Vandaag even iets anders dan de Amerikaanse verkiezingen: een aflevering over het grote tekort aan huizen. De betaalbaarheid van woningen is voor starters de afgelopen tien jaar met een kwart gedaald. Zoals Maarten zegt: „Toon mij een kansrijke starter op de woningmarkt, en ik toon u een dodo op Mauritius.“ Er is een gigantisch tekort aan aanbod – en een overheid die de vraag naar woningen juist aanjaagt.
In deze aflevering bespreken Maarten en Marike alle cijfers en feiten rondom de Nederlandse woningmarkt, vanuit het oogpunt van een starter. Stel je bent 30, je verdient gemiddeld, en je wil een huis kopen: tegen welke problemen loop je dan aan? Hoe staat het er nou precies voor met de woningmarkt? En als we de cijfers in historisch en geografisch perspectief plaatsen, hoe uniek is deze situatie? En zijn er ook oplossingen?
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected].
Een onweersbui. De vrouw naast me vliegt bijna van haar stoel wanneer er een bliksemschicht in lijkt te slaan. Het dreigende gebulder van een waterval. Een kale vlakte in de schemering. De bodem van de oceaan. Het zijn schitterende, grimmige beelden, die Davy Pieters in samenwerking met lichtontwerper Varja Klosse tevoorschijn tovert in het laatste deel van haar vierluik over ‘opgroeien in een toekomstige wereld’. After Us, heet dit slotstuk. Na ons.
Er heerst inderdaad iets van een eindetijdstemming. Midden in een leeg wit decor, voor een in een boog gespannen wit achterdoek, bevindt zich een jonge vrouw, mooi open en onbevangen gespeeld door QiQi van Boheemen. Kalm knoopt ze haar groene schipperstrui dicht, tot aan de kin, alsof ze zich opmaakt voor een stormvloed. Behoedzaam pakt ze een zwarte winterjas op, houdt hem voor zich, bekijkt hem. Drukt hem dan tegen zich aan. After Us gaat over dat wat ontbreekt, dat wat is verdwenen. Over hoe een jas ons eraan herinnert dat er in het verleden een mens is geweest die hem droeg.
De beeldtaal in After Us grijpt op een fascinerende manier om zich heen. Het sterke contrast tussen licht en donker vestigt de aandacht meteen op de aan- en afwezigheid van mensen die de thematische kern van de performance vormt. Met in het achterhoofd de krantenkoppen over overstromingen in Valencia en West- en Centraal-Afrika ligt bij alle waterverwijzingen bovendien de associatie met de klimaatcrisis voor de hand, die wellicht ooit zal leiden tot de afwezigheid van de mensheid als soort.
Lees ook
Theatermaker Davy Pieters: ‘Er is al genoeg pessimistische sciencefiction’
Laatste groet
Anders dan in de andere drie delen maakt Pieters in After Us gebruik van taal. Het personage spreekt tegen een verdronken persoon, nog niet geïdentificeerd. Gevonden door garnalenvissers, krijgen we te horen. Het is alsof het personage zichzelf ervan probeert te doordringen dat deze onbekende dode, dit deels al uiteengevallen lichaam, een mens voorstelt, dat werkelijk heeft geleefd. Het verdrinkingsslachtoffer is even abstract, even onbevattelijk, als de dood zelf.
Er volgt een lange opsomming van kledingstukken. De onbezielde overblijfselen van anonieme overledenen. Soms een beschrijving van een tatoeage. Even later een reeks enthousiaste begroetingen („Tot vanmiddag!” „Tot morgen!” „Dag!” „Tot snel!” „Spreek je snel!”, die binnen deze collage rondom gestorvenen vermoedelijk de laatste groet voorstellen die personen werd toegeroepen voor ze, onvoorzien, overleden.
Hoewel de tekst maakt dat de voorstelling zich helderder laat kaderen, werkt die af en toe ook te beperkend. De herhaaldelijke verwijzingen naar autopsierapporten en de ontbinding van waterlijken brengen je wat al te eenduidig naar de koelcel in het laboratorium van een patholoog. De specifieke aandacht voor verdrinking knijpt associatiestromen af die met de dood en eindigheid in ruimere zin te maken hebben, en dat is jammer, want qua beeldtaal is After Us, ondanks de aandacht voor dat verdrinken en het niet-meer-samengehouden-worden, bovenal een spannende, poëtische en esthetisch wonderschone exploratie van wat het betekent om wél te bestaan.
In Amsterdam is in de nacht van woensdag op donderdag onrust ontstaan, mogelijk gerelateerd aan de aankomende wedstrijd van Ajax tegen de Israëlische voetbalclub Maccabi Tel Aviv. Dat meldt de politie in een bericht op X. De wedstrijd van donderdagavond staat vanwege de oorlog in het Midden-Oosten onder hoogspanning.
Op meerdere plekken in de stad vonden incidenten plaats. Op het Rokin werd door een groep mensen een Palestijnse vlag van een gevel getrokken. Ook moesten agenten een confrontatie voorkomen op het Max Euweplein tussen een groep taxichauffeurs en een groep mensen die uit het casino kwam. Er is niemand aangehouden.
Volgens stadszender AT5 waren bij de ongeregeldheden supporters van Maccabi Tel Aviv betrokken. Een woordvoerder van de politie zegt dit niet te kunnen bevestigen. Ook de wedstrijd van AZ tegen de Turkse club Fenerbahçe, die ook donderdagavond plaatsvindt, zou volgens de politie te maken kunnen hebben met de incidenten.
Pro-Palestijns protest afgelast
Ajax speelt donderdag om 21.00 uur tegen Maccabi Tel Aviv in de Johan Cruijff ArenA. Een pro-Palestijns protest bij het stadion laat de driehoek niet doorgaan, omdat de kans bestaat dat dit tot „gewelddadige confrontaties” zou leiden. Amsterdam heeft daarom een alternatieve locatie aangewezen, op het Anton de Komplein in Zuidoost.
De demonstranten, onder de noemer Week 4 Palestine, wilden bij de ingang van het stadion protesteren tegen de komst van de Israëlische voetbalclub. Supporters van de harde kern van Ajax zeiden dat niet te tolereren en „waar nodig in te zullen grijpen”. In het Ajax-stadion worden met regelmaat Israëlische vlaggen getoond.
Delen van het centrum van de stad en het gebied rondom de Johan Cruijff Arena zijn donderdag vanaf 13.00 uur veiligheidsrisicogebied, besloot de Amsterdamse driehoek eerder. Door de maatregel mag de politie mensen die zich vanaf donderdagmiddag in de aangewezen gebieden bevinden preventief fouilleren.
Het recept voor pasta met pruimensaus viel zo in de smaak dat het inmiddels al drie keer in de herhaling is gegaan. Had ik die pruimen aan de boom maar ingevroren in plaats de vogels erop te trakteren. Volgend jaar moeten ze iets anders zoeken. Nu had ik een Too Good To Go-pakket bij Ekoplaza , met daarin wat fruit dat we niet konden thuisbrengen. Na een fotozoekopdracht op Google bleek het te gaan om kaki- of sharonfruit, overrijp. Nog nooit gegeten. Maar ik dacht meteen: met deze vruchten weet ik wel raad, à la Janneke. Van de vijf vruchten heb ik het bovenste deel afgesneden en hierna de gebakken witte ui met knoflook toegevoegd, een beetje appelbalsamico en chilipeper erbij. De wijn was ik vergeten, suiker hoefde er niet bij. Ik serveerde het met tagliatelle, rucola en ricotta en we dronken er prikwater bij. De heerlijke smaak zou ik omschrijven als een zoete, lobbige maar toch pittige saus die romig zacht wordt door de toef ricotta. De rucola maakt ook dat het geheel een peperige bite krijgt.