Syrische slachtoffers van terrorisme helpen aan een schadevergoeding. Dat zou de vooraanstaande jurist Luis Ocampo gaan doen. Zijn idee? Vanuit Nederland een rechtszaak voeren tegen Qatar, het land dat de terroristen zou hebben gesteund. Redacteur Romy van der Poel sprak met alle betrokkenen en ontrafelde hoe het echt ging. Ocampo sloot een deal met Qatar en de slachtoffers bleven met lege handen achter.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].
Max Verstappen herhaalde het nog maar eens. Het was eind mei, op het circuit in Barcelona. Aan een tafeltje in het houten gebouw dat Red Bull meesleept naar elke Europese grand prix, had een journalist hem gevraagd of hij een beetje genoot van het gevecht met McLaren. „Het voelt voor mij eerlijk gezegd niet als een gevecht”, antwoordde Verstappen.
In zijn stem klonk geen frustratie door, Verstappen zat er net zo ontspannen bij als altijd tijdens mediasessies. Je zou eruit kunnen opmaken dat hij zich al had neergelegd bij het verlies van de wereldtitel.
De buitenwacht had Verstappen op dat moment, vlak voor de Grand Prix van Spanje, nog zeker niet afgeschreven. Verstappen lag 25 punten achter op leider Oscar Piastri – precies één overwinning. Hij was er al twee keer in geslaagd de snellere McLarens te verslaan. Als Verstappen zijn onberekenbare Red Bull onder controle hield, was een onwaarschijnlijke vijfde titel toch mogelijk?
Een maand later moet zelfs de grootste optimist toegeven dat de kans op zo’n triomf klein is. Na een rampweekend in Oostenrijk is Verstappen nu, halverwege het seizoen, op het Britse Silverstone gearriveerd met een achterstand van 61 punten op Piastri.
Illustratief was wat er vorig weekend in Oostenrijk gebeurde, nota bene op Red Bulls eigen circuit. Verstappen kwalificeerde zich op een teleurstellende zevende positie. Een vertekend resultaat, omdat hij door gele vlaggen een snellere ronde niet kon afmaken, maar even goed zou hij ruim achter de McLarens zijn beland. Dezelfde McLarens die zondag in de race dominant waren, nadat Verstappen in de eerste ronde door Mercedes-tiener Kimi Antonelli uit de wedstrijd was gebeukt.
Not a big deal
Verstappen was er na afloop opnieuw koel onder. Hij noemde de botsing met Antonelli „not a big deal” en sprak wat pr-zinnen over „proberen te leren” en „zien wat er gebeurt”. Red Bull-kopstuk Helmut Marko was wat meer recht voor zijn raap: „Dit dwingt ons het kampioenschap af te schrijven.”
Marko zal hebben geweten: als Red Bull nú al niet bij McLarens in de buurt kan komen, zal het verderop in het seizoen waarschijnlijk ook niet lukken. Naar Oostenrijk nam Red Bull nieuwe onderdelen mee, net als deze week naar Silverstone. Maar daarna zal er aan de auto niet veel meer veranderen, omdat het team de aandacht verlegt naar de wagen voor 2026-, die vanwege een grote regelwijziging vanaf nul ontworpen moet worden.
Intussen wordt elke race duidelijker hoe problematisch Red Bulls huidige RB21 is. De auto besturen is als een turnoefening uitvoeren met een absurd hoge moeilijkheidsgraad. Verstappen kan de auto nog enigszins beheersen en er dan ook hoge scores mee halen; áls hij werkt, is de RB21 goed. Andere rijders verslikken zich simpelweg in alle race-acrobatiek die nodig is om de auto te temmen .
Neem Yuki Tsunoda, Verstappens teamgenoot sinds Liam Lawson in april werd weggestuurd. De Japanner startte in Oostenrijk vrijwel achteraan – alweer – en finishte na een rommelige race op twee ronden achterstand als laatste. „Ik probeerde van alles, maar niets werkte”, zei Tsunoda, wiens auto „de banden opvrat”, en „ronde na ronde minder grip” had.
De coureur zelf valt, zo is nu wel duidelijk, weinig te verwijten. „Hij is geen pannenkoek hè”, zei Verstappen onlangs over Tsunoda, die eerder in zijn carrière inderdaad bewees dat hij een sterke rijder is. Net zoals zijn voorgangers Sergio Pérez, Alexander Albon en Pierre Gasly, die buiten Red Bull een prima palmares hebben.
Het ontwikkelpad dat Red Bull de afgelopen jaren is ingeslagen, leidde aanvankelijk tot auto’s die – hoewel lastig te besturen – perfect aanvoelden voor Verstappen. Maar na wat verkeerde ontwerpkeuzes heeft de ingezette koers nu een model opgeleverd waarin zelfs de wereldkampioen zich niet meer op zijn gemak voelt, laat staan andere F1-rijders die zijn niveau niet halen.
Lees ook
Coureurswissel laat zien: alleen Verstappen heeft onbestuurbare Red Bull onder controle
Zo dringt zich een pijnlijke realiteit op: zonder Verstappen is Red Bull Racing een team in de achterhoede. En precies over zo’n toekomst zonder Verstappen gonsde het de afgelopen week van de geruchten. Verstappen zou op het punt staan om vanaf 2026 naar Mercedes te vertrekken, meldde de Italiaanse tak van Sky Sports.
Geflirt met Mercedes
Er is brandstof voor zulke berichten. Mercedes-teambaas Toto Wolff maakte Verstappen al eerder het hof. En nu komt daarbij dat Mercedes-rijder George Russell ondanks zijn formidabele prestaties dit seizoen nog altijd geen contractverlenging voor volgend jaar heeft gekregen. Russell zei vorige week dat dit komt doordat Mercedes de mogelijkheid wil openhouden om Verstappen vast te leggen – wat Wolff een dag later tegenover journalisten niet ontkende.
Anderzijds: in de Formule 1 zijn teams en coureurs continu in gesprek, elkaar aftastend, hun marktwaarde onderzoekend, en loerend op mogelijkheden voor toekomstige deals. Of Verstappen écht naar Mercedes wil – en kán, gezien zijn contract tot 2028 bij Red Bull – weten alleen de direct betrokkenen.
Een logisch moment om over te stappen is 2026 niet per se. Niet alleen de auto’s worden compleet anders, ook het motorreglement gaat op de schop. Wie begin volgend jaar de beste combinatie heeft, valt niet te zeggen. Wat dat betreft zou Verstappen beter nog een jaar kunnen afwachten, om te zien hoe de rangorde uitvalt.
Donderdag reageerde Verstappen tegenover journalisten op Silverstone, terug in het houten teamgebouw, kortaf op alle geruchten. „Ik praat niet over mijn contract. Er is op dit moment geen beslissing genomen.” En Russell? Die zegt zich „geen zorgen” te maken: „De kans dat ik volgend jaar niet bij Mercedes rijd, is volgens mij uitzonderlijk klein.”
Ondernemer Gerard Sanderink heeft infrabouwer Strukton aan de rand van de afgrond gebracht. De omstreden zakenman voerde jarenlang wanbestuur bij het bedrijf en bracht daarmee de toekomst van een van de belangrijkste bedrijven voor spoor- en wegenonderhoud van Nederland in gevaar. Dat bleek donderdag bij de Ondernemingskamer in Amsterdam. Daar vroegen de commissarissen van Oranjewoud, het moederbedrijf van Srukton, om Sanderink voor vijf jaar op afstand te houden.
Twee jaar geleden besloot de Ondernemerskamer al een onderzoek in te stellen naar wanbestuur bij Oranjewoud. Dit nadat Sanderink zijn bedrijven jarenlang betrok bij een privéruzie die hij was begonnen met zijn ex-vriendin. De ondernemer beschuldigde haar van onder meer fraude bij een van zijn ondernemingen, maar daarvoor is nooit bewijs gevonden. Motor achter de beschuldigingen was – bleek uit onderzoek van onder meer NRC – de eveneens omstreden internetondernemer Rian van Rijbroek, Sanderinks huidige vrouw.
In het onderzoek – een vuistdik rapport dat niet in te zien is door de media – wordt vastgesteld dat er inderdaad sprake was van wanbestuur bij Oranjewoud. Advocaat namens de raad van commissarissen Rik Analbers verwees donderdag tijdens de zitting naar de conclusies uit het rapport: „Sanderink was niet meer in staat zijn ondernemingen op een verantwoorde manier te leiden. Hij heeft de belangen van Strukton en de groep [Oranjewoud, red.] ernstig veronachtzaamd.”
Lees ook
‘Russische maffia, wrakingsverzoek’: zitting over positie Gerard Sanderink verloopt volgens bekend patroon
Eerder had de Ondernemingskamer al eenzelfde onderzoek bevolen naar de gang van zaken bij IT-dienstverlener Centric, destijds ook eigendom van de Sanderink. Daarin werd ook al jarenlang wanbestuur vastgesteld. Zowel bij Centric als Strukton liep het personeel weg en waren er problemen met klanten en bedrijfsrelaties, die niet meer geassocieerd wilden worden met de omstreden zakenman.
Centric is door een interimbestuurder inmiddels verkocht. Bij Oranjewoud werd Sanderink door de Ondernemerskamer twee jaar geleden al als bestuurder geschorst. Ook moest hij het beheer van zijn aandelen bij derden onderbrengen.
„Na de schorsing bleek de situatie veel erger dan we hadden gedacht”, zei de huidige president-commissaris Joseph Kuling donderdag. Verliezen bij probleemprojecten, zoals de verbouwing van het station in Groningen en de bouw van het nieuwe RIVM-kantoor in Utrecht, bleken „nog verder opgelopen” te zijn dan Sanderink had laten weten aan de commissarissen. Zo was het nettoverlies van Strukton in 2021 niet 15 miljoen euro, zoals Oranjewoud de beleggers had medegedeeld, maar 181 miljoen euro, bleek eind 2023 uit de definitieve cijfers over dat jaar.
Financieel wanbeleid
De solvabiliteitsratio, een graadmeter voor hoe financieel gezond een bedrijf is, was eind 2020 gedaald tot 4,3 – terwijl 25 geldt als ondergrens voor wat als goed beleid wordt beschouwd. Dat kon onder meer gebeuren omdat de controlerend accountant, PWC, was opgestapt. Dat was gebeurd nadat Sanderink en Van Rijbroek eigenhandig hadden geprobeerd de cijfers van het – destijds nog beursgenoteerde – bedrijf aan te passen.
Dat Strukton de afgelopen tijd niet is omgevallen, komt onder meer doordat een ander bedrijf uit het Oranjewoud-concern, ingenieursbureau Antea Group, tientallen miljoenen leende aan de infrabouwer en er onderdelen zijn verkocht.
Doordat ook de relatie met de banken „tot onder het nulpunt” was gedaald en ze eerst geen geld meer beschikbaar wilden stellen voor het herstellen van Strukton, moest Oranjewoud de afgelopen jaren bij private financiers aankloppen. Kuling: „De rente van dat soort partijen ligt gewoon hoger, waardoor je weer meer geld kwijt bent.”
Lees ook
Bij de bedrijven van Sanderink vertrekt de ene na de andere bestuurder
Dat dit nodig was, kwam ook doordat het bedrijf sterk op Sanderink als financier had geleund. De ondernemer stak veel geld van zijn andere bedrijven in Strukton en hield zo de financiële problemen ervan deels uit het zicht. Toen hij werd geschorst, weigerde Sanderink mee te werken aan oplossingen, waardoor Strukton ineens in de acute financiële problemen kwam.
Inmiddels heeft het bedrijf „de reddingsfase achter de rug” en kan het „langzaam weer vooruitkijken”, zei Kuling donderdag. De commissarissen willen „voorkomen dat Sanderink terugkeert”. Dat zou nodig zijn omdat ook banken, met wie het contact inmiddels hersteld is, in financieringscontracten hebben opgenomen dat ze die kunnen ontbinden als de ondernemer terugkeert.
Beleggers gedupeerd
Donderdag bleek ook dat Oranjewoud op het punt staat een oplossing te bieden aan een groep gedupeerde beleggers. Sanderink haalde Oranjewoud in 2021 van de beurs, maar weigert vooralsnog de overgebleven aandeelhouders uit te kopen. Eind vorig jaar was hij hen nog 6,6 miljoen euro schuldig.
Op welke manier Oranjewoud de beleggers financieel tegemoet wil komen, wilde president-commissaris Kuling donderdag nog niet zeggen. „Sanderink Investments is de partij die eigenlijk moet betalen, maar je kunt deze situatie ook niet laten voortbestaan, vandaar dat we iets willen doen.”
Lees ook
Ondernemer Sanderink weigert beleggers miljoenen te betalen
Van de 76-jarige Sanderink zelf ontbrak donderdag elk spoor. Niemand bij de Amsterdamse Ondernemingskamer leek te weten waar de zakenman zich ophield. Er was geen advocaat en er is ook geen verweerschrift ingediend. Sanderink is voor het laatst gezien in het Duitse Kleve, waar hij met Van Rijbroek woont.
Volgens advocaat Marnix Holtzer, die Sanderinks Oranjewoud-aandelen beheert nadat de ondernemer door de Ondernemingskamer op afstand werd geplaatst, verloopt de communicatie met hem niet al te vlot. Hij hoorde in september vorig jaar voor het laatst iets van de ondernemer, die destijds een Spaanse advocaat in de arm had genomen.
„Er zijn beschuldigingen van Russische inmenging in het proces, en dat ook de Ondernemingskamer onder invloed van de lange arm van Rusland zou staan. Ik vond het niet altijd gemakkelijk dat soort zaken een plek te geven, maar hij vindt dat soort opmerkingen wel heel belangrijk om te noemen.”
De Ondernemingskamer doet over drie maanden uitspraak over het verlengen van zowel de schorsing van Sanderink als het op afstand plaatsen van het beheer van zijn Oranjewoud-aandelen.
Aan de hand van de klachten weet longarts Hanna Kuiper wat voor weer het buiten is. Op warme, zonnige dagen melden patiënten met longaandoeningen zich bij het expertisecentrum van het Rotterdamse Franciscus ziekenhuis – met astma-aanvallen, benauwdheidsklachten en ontstekingen in de luchtwegen. Ze hebben last van de hitte en van smog.
Op meetstations in Gelderland, Zeeland en Zuid-Holland werden op dinsdag aan het eind van de dag de grenswaarden voor ozonconcentraties in de lucht overschreden. Er was sprake van ‘matige smog’ [zie grafiek]. Daar gaf het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) begin deze week ook een waarschuwing voor uit.
Wind uit het noorden is over het algemeen schonere poollucht, evenals wind van de Atlantische Oceaan
De smog had niet direct met de hoge temperaturen te maken, wel met de uv-straling. In de lucht kunnen hoge ozonconcentraties ontstaan bij veel zon en wind uit het zuidoosten, wat slecht is voor de luchtkwaliteit.
Het aantal dagen met matige of ernstige smog is sinds de jaren negentig sterk gedaald, blijkt uit gegevens van het Luchtmeetnet van het RIVM. Zowel in de winter, wanneer smog ontstaat door hoge concentraties fijnstof, als in de zomer, wanneer smog ontstaat door ozon. In 1990 en 1994 was sprake van 29 zomersmogdagen. Sinds 2010 kwam zomersmog maximaal 9 dagen per jaar voor, laten de RIVM-cijfers zien.
KNMI
De afname komt waarschijnlijk doordat we minder stoffen uitstoten die bijdragen aan de vorming van ozon. „Daar hebben we heel effectieve maatregelen tegen genomen. De verplichte katalysator [reiniger van uitlaatgas] in auto’s, bijvoorbeeld”, zegt Sander Teeuwisse, projectleider luchtkwaliteit van het RIVM.
Afgelopen vijftien jaar is het aantal dagen met matige of ernstige smog niet meer gedaald. Er bestaan aanwijzingen dat de ozonconcentraties in Nederland ook in de toekomst niet verder zullen afnemen, vertelt atmosfeeronderzoeker Michiel van Weele van het KNMI. „Dat is nog onzeker. Diverse factoren werken op elkaar in, dat maakt het een ingewikkeld verhaal. Ook klimaat en weersomstandigheden spelen een rol.”
Zo is de lucht schoner door lagere uitstoot, wat de toename van zonneschijn in Nederland kan verklaren. Maar bij meer zonnestralen kunnen de ozonconcentraties juist ook toenemen. Daarnaast speelt de windrichting een rol. Van Weele: „Ozon komt voor een groot deel naar Nederland toegewaaid. Wind uit het noorden betekent over het algemeen een schonere poollucht, net als wind uit het zuidwesten, vanuit de Atlantische Oceaan.”
Nu komt de wind het vaakst uit het zuidwesten. Als dit verandert, kan dat effect hebben op het aantal smogdagen.
Zwemmen in de Rotterdamse wijk Katendrecht.
Alarm
Dit jaar kwamen de ozonmetingen op vijf dagen boven de drempelwaarde voor matige smog. Door de vervuilde lucht krijgen de patiënten van Hanna Kuiper die bijvoorbeeld astma of een longziekte als COPD hebben, last van geïrriteerde luchtwegen. „Hitte en smog worden vaak genoemd in de spreekkamer. Het lastige is: je kunt er bijna niet aan ontkomen. Ook binnen hebben mensen er last van.”
Mensen met gezonde longen kunnen ook last krijgen van smog, maar pas bij hogere concentraties. Het RIVM spreekt dan van ‘ernstige smog’ en stuurt een smogalarm uit. De laatste keer dat dit gebeurde was in juli 2022.
Kuiper: „We ademen de hele dag door. Maar wat we inademen, daar staan we vaak niet bij stil.”
Lees ook
De ozonlaag herstelt zich, dankzij het verbod op cfk’s