Hoe gaat ’ie met de formatie? Dat vindt Wilders ‘een ingewikkelde vraag’

Was het een veeg teken of juist een effectieve nieuwe werkwijze van de informateurs? In Den Haag ontstond woensdag verwarring over de betekenis van de een-op-een-gesprekken die de vier onderhandelende partijen de afgelopen dagen met informateurs Richard van Zwol en Elbert Dijkgraaf voerden. Sommigen legden het uit als een logische stap in het proces, anderen zeiden dat het juist een aanwijzing was dat de formatie opnieuw hapert.

Woensdagavond voerden de fractievoorzitters van PVV, VVD, NSC en BBB voor het eerst in bijna een week weer gezamenlijk overleg. Vorige week donderdag, en de afgelopen drie dagen, ontvingen de informateurs de fractieleiders juist apart, soms met hun secondanten.

De vier hoofdonderhandelaars toonden zich deze week bij de korte persmomentjes in het openbaar redelijk optimistisch. „Wij zijn nog steeds heel positief”, zei Caroline van der Plas (BBB) dinsdagavond, die woensdag zelfs sprak over „puntjes op de i”.

Pieter Omzigt Een verstandshuwelijk, op z’n best

Andere fractievoorzitters waren iets voorzichtiger. PVV-leider Geert Wilders vond het „prima” om een paar keer apart met de informateurs te spreken, reageerde hij. „Ik vind alles goed, zolang we maar enige vooruitgang maken.” Van een afrondende fase was volgens hem nog geen sprake. Dat beaamde Pieter Omtzigt (NSC), die de gekozen vorm van een-op-een-gesprekken prees. „Ik denk dat de informateurs een heel wijs format hebben gekozen.”

‘Verstandshuwelijk’

Woensdag, vlak voor het nieuwe gezamenlijke overleg, doken vrijwel gelijktijdig in De Telegraaf en AD berichten op dat het proces juist „uiterst stroef” zou lopen en dat er „op de rem wordt getrapt”. De financiën zouden een knelpunt zijn. Het is al langer bekend dat de verschillen tussen VVD en NSC, die zuinigheid nastreven, en PVV en BBB, die meer willen uitgeven, behoorlijk groot zijn.

Na afloop van het gezamenlijke gesprek woensdagavond, dat bijna twee uur duurde, spatte het enthousiasme er bij de hoofdrolspelers niet vanaf. Van der Plas en Dilan Yesilgöz (VVD) ontweken de opwachtende journalisten. Wilders noemde de vraag of hij positief gestemd is over het verloop van de formatie „een ingewikkelde vraag”. „Iedere dag moet er een hobbel worden genomen.” Bij kabinetsformaties, zei Omtzigt, „kunnen gesprekken soms intensiever zijn dan anders”. Hij noemde het kabinet waar de vier rechtse partijen over aan het onderhandelen zijn „een verstandshuwelijk, op z’n best”.

Vraag van informateurs aan Pieter Omtzigt Hoe zit je nou in de wedstrijd?

Tweede fase

Eerder op de dag, en ook de afgelopen dagen, legden verschillende betrokkenen de individuele gesprekken veel positiever uit. De twee informateurs wijken in hun werkwijze in elk geval sterk af van die van hun vele voorgangers bij eerdere kabinetsformaties.

Zij legden vorige week donderdag al uit wat zij ermee beogen. Die middag bleek dat NSC-leider Omtzigt, zonder aankondiging, na het reguliere gesprek nog zeker anderhalf uur apart met de twee informateurs had doorgesproken. Volgens Richard van Zwol was na twee weken de eerste fase van hun gesprekkenserie afgerond, waarin alle door de vorige informateur Kim Putters aangewezen hoofdonderwerpen aan bod waren gekomen. In de nu aangebroken tweede fase „gaan we met alle partijen de diepte in, soms nog met z’n allen aan de vergadertafel en soms is een bilateraal gesprek nodig.”

Elbert Dijkgraaf vulde aan: „Als je met een fractievoorzitter apart spreekt kun je vaak wat vertrouwelijker spreken dan in de groep.” De SGP’er deed uit de doeken wat voor specifieke vragen bijvoorbeeld bij het onderonsje met Omtzigt en zijn secondant Eddy van Hijum, waren gesteld. „Hoe zit je nou in de wedstrijd?, Wat zijn belangrijke dingen voor jou? Waarvan zeg je: ‘Die wil ik absoluut niet!’?”

Informateur Van Zwol beaamde maandag dat zij op basis van de eerste gespreksronde(s) „zo langzamerhand” al wat bouwstenen voor een potentieel regeerakkoord „op papier proberen te krijgen”. Die conceptteksten worden nu dus afzonderlijk voorgelegd aan de vier onderhandelende teams, zodat zij er nog op kunnen schieten.

De keuze voor deze specifieke onderhandelingsformule – eerst gezamenlijk, dan bilateraal en dan weer gezamenlijk – heeft te maken met de nadrukkelijke opdracht dat de coalitieafspraken dit keer niet al te gedetailleerd moeten zijn, maar slechts op hoofdlijnen zullen worden gemaakt. Dat betekent dat niet over alle onderwerpen uit en te na hoeft te worden gesproken.

Om die reden zijn er bij deze formatie geen ‘zijtafels’ ingericht, het overleg tussen de woordvoerders en specialisten van de deelnemende fracties over specifieke beleidsterreinen. Het was bij de vorige formaties aan die zijtafels waar de conceptalinea’s voor het regeerakkoord over bijvoorbeeld financiën, landbouw of klimaat werden geschreven. De fractievoorzitters aan de ‘hoofdtafel’ dienden deze vervolgens te beoordelen: overnemen, bijschaven of afwijzen. Die voorfase in het onderhandelingsproces bestaat nu niet.

Moeizame gesprekken of niet, de informateurs lieten later op de avond weten dat de onderhandelingen deze donderdag doorgaan, opnieuw in een-op-een-gesprekken. Van Zwol ontkende dat de gesprekken stroef gaan, maar gaf wel aan dat de financiële puzzel „ingewikkeld” is. „Bij de afgelopen formaties kon meer met geld worden opgelost, nu is het er niet in overvloed.”