Toen imam Azzedine Karrat afgelopen zondag schouder aan schouder met collega-imams de Erasmusburg opliep achter een groot spandoek met daarop ‘Sta op voor Gaza’, voelde hij toch iets van trots. Vooral omdat ze gevolgd werden door een mensenmassa van tegen de tienduizend demonstranten. Ze waren de mars begonnen bij de Essalammoskee, waarvan de minaretten van verre te zien waren. „Het is eigenlijk ongepast om te zeggen dat ik trots voelde”, haast Karrat zich te zeggen. „Want het protest is pas een succes als die gruwelijke oorlog in Gaza stopt.”
Het waren Nederlandse imams met een Marokkaans-Nederlandse achtergrond die het voortouw hadden genomen voor de demonstratie. Ze vormden een gelegenheidscoalitie. Als geestelijk leiders kiezen zij er normaal gesproken voor om te bidden voor gerechtigheid, maar bidden is niet meer genoeg, vonden ze. We moesten in actie komen, zegt Karrat. „De islam leert ons smeekbedes te verrichten voor de onderdrukten. Maar de islam spoort ons ook aan in actie te komen voor de allerkwetsbaarsten.”
De islam spoort ons ook aan in actie te komen voor de allerkwetsbaarsten
Het kleine groepje imams sloeg aan het appen en bellen. Er sloten zich meer imams aan, ook met Pakistaanse, Turkse en Somalische achtergrond. Uiteindelijk ontstond een groep van rond de zestig imams die de straat op wilden gaan. ‘Sta op voor Gaza’, werd hun leus. ‘Komt allen’. Die boodschap werd via sociale media-kanalen en door henzelf in hun eigen moskeeën verspreid. Ze hadden niet durven hopen dat er zoveel mensen op af zouden komen.
Kantelpunt
Kennelijk is het gevoel over de oorlog aan het kantelen, denkt Karrat. Dat blijkt ook uit een twee dagen na het protest gepubliceerd onderzoek van bureau Ipsos I&O, dat al sinds het begin van de oorlog, op 7 oktober 2023, Nederlanders vraagt hoe ze daarover denken. Ipsos I&O peilt voortdurend of die mening verandert. Nederlanders blijken steeds kritischer geworden over het Israëlbeleid van het kabinet. Aan het begin van de oorlog steunde 29 procent van de respondenten het Israëlbeleid nog, op dit moment is dat gedaald tot 15 procent.
Ruim een kwart (27 procent) van de Nederlanders staat helemáál niet achter het Israël-beleid. Dat was vlak na het begin van de oorlog nog 20 procent. Meer dan de helft van de Nederlanders wil dat het kabinet zich kritischer opstelt tegenover Israël. „De dalende steun voor het overheidsbeleid zien we over de hele linie”, aldus Ipsos. D66- en GroenLinks-PvdA-kiezers waren in het begin al kritisch, maar ook VVD- en CDA-kiezers zijn steeds minder positief over de houding van Nederland. Eerder stond nog een meerderheid van die groep achter de positie van het kabinet, nu is dat minder dan een derde. Ook PVV-kiezers zijn veelal kritisch: slechts 23 procent staat achter het beleid ten opzichte van Israël.
Verbinders, geen activisten
Moskeebestuurder Jacob van der Blom liep ergens in het midden van de stoet mee met zijn vrouw en een van zijn dochters. Wat hem betreft hadden de imams best wat eerder in actie mogen komen. De imam van zijn moskee, De Middenweg in Rotterdam, loopt sinds het begin van de oorlog elke vrijdag met een groepje moskeegangers met Palestijnse vlaggen van de moskee naar het centraal station van Rotterdam en weer terug.
Volgens Van der Blom zorgde een opmerking van premier Dick Schoof voor een kantelpunt. Schoof zei dat er voor de Nederlandse regering geen rode lijn is waardoor Nederland zijn koers richting Israël zal verleggen. Van der Blom hoorde in de moskee: wacht even, hij trekt dus gewoon geen grens. „Dan moeten we zelf in actie komen.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131213169-19fad3.jpg|https://images.nrc.nl/0Np2q4zMph51qUt0QyG9-z1536s=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131213169-19fad3.jpg|https://images.nrc.nl/-QclVmIqF4KGuq0pJo7cFe4ig7o=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data131213169-19fad3.jpg)
Foto Marcel Haenen
Imams zijn van nature verbinders en geen activisten, zegt imam Karrat. Toch denkt hij dat ze in de nabije toekomst vaker demonstraties zullen organiseren nu blijkt hoeveel mensen ze op de been kunnen brengen. Nederland moet niet alleen meeleven met de Oekraïners, al is ook dat volkomen terecht, zegt hij. Maar de Palestijnen hebben recht op evenveel compassie, steun en hulp, vindt Karrat. Moslims voelen zich extra verbonden met de Palestijnen, zegt hij. „We delen de islamitische identiteit. Het zijn broeders en zusters. Dat zeg ik ook altijd in de moskee.”
Van der Blom vond het mooi dat de mars vreedzaam verliep. Hij zag Nederlanders uit de ramen hangen die hun steun lieten blijken. Er was een eigen ordedienst van jongeren en ouderen met hesjes en portofoons die de boel in de gaten hielden. Er was ook veel politie, zag Van der Blom. De agenten maakten op hem een relaxte indruk, ook toen de stoet de Coolsingel bereikte. Aan het eind van de middag stond de menigte voor het stadhuis. Daar waren toespraken te horen, in het Arabisch en in het Nederlands. De gemeente laat weten dat de demonstratie zonder incidenten verliep.
Foute vlaggen
In politiek Den Haag werd de demonstratie achteraf heel anders beleefd, bleek dinsdag tijdens het Vragenuur in de Tweede Kamer. Veel vragen waren er over het verloop van de demonstratie. PVV-leider Geert Wilders sprak van een „pure provocatie” richting de Nederlandse samenleving, waarop Denk-fractievoorzitter Stephan van Baarle hem beschuldigde van het uitspreken van „islamofobe drek”. De PVV en ook veel andere partijen beweerden dat er veel incidenten zouden zijn geweest, van het tonen van vlaggen van terreurorganisaties als Al-Qaeda en Islamitische Staat tot het scanderen van antisemitische uitingen.
Minister van Justitie David van Weel (VVD) zei dat hij met burgemeester Carola Schouten contact over de betoging heeft gehad. Hij meldde dat de organisatie van de demonstratie zelf heeft ingegrepen op het moment dat er ‘foute’ vlaggen werden getoond.
Met medewerking van Pim van den Dool
