Hoe leer je jonge kinderen wat geld is?

Opgevoed Elke week legt Annemiek Leclaire een lezersvraag voor aan deskundigen.


Illustratie Martien ter Veen

Vader: „Hoe leer je kinderen jonger dan 10 jaar wat geld precies is, nu bijna alles digitaal gaat? Vroeger spaarde je contant, en als je spaarpot vol was, wist je of je genoeg had om iets te kopen. Je kreeg een muntje en kon iets kopen bij de supermarkt. Tegenwoordig zien kinderen die duidelijke relatie tussen wat je hebt en kunt uitgeven nauwelijks meer. Ze zien ook haast nooit volwassenen cash geld uitgeven. Ik geef mijn pasje en neem een wagen vol boodschappen mee naar huis. Hoe kun je het abstracte fenomeen wat geld tegenwoordig is voor jonge kinderen toch zo tastbaar maken dat ze al jong een gevoel krijgen in welke verhouding welk bedrag tot welke spullen staat? En of er genoeg van is om uit te geven? En is zakgeld contant geven voldoende om straks succesvol die overgang te kunnen maken naar digitaal bankieren?”

Naam is bij de redactie bekend. (Deze rubriek is anoniem, omdat moeilijkheden in de opvoeding gevoelig liggen.) Wilt u een dilemma in de opvoeding voorleggen? Stuur uw vraag of reacties naar [email protected]

Digitale vaardigheden leren

Stijn Sieckelinck: „Het lijkt me belangrijk dat vader bij zichzelf te rade gaat in hoeverre zijn zorg wordt ingegeven door eigen nostalgie naar de omgekeerde spaarpot. Hoe spijtig ook, het spaarvarkentje wacht hetzelfde lot als de bakelieten telefoon. We doen kinderen geen plezier met wennen aan contant geld. De situatie is nu eenmaal dat ook zij veel meer bedreven moeten raken met ‘onzichtbare transacties’ zoals met pasjes in het ov bijvoorbeeld. Een financiële opvoeding moet er dus op gericht zijn dat kinderen vaardigheden aangeleerd krijgen waardoor ze straks veilig en spaarzaam online kunnen betalen en bankieren.

„Voor kinderen in de basisschoolleeftijd moet nog inzichtelijk worden gemaakt wat geld betekent, en wat je tegen elkaar ruilt. Door de afwezigheid van de tastbare muntjes vraagt dit nu veel meer van ouders. We moeten vaker van de mogelijkheden gebruik maken om, zodra we een uitgave doen, met kinderen te bespreken wat iets kost. Leg bij de aanschaf van verjaardagscadeautjes voor vriendjes uit wat hier precies tegen elkaar wordt ingeruild.

„Om de overgang naar zelfstandig online bankieren te maken zou het mooi zijn als de banksector voor kinderen en jongeren een bankpas zou bedenken die van kleur verschiet zodra de bodem van de rekening in zicht komt.”

Inzichtelijk maken

Karin Radstaak: „Bij digitaal financieel opvoeden zonder zichtbaar geld lijkt het ons noodzakelijk dat er een bankapp wordt ontwikkeld die visueel geschikt is voor kinderen vanaf een jaar of 6, 7. Die app kan dan eerst nog op de telefoon van de ouders. Op de een of andere manier moet immers inzichtelijk worden dat je minder geld hebt nadat je met je pasje ergens contactloos iets hebt afgerekend. Als je 10 euro hebt en je geeft de helft uit, moet een op kinderen toegesneden bankapp hetzelfde gevoel kunnen geven dat andere generaties hadden bij een halflege portemonnee.

„Digitaal zakgeld heeft een belangrijke leerfunctie. Om te kunnen leren hoe digitaal geld werkt, zul je geld nodig hebben dat je zelf mag uitgeven, zodat je op die bankapp kunt zien dat je er meer en minder van kunt hebben. Doe dat vanaf groep 3, dan leren kinderen rekenen en kunnen ze dat meteen toepassen.

„Ouders spelen een belangrijke rol in het wegwijs maken: meegaan als er iets gekocht wordt, samen regelmatig de app checken, zorgen dat zakgeld op een vast moment wordt overgemaakt. Ook veiligheid is essentieel, zoals een laag maximumbedrag instellen voor contactloos betalen, en leren om persoonlijke gegevens zoals een pincode en een inlog voor de bankapp niet met anderen te delen.”

Stijn Sieckelinck is opvoedfilosoof en lector jongerenwerk aan de Hogeschool van Amsterdam. Karin Radstaak is woordvoerder Jeugd bij het Nibud, het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting.