‘Ik pluis alles helemaal uit’

Do Oving (36) uit Amsterdam verdeelt haar tijd tussen haar werk als kapper en klussen als privacy-jurist. „Ik vind de wereld veel te interessant om maar één ding te doen.”

in

‘Na mijn studie wilde ik mij graag inzetten voor mensenrechten. Ik heb van alles geprobeerd bij verschillende uitvoeringsorganisaties, maar de timing zat niet mee. Mijn afstuderen in 2010 viel samen met het dieptepunt van de bankencrisis. De sociale advocatuur werd wegbezuinigd en bij organisaties als Amnesty was al helemaal geen werk.

Na vier jaar was ik gedesillusioneerd: dit was niet wat ik me had voorgesteld. Ik besloot iets heel anders te gaan doen en ging op zoek naar werk dat ik echt leuk vond, waarin je eigenzinniger kunt zijn en meer contact met mensen hebt. Uiteindelijk kwam ik uit op het kappersvak: een ambacht dat je overal ter wereld kunt uitoefenen.

Ik knipte en schoor mijn eigen haar en dat van mijn vriendje al lang en wilde ook wel met mode en expressie werken, maar had nooit bedacht om dat als ‘echt’ werk te doen. Ik ging er vol voor: ik gooide mijn CV’s en wettenbundels weg en droomde over een eigen salon.

Met veel plezier werkte ik fulltime als kapper, tot ik tijdens corona opeens thuiszat. In totaal zijn kappers negen maanden dicht geweest. Daarbovenop kreeg ik een schouderblessure, waardoor ik een jaar lang amper kon knippen. Bij toeval werd ik toen door iemand die ik knipte gewezen op een juridische klus, als privacy-officer.

Ik ben heel blij met mijn werk. Als freelancer heb ik veel autonomie en kan ik mijn kapperswerk combineren met juridisch advieswerk over privacyzaken als de AVG. Door deze twee vakken naast elkaar te doen, werk ik met plezier fulltime. Ik vind de wereld veel te interessant om met één ding bezig te zijn.”

uit

‘Corona en een blessure waren een flinke uitdaging als freelancer. Dat ik bij een Broodfonds zit, heeft mij gered. En gelukkig heb ik hard gewerkt aan een buffer. Ik wist dat je die als freelancer nodig hebt, zeker omdat kappers afhankelijk zijn van hun lijf.

Zuinig leven is voor mij geen probleem, ik heb niet veel nodig. Als het geld er niet is, vind ik het prima om een keer een jaar geen kleding te kopen of uitgaven aan dingen in huis uit te stellen. Met één keer de zolder opruimen kun je ook aan vijftien nieuwe outfits komen.

Nu er weer iets meer financiële ruimte ontstaat, vind ik het leuk om af en toe lekker uit eten te gaan of een mooie nieuwe jurk te kopen. En misschien koop ik binnenkort een tweede kappersschaar, maar die dingen kosten al gauw 600 euro.

Wel zou ik graag meer op vakantie gaan, dat blijft als zzp’er altijd spannend. Ik heb een leuk zelfgebouwd klein kampeerbusje waarmee ik graag op pad ga.

Ik vind geld niet zo belangrijk, maar ik ben er wel mee bezig: ik pluis altijd alles uit, dat is echt de jurist in mij. Een basisinkomen is fijn zodat ik geen stress heb over mijn vaste uitgaven, maar verder leef ik minimalistisch. Natuurlijk maak ik me weleens druk over mijn pensioen of dat ik geen koophuis heb, maar uiteindelijk is lifestyle het belangrijkst. Ik heb liever minder als ik maar gelukkig ben in mijn werk.”