Fans en nieuwsgierigen, wees gewaarschuwd: Madonna. A Rebel Life, de meest complete biografie die tot nu toe over het popidool werd geschreven, is geen vrolijk boek. Het is wel grondig, imponerend in z’n reikwijdte, en de toon is er een van waardering en respect: cultuurhistorica Mary Gabriel is op een missie om de nu 65-jarige Madonna definitief neer te zetten als een revolutionair performance kunstenaar, een artistiek genie dat tot bloei kwam in de New Yorkse underground en vervolgens de mainstream veroverde zonder zich creatief te compromitteren. Achter de schermen nam Madonna het op tegen het pop- en filmestablishment; vóór de schermen vond ze een gigantisch publiek en brak ze talloze verkooprecords, maar riep ze ook hoon en haat op, met name in de VS. De lichtheid in veel van haar beste liedjes is ook een overwinning op het duister.
Gabriel is een generatiegenoot van Madonna en begon haar project als een neutraal waarnemer, maar na een vijfjarig infuus van muziek, videoclips, concertregistraties en interviews werd ze alsnog een ‘die hard’-fan, vertelde ze onlangs in een podcast-interview. Toch hield ze zicht op haar doel: een kunstenaarsleven beschrijven, zonder al teveel scandaleuze uitwijdingen. Madonna’s ook onder haar achterban controversiële plastische chirurgie, haar fitness- en dieetroutines en haar uitingen op social media laat Gabriel vrijwel geheel buiten beschouwing. Madonna zelf kreeg ze niet te spreken, wel een handvol (oud)collega’s, jeugdvrienden en – opnieuw – haar broer Christopher, die in 2008 zelf een bitter boek publiceerde over zijn jaren als Madonna’s assistent en klankbord, maar die nu een stuk milder klinkt.
Strenge opvoeding
Toch vormt dat lage gehalte aan verse citaten geen handicap: Gabriel schreef eerder boeken over een groep vrouwelijke moderne schilders en over het echtpaar Karl en Jenny Marx en weet hoe je de geschiedenis tot leven kunt wekken. Steden, sferen en groepsdynamiek spelen in A Rebel Life een belangrijke rol: Gabriel deelt haar hoofdstukken in op jaartallen en locaties, als om zo te onderstrepen dat Madonna en haar omgeving communicerende vaten vormen. Elke woonplaats – en het waren er nogal wat, van New York tot Miami tot Lissabon – drukte z’n stempel op wat ze maakte, elke politiek-maatschappelijke ontwikkeling beïnvloedde wat ze wilde zeggen. Maar de drive en het talent om daar een vorm voor te vinden, dat was en is Madonna in haar eentje. Producenten als Patrick Leonard, William Orbit en Stuart Price spreken vol ontzag over haar muzikale meesterschap, maar weten ook wie de baas is: hoelang en wanneer er wordt samengewerkt dicteert zij. Als ze dat nodig vindt of verder wil, breekt ze werk- én persoonlijke relaties bruusk af.
Voor zichzelf is ze ook hard; hier spreekt de strenge opvoeding van vader Tony Ciccone, een Italiaanse immigrantenzoon die op zijn tweeëndertigste alleen achterbleef met zes jonge kinderen nadat zijn vrouw, Madonna senior, aan borstkanker was overleden. Auteur Gabriel voegt couleur locale toe aan deze overbekende, tragische origin story: in een prachtig openingshoofdstuk beschrijft ze het dagelijks leven in de autostad Pontiac, Michigan, waar de Ciccones woonden in een diverse wijk waar de Motown-hits ‘de straten overspoelden’. Binnen het gezin vormde oudste dochter Madonna al vroeg een categorie apart: ze blonk uit op school, maar botste ook hard en veelvuldig met haar vader, vooral over wat zij als oneerlijke verschillen tussen de jongens en de meisjes zag. Balletleraar Christopher Flynn, hier beeldend neergezet als een trotse gay met grote ambities, werd Madonna’s eerste creatieve mentor. Vanaf dat moment leek niets haar meer van haar stuk te brengen: broer Christopher memoreert in een veelzeggende anekdote hoe ze als zestienjarige een keer van een zwemuitje thuiskwam met duidelijke sporen van een vechtpartij op haar gezicht en er geen woord aan vuilmaakte. Haar incasseringsvermogen was en bleef enorm.
Bruiloft
Als Madonna’s carrière vanaf 1983 eenmaal zijn vliegende start heeft gemaakt raken haar specifieke karaktereigenschappen in A Rebel Life verder uit zicht – Gabriel waakt voor niet-onderbouwde psychologisering en richt zich daarom consequent, soms een beetje schools op Madonna-in-de-wereld in plaats van Madonna-van-dichtbij. Dat heeft ook voordelen: je steekt veel van dit boek op, ook over de machtsverhoudingen binnen het Amerikaanse entertainment.
De beste delen lezen als historische reportages: Madonna’s krankzinnige, door paparazzi belaagde bruiloft met acteur Sean Penn in Malibu in 1985 bijvoorbeeld werd niet eerder in zoveel detail opgeroepen, het is alsof je de helikopters boven je hoort razen. Bruid en bruidegom moesten elkaar het ja-woord toeschreeuwen. ‘Als één van die dingen zou crashen was half Hollywood weggevaagd’, zei een schoolvriend van Penn achteraf. ‘Het was als Apocalypse Now’, schreef de uit New York ingevlogen Andy Warhol opgewonden in zijn dagboek over ‘het meest opwindende weekend van mijn leven’.
De cultuurclash tussen Madonna’s New Yorkse kunstvrienden en het Hollywood-establishment is symptomatisch voor haar beleving van beide steden; New York betekende vrijheid om te doen wat je wilde en met wie, in Hollywood maakten witte, heteroseksuele mannen en dollars de dienst uit. Voor Madonna bleek het een taaie noot om te kraken: in de film Dick Tracy (1990) speelde ze naast titanen als Dustin Hoffman en Al Pacino onder regie van haar toenmalige minnaar Warren Beatty, maar Gabriel omschrijft de sfeer op de set als vijandig, vernederend.
De Blond Ambition-tournee die daarop volgde was Madonna’s tegenreactie: ze creërde haar eigen universum, met een glansrol voor de homoseksuele mannen die al vanaf haar tienerjaren haar zelfgekozen familie vormden. Aids richtte onder hen een ravage aan; het aantal sterfgevallen dat Madonna nog vóór haar dertigste van nabij meemaakte is ontstellend hoog. Ze was de eerste popster die zich publiekelijk over aids uitsprak; in 1987, een jaar vóór de Amerikaanse regering eindelijk z’n verantwoordelijkheid nam, deelde ze brochures over veilige seks uit onder haar jonge concertpubliek.
Op één punt verliest Gabriel soms haar zelfbeheersing, en dat is als ze Madonna’s critici aanhaalt. Nu is wat Madonna tijdens haar hoogtijdagen over zich heen heeft gekregen inderdaad niet mals. Eendagsvlieg, copycat, slet, nymfomane, een gevaar voor de jeugd – in Europa kregen we maar een fractie mee van wat met name conservatief Amerika over haar uitstortte en hoe hard ze op tv en in kranten werd aangepakt. Gabriel lijkt Madonna nu alsnog te willen verdedigen tegen wat ze duidt als onversneden vrouwenhaat; haar toon wordt dan verbeten, sarcastisch, maar in deze context hoeft dat eigenlijk niet. A Rebel Life is een monumentaal verslag van een monumentale carrière.