N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Analyse
Kandidaat EU-Commissaris Heeft Wopke Hoekstra, van dezelfde christen-democratische familie als Commissievoorzitter Von der Leyen, de beste papieren om het Europese klimaatbeleid te vertegenwoordigen? Daar wordt aan getwijfeld.
Als Wopke Hoekstra het in het verleden over het thema ‘klimaat’ had, dan klonk ook snel het woord ‘draagvlak’. Bijvoorbeeld tijdens het verkiezingsdebat over klimaatmaatregelen met Jesse Klaver in 2021, toen hij de GroenLinks-leider „dogma’s” en een „muur van ideologie” verweet. ‘Draagvlak’ was ook Hoekstra’s argument om vorig jaar zomer het in het regeringsakkoord afgesproken stikstofdoel ter discussie te stellen.
Nu is het Hoekstra die binnenkort wellicht vurig fermer klimaatbeleid moet verdedigen en andere landen moet overhalen hun ambities op te schroeven. Vrijdag werd officieel bekend dat de ministerraad de huidige demissionair minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken, CDA) voordraagt als nieuwe Nederlandse Eurocommissaris. Hoekstra moet Frans Timmermans op gaan volgen, die deze week zijn ontslag indiende om lijsttrekker te worden voor de samenwerkende partijen GroenLinks-PvdA.
Nederland hoopt dat Hoekstra de klimaatportefeuille van Timmermans overneemt, maar zeker is dat nog niet: eerst wacht hem aanstaande dinsdag nog een sollicitatiegesprek met Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. Eerder deze week werd al wel duidelijk dat de nieuwe Nederlandse Eurocommissaris de leiding over de Green Deal en het vicevoorzitterschap van de Commissie zal verliezen.
Geen details
Na afloop van de ministerraad wilde demissionair premier Mark Rutte (VVD) vrijdag geen details geven over hoe de voordracht van Hoekstra tot stand was gekomen, behalve dan dat „een groot aantal factoren” een rol heeft gespeeld – waaronder mogelijk ook de voorkeur van Commmissievoorzitter Ursula von der Leyen voor een christen-democraat. Uiteindelijk heeft Rutte zelf de knoop doorgehakt: „Ik heb het besluit naar me toegetrokken en de andere smaldelen in het kabinet hebben mij dat toegestaan.”
Om kans te blijven maken op de klimaatportefeuille was het voor Nederland van belang snel met een kandidaat te komen, die bovendien goed zou liggen bij de Commissievoorzitter. Rutte lijkt de inschatting te hebben gemaakt dat Hoekstra, van dezelfde christen-democratische familie als Von der Leyen, daarvoor de beste papieren had.
Lees ook: Wie Timmermans opvolgt in Brussel wordt nog een flinke puzzel
Bij coalitiepartner D66, dat met staatssecretaris Hans Vijlbrief (Economische Zaken en Klimaat), Kajsa Ollongren (Defensie) en partijleider Kaag (Financiën) een aantal ijzers in het vuur dacht te hebben, was enige teleurstelling te bespeuren. „Het is geen geheim dat D66 een aantal hele krachtige bewindspersonen heeft”, zei Kaag voor aanvang van de ministerraad. „Door een samenloop van omstandigheden (…) is dit de voordracht.”
De kandidaatstelling is om meer redenen pikant: ook omdat die direct onderdeel werd van een verscherpt politiek debat in Brussel over klimaat. De afgelopen maanden nam het verzet tegen groene plannen toe in de christen-democratische Europese Volkspartij, waar ook het CDA onderdeel van is. Dat juist een EVP’er op dit moment de klimaatportefeuille lijkt over te nemen, leidt in Brussel direct tot speculatie over een koerswijziging.
De klimaatwetgeving uit de Green Deal is weliswaar grotendeels in kannen en kruiken, maar met Hoekstra op klimaat zouden de christen-democraten wel een zichtbaar uithangbord krijgen van hun boodschap dat vergroening meer in overeenstemming moet worden gebracht met de grieven van burgers, boeren en bedrijven.
Verzet kwam al snel
Het verzet tegen Hoekstra’s benoeming liet dan ook niet lang op zich wachten. De sociaal-democraten in het Europarlement (EP) lieten direct weten niet te accepteren dat een christen-democraat de klimaatportefeuille overneemt. In een verklaring riepen ze bovendien Hoekstra’s opstelling tijdens de coronacrisis in herinnering, toen hij als minister van Financiën Zuid-Europese landen hekelde om hun gebrekkige begrotingsdiscipline.
Na goedkeuring van Von der Leyen wacht Hoekstra immers ook nog een hoorzitting in het EP, waarna een stemming over zijn benoeming volgt. Tegenhouden kunnen Europarlementariërs die officieel niet, maar een pittige ondervragingssessie en mogelijke tegenstem kunnen de nieuwe Nederlandse Eurocommissaris wel bij voorbaat beschadigen. Ook Sophie in ’t Veld (ex-D66, thans Volt) en Samira Rafaela (D66) stelden op X, voorheen Twitter, kritische vragen bij Hoekstra’s benoeming.
Niettemin: uiteindelijk beslist Von der Leyen. En de urgentie van een rappe benoeming is groot: over drie maanden begint een cruciale klimaatconferentie in Dubai waar de nieuwe ‘klimaatcommissaris’ de Europese Unie moet vertegenwoordigen. Brussel kan het zich niet echt veroorloven lang te dralen met Hoekstra’s benoeming.
Ongelegen moment
Voorafgaand aan de ministerraad zei Hoekstra vrijdag dat het voor de hand zou liggen als hij de klimaatportefeuille op zich zou nemen, gezien de grote klimaatconferentie „die heel veel klimaatdiplomatie zal vragen.”
Voor Nederland komt het vertrek van Hoekstra op een ongelegen moment. De demissionair minister van Buitenlandse Zaken was een belangrijke speler in de ‘Oekraïne-driehoek’ van het kabinet met minister-president Mark Rutte (VVD) en Kajsa Ollongren (Defensie, D66). In die rol ontwikkelde hij zich tot een belangrijke steunpilaar van Kyiv.
Onder impuls van Hoekstra werd Nederland een voortrekker van de vervolging oorlogsmisdaden van Russische militairen. Hoekstra zette zich ook in voor het organiseren van mondiale steun voor de berechting van de Russische president Vladimir Poetin voor ‘agressie’ – een oorlogsmisdrijf dat niet kan worden vervolgd door het Internationaal Strafhof. Het was ook Hoekstra die in de Tweede Kamer voor het eerst duidelijk maakte dat Nederland bereid was na te denken over het leveren van F-16’s aan Oekraïne.
Rutte liet weten dat er geen reshuffle in het kabinet komt en dat het CDA een nieuwe minister van Buitenlandse Zaken en vice-premier zal leveren. De premier wilde niet ingaan op de suggestie dat Ben Knapen (in het najaar van 2021 enkele maanden minister van Buitenlandse Zaken in Rutte III) een goede kandidaat zou zijn.