2022. Vanuit andere landen kwamen juist meer goederen aan land: uit de Verenigde Staten (VS) werd die periode 46,8 procent meer goederen gelost, goed voor een gewicht van 14,4 miljoen ton.
Ondanks de oorlog in Oekraïne, die op 24 februari 2022 begon, kwamen tot halverwege 2022 de meeste goederen die in Nederlandse havens werden gelost uit Rusland. Vanaf het derde kwartaal van 2022 namen de VS de eerste plek in. Onder andere de naarstige zoektocht naar alternatieven voor Russisch gas leidde tot de toegenomen interesse in Amerikaanse goederen. Tussen 2021 en 2022 verdubbelde de aanvoer van gas uit de VS.
Ook uit het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en China arriveerden veel goederen in Nederlandse zeehavens. In het eerste kwartaal van 2023 werd uit die landen respectievelijk 10,8 miljoen ton, 6,8 miljoen ton, en 5,7 miljoen ton gelost.
De totale aan- en afvoer van goederen in Nederlandse zeehavens steeg in 2022 met 1,2 procent ten opzichte van 2021. Hoewel het percentage geloste goederen steeg (met 4,6 procent), daalde het aantal goederen dat geladen werd in Nederland juist met 5,8 procent. Vooral natte bulkgoederen, zoals gas en aardolie, werden veel gelost. Ook droge bulkgoederen zoals steenkool en goederen in containers kwamen in groten getale de havens in.
Actiegroep XR Justice Now, een tak van klimaatgroep Extinction Rebellion, protesteert dinsdagochtend bij het NOS-gebouw op het Mediapark in Hilversum. Ongeveer twintig demonstranten, sommigen gehuld in witte pakken met afdrukken van rode handen erop, scanderen „NOS, schande, bloed aan je handen”. Ook hebben ze spandoeken aan het gebouw opgehangen met de leuzen „NOS stop legitimatie van genocide” en „Taal is niet neutraal”. Drie aan elkaar vastgeketende actievoerders met gezichtsbedekking liggen voor de ingang.
De actiegroep vindt dat de publieke omroep geweld en genocide „legitimeert”, omdat het „klakkeloos” de „Israëlische framing” zou overnemen, zo is te lezen in een verklaring op de Instagram-pagina van de groep. XR Justice Now geeft in de verklaring geen voorbeelden van de gehekelde berichtgeving.
NOS ontstemt
De demonstranten roepen de NOS op om „haar plicht” na te komen door op een „onbevooroordeelde en waarheidsgetrouwe” manier verslag te doen van de situatie in het Midden-Oosten. Ze vinden dat de woordkeuze van NOS-journalisten „direct invloed” heeft op de werkelijkheid.
De NOS is niet te spreken over de actie. “Over onze journalistieke keuzes of ons woordgebruik gaan we altijd graag met iedereen in gesprek. Dit is alleen niet de manier”, laat Giselle van Cann, hoofdredacteur van NOS Nieuws weten. „Ik vind het onaanvaardbaar dat deze demonstranten de toegang tot onze redactie vanochtend blokkeren, en dat mijn collega’s zich onveilig voelen,” zegt ze.
Politie aanwezig
De politie is aanwezig, maar grijpt vooralsnog niet in, schrijft de NOS. Volgens een woordvoerder van de publieke omroep heeft het protest geen invloed op de programmering.
De subgroep van Extinction Rebellion zegt ook de aandacht te willen vestigen op de „systematische Israëlische aanvallen” op journalisten die volgens de actiegroep als „oorlogsmisdaden” moeten worden bestempeld. XR Justice Now had het protest live uitgezonden op Instagram en trok zo’n twintig kijkers.
De politie heeft tijdens de studentenprotesten op campussen van de Universiteit van Amsterdam (UvA) afgelopen voorjaar in twee gevallen buitenproportioneel geweld gebruikt tegen pro-Palestijnse demonstranten. Dat concludeert de politie op basis van een intern onderzoek. In het algemeen zou het geweld „goed toegepast” en „uitlegbaar” zijn geweest, schrijft de politie.
In navolging van grootschalige studentenprotesten op campussen in de Verenigde Staten, organiseerden Nederlandse pro-Palestijnse actiegroepen afgelopen voorjaar ook demonstraties in Amsterdam. Zowel op de Roeterseilandcampus als bij Oudemanhuispoort, twee locaties van de UvA, kwamen honderden demonstranten samen met de intentie om daar te overnachten. Ze zetten tenten op, brachten eten mee en wierpen barricades op om de politie tegen te houden. Op beide locaties gebruikte de politie geweld om de demonstranten uiteindelijk weg te krijgen.
‚Naar de grond gewerkt’
In één geval zou een politiemedewerker zijn uitgescholden voor „vuile kankerlijer”, waarna de agent de persoon „naar de grond werkte”. Dat had niet mogen gebeuren, stelt de politie. In het andere geval zou een agent van de Mobiele Eenheid (ME) meermaals een demonstrant hebben geslagen met de wapenstok terwijl die geen kant op kon en geen gevaar vormde. Ook dit vond niet „binnen het wettelijk kader” plaats, oordeelde de hulpofficier van justitie.
In totaal hebben 59 mensen klachten ingediend vanwege het politieoptreden bij de UvA-protesten. In meer dan de helft van de gevallen kwamen die van mensen die de demonstraties niet zelf hadden bijgewoond maar filmpjes hadden gezien. Met die klachten doet de politie niets. De overige klachten, van mensen die fysieke of emotionele schade zeggen te hebben opgelopen, leidden uiteindelijk tot vier aangiften, die het OM nog moet wegen.
De Amsterdamse politiechef Peter Holla schrijft in een brief naar de veiligheidsdriehoek dat hij het betreurt als mensen nog steeds last hebben van het politiegeweld. Hij vraagt ook om begrip voor de agenten. „Agenten zijn bekogeld met stenen en zwaar vuurwerk, werden met brandblussers in hun gezicht gespoten en werden zelfs aangevallen met ammonia.” Tien agenten zijn gewond geraakt, van wie één blijvende tinnitus heeft opgelopen.
Lees ook
Een allegaartje van actiegroepen en ’toolkits’ uit de VS: zo kwam het studentenprotest in Amsterdam tot stand – NRC
„Laat de mensen maar leven, als ze dat willen, en daarna doodgaan, ieder op zijn beurt”, schreef Wisława Szymborska in 2002. „Zij, de wolken, hebben met heel dat vreemde gedoe niets te maken.” De woorden van de Poolse dichteres stonden aan het eind van Even lucht (EO) in de wolken geschreven, als een wijsheid die de korte documentaire in perspectief moest plaatsen. De afgelopen twintig minuten waren gevuld geweest met beelden van mensen die op hun rug in de achtertuin, op een grasveld of naast een kippenhok lagen. Op verzoek van de documentairemakers namen ze daar de tijd om midden op de dag hun blik omhoog te keren. Met hun ogen op de wolken vertelden ze waar hun gedachten nu naartoe gingen.
Bij de jonge deelnemers richtten die gedachten zich vooral op de toekomst en alle angsten en verlangens die daarbij kwamen kijken, terwijl de oudere deelnemers veelal terugblikten op het verleden: soms tevreden, soms met spijt. De thema’s die de wolkenkijkers bezighielden varieerden van behapbaar en concreet tot beangstigend groot. Latrelaties en terminale ziektes, vliegvakanties en klimaatverandering. Ik kwam er niet over uit of ik dat troostrijk of juist beangstigend vond: het idee dat je die dromen en zorgen met zo veel mensen deelt. En dat het de wolken die aan je voorbijtrekken uiteindelijk worst zal wezen hoe veel van je dromen en nachtmerries werkelijkheid worden.
Omdat maandag me wat vroeg leek voor een existentiële crisis ruilde ik de wolken in voor SBS6 (in jargon noemen we dit ook wel een ‘vibe shift’). Daar is sinds vorige week iedere avond Lotto De Quizmarathon (Talpa) te zien – of, in de woorden van presentator Rob Kamphues: „Het grootste quizevenement uit de Nederlandse tv-geschiedenis”, bestaande uit „zo’n 32 uur lang alleen maar quizen, quizen en nog eens quizen, met een selectie van de meest fanatieke quizfanaten .” Die quizfanaten nemen de uitdaging ontroerend serieus en worden behandeld als ware artiesten. Niet alleen kunnen ze backstage gebruikmaken van „speciale faciliteiten”, waaronder een ijsbad, een hometrainer en een doos Trivial Pursuit; ze mochten van tevoren ook een rider (wensenlijst) inleveren met „etenswaar die goed is om supergefocust de 32 uur durende marathon door te komen.” Zo kan het dat ze tussen de quizrondes door met een verhit hoofd de coulissen inlopen terwijl ze dingen zeggen als: „Het is nu tijd voor de hummus.”
Spijtig is het wel dat de marathon is opgeknipt en uitgesmeerd over meerdere weken. Dat geeft je als kijker de gelegenheid om je avond na avond iets slechter te voelen over je groeiende ongeduld. Want geef toe: je kijkt niet voor de triviafeitjes. Je kijkt omdat je wil zien hoe lang het duurt voor de hummus uitwerkt en de eerste uitgeputte quizfanaat van de hometrainer dondert.
Slaaptekort
Misschien dat de bedenkers van het format voorvoelden dat veel kijkers om die reden pas bij de laatste afleveringen aanhaken, als het slaaptekort van de kandidaten het best zichtbaar wordt. Dat dat de reden is voor het extra drama-element dat ze hebben toegevoegd: de kandidaten delen zich steeds op in twee teams, en aan het eind van elke ronde stemt het verliezende team een van de eigen leden weg. Het weggestemde lid mag dan weer zelf een ander teamlid aanwijzen om het tegen op te nemen in een duel. Wie verliest, vertrekt.
Al dat gehannes met messen in ruggen leidde in aflevering één al tot betraande oogjes bij de weggestemde deelnemer. Zo’n deelnemer zou je eigenlijk ook even buiten op zijn rug moeten leggen, vind ik. Voor een beetje perspectief. „Laat de mensen maar quizzen, als ze dat willen”, zou je tegen hem moeten zeggen; „en daarna weggestemd worden, ieder op zijn beurt. Zij, de wolken, hebben met dat hele vreemde gedoe niets te maken.”