Opa: „Wij zijn de grootouders van vier kleinzoons, op wie wij geregeld passen. Bij het gezin van een van onze kinderen doet zich een vreemd verschijnsel voor: de beide jongens willen weinig van oma weten, negeren haar. Voor alle leuke en minder leuke dingen is er maar één persoon in beeld: opa. Of het nu om voorlezen, spelletjes doen, tv kijken, in de tuin werken, luier verwisselen of iets anders gaat, alles kan alleen met opa. Dit is begonnen met de eerste kleinzoon (4 jaar). De tweede (2 jaar) heeft de voorkeur inmiddels overgenomen. Voor grootmoeder is dit een vervelende situatie. Opa vindt dat beide grootouders recht hebben op een goede relatie met de kleinkinderen en vraagt zich af waar de afwijzing vandaan komt en op welke manier we de situatie kunnen veranderen.”
Genieten van elkaar
Marga Akkerman: „Dat u heel veel met de jongens doet en oma’s toenadering wordt geweigerd, wijst op een onbalans in de situatie. Mogelijk bent u te beschikbaar, en ziet de oudste u als zijn beste vriend. Dat wil hij natuurlijk graag zo houden. Dat de jongste de oudste nadoet, klinkt aannemelijk.
„U hoeft niet steeds mee te doen aan wat de jongens van u vragen. Het is niet nodig om hun weigering van oma’s activiteiten te accepteren. Laat oma bijvoorbeeld al het voorleeswerk doen, ook al hangen ze aan uw lippen. U verdwijnt uit het zicht en blijft uit het zicht. Er komt heus een moment waarop ze graag worden voorgelezen, maar dan nu door oma.
„Een opa en oma kunnen met kleinkinderen iets doen waar de ouders zelf niet aan toekomen. Misschien kan oma iets voor haar rekening nemen wat haar voor de kleinzoons iets specialer maakt. Vraag aan uw echtgenote hoe ze graag met de jongens zou willen optrekken, dan kunt u samen een plan maken.
„Het kan helpen als oma eerst zichtbaar gaat genieten van het plezier dat u met uw kleinkinderen heeft, en haar kleinkinderen met hun opa. Kinderen houden hun ouders maar ook hun grootouders scherp in de gaten en een relaxte oma maakt contact aantrekkelijker.”
Individuele aandacht
Liesbeth Groenhuijsen: „Kinderen kunnen tijdelijk een voorkeur ontwikkelen voor een volwassene zonder dat het met een oordeel gepaard gaat. Net zoals ze eerst een tijdje moeder liever kunnen vinden dan vader omdat die iets makkelijker voor een basaal gevoel van veiligheid zorgt, kunnen ze op een bepaalde leeftijd meer naar opa toetrekken. Dat hoeft oma niet persoonlijk te nemen, dat heeft met het kind te maken dat in deze specifieke ontwikkelingsfase iets bij opa zoekt en vindt.
„We horen vaak: ‘Opa en oma komen op de kleinkinderen passen.’ Maar is het mogelijk deze co-productie iets individueler en persoonlijker te maken? Hoe mooi zou het zijn als opa en oma wel samen voor beide jongetjes komen zorgen, maar dat opa dan met de een iets gaat doen, en oma met de andere? Opa zou de oudste ergens mee naartoe kunnen nemen, bijvoorbeeld de dierentuin, de duinen. En dan kan oma tegen de jongste zeggen: ‘Dan hebben wij eindelijk eens tijd de indianentent samen op te zetten, of samen uitgebreid in dat boek te bladeren.’ En dan een volgende keer andersom.
„Splits uw viertal op, en ga zelf een persoonlijke relatie aan met die twee heel verschillende mensjes die aan uw zorgen worden toevertrouwd.”
Marga Akkerman is klinisch jeugd- en kinderpsycholoog (niet-praktiserend). Liesbeth Groenhuijsen is klinisch pedagoog.
Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.