Hezbollah is aangeslagen, Iran kan niet snel helpen en Netanyahu is gebaat bij oorlog: is verdere escalatie te stoppen?

Plotseling zijn het niet meer zozeer de Gazanen als wel de Libanezen die na vernietigende Israëlische bombardementen onder trieste puinhopen naar overlevenden speuren. Sneller dan de Libanese strijdgroep Hezbollah had verwacht richtte Israël de afgelopen dagen het vizier naar het noorden, met name naar de heuvels in het zuiden van het land waar zich duizenden Hezbollah-strijders met een groot arsenaal aan raketten hebben ingegraven. Maar ook wist Israël met dank aan zijn ogenschijnlijk alwetende inlichtingendiensten de ene prominente Hezbollah-commandant na de andere in Beiroet en elders te vinden en te liquideren.

Vooral afgelopen maandag trok de Israëlische luchtmacht keihard van leer. De intensiteit van de bombardementen, gericht op 1.600 doelen, was die dag volgens militaire deskundigen nog twee keer zo hevig als in de eerste dagen in Gaza vorig najaar, toen Israël zijn strafexpeditie tegen Hamas inzette nadat dit in Zuid-Israël circa 1.200 mensen had gedood. De Israëlische luchtacties van maandag in Libanon resulteerden in circa 500 doden en enige duizenden gewonden. Daarmee was het de bloedigste dag in Libanon sinds de verwoestende burgeroorlog van vier decennia eerder. Sindsdien zijn er nog enige honderden doden en nog veel meer gewonden bijgekomen.

De bombardementen in Libanon gingen gepaard met waarschuwingen aan de burgerbevolking om hun woningen direct te verlaten als die zich in de buurt van Hezbollah-stellingen bevonden. Het leidde – net als in de Gazastrook – tot een exodus van tienduizenden burgers die in paniek naar het noorden vluchtten. Daar voegden ze zich bij de ruim 100.000 Libanezen die al ontheemd waren door eerdere beschietingen tussen Israël en Hezbollah. Zo heeft het kleine Libanon, dat ook nog altijd anderhalf miljoen Syriërs herbergt en economisch al aan de grond zat, er nog een probleem bij.

Hezbollah, dat uit solidariteit met Hamas en de Palestijnen sinds oktober vorig jaar raketbeschietingen op het noorden van Israël uitvoerde, had er niet op gerekend dat Israël plotseling zo hard zou terugslaan. Het hoopte juist dat Israël akkoord zou gaan met een bestand met Hamas in ruil voor de vrijlating van zo’n honderd overgebleven gijzelaars. Dit had Hezbollah zelf ook als voorwaarde gesteld voor het staken van de beschietingen op Noord-Israël. Na inwilliging van die eis had het kunnen triomferen.

Israël greep echter het lot van de circa 60.000 inwoners uit Noord-Israël, die al bijna een jaar niet terug naar huis konden, aan voor een massale aanval op de groep. Zo betaalt Hezbollah plotseling een veel hogere prijs voor zijn solidariteit met de Palestijnen dan de bedoeling was, want de groep had al eerder duidelijk gemaakt niet uit te zijn op een groter conflict met Israel.

Risico op breder regionaal conflict

Al is Hezbollah aangeslagen, toch heeft het de raketbeschietingen op Noord-Israël hervat. Ook vuurde de groep donderdag voor het eerst één ballistische raket af op Tel Aviv. Die zou bedoeld zijn geweest voor het hoofdkantoor van de Mossad, de Israëlische inlichtingendienst die verantwoordelijk wordt gehouden voor de massaal exploderende piepers in Hezbollah-handen en -gezichten, vorige week.

De raket werd weliswaar zonder moeite uit de lucht geschoten maar Israël beseft dat Hezbollah nog tienduizenden raketten achter de hand heeft. Zelfs de Iron Dome, Israëls befaamde luchtverdedigingssysteem, zou moeite hebben 3.000 raketten per dag uit de lucht te halen, waarmee Hezbollah volgens deskundigen van de Reichman Universiteit Israël zou kunnen bestoken.

Door de escalatie tussen Israël en Hezbollah is de kans ineens gestegen dat de Gaza-oorlog tussen Israël en Hamas alsnog uitdijt tot een breder conflict in het Midden-Oosten. Daarin zouden ook Iran en de Verenigde Staten kunnen worden meegezogen, al voelt geen van beiden daarvoor. Juist daarom kwamen de Amerikaanse president Biden en de Franse president Macron, die net als veel andere regeringsleiders in New York zijn voor de jaarvergadering van de VN, donderdag met een voorstel voor een drie weken durend bestand tussen Israël en Hezbollah. Ondertussen zou er dan naar een permanente oplossing voor hun conflict worden gezocht.

De Israëlische premier Netanyahu sloeg echter al bij aankomst in New York alle hoop de bodem in. Hij verklaarde dat Israël zal doorgaan met zijn aanvallen op Hezbollah tot het zijn doelen heeft bereikt, „in de eerste plaats dat de bewoners uit het noorden veilig naar huis terug kunnen”. Voor de VN herhaalde hij dit standpunt vrijdag. Net als bij de onderhandelingen over een bestand met Hamas wist Netanyahu al dat zijn extreem-rechtse coalitiegenoten fel tegen een bestand waren omdat Hezbollah zich dan zou kunnen hergroeperen, net nu deze oude vijand met de ergste crisis sinds zijn oprichting in 1982 heeft te kampen.

Netanyahu weet bovendien dat hij bij de strijd met Hezbollah voorlopig op veel meer steun bij de Israëlische bevolking en de eigen legerleiding kan rekenen dan bij de min of meer vastgelopen strijd tegen Hamas, dat nog altijd een honderdtal gijzelaars vasthoudt. De Gaza-oorlog groeide uit tot een splijtzwam maar dat geldt niet voor de strijd tegen Hezbollah. Netanyahu’s partij Likud is mede hierdoor in opiniepeilingen inmiddels weer de grootste geworden.

Dilemma voor steunpilaar Iran

De huidige perikelen van Hezbollah hebben ook hun weerslag op de verhoudingen binnen het altijd al fragiele Libanon zelf, waar de groep gold als ‘een staat binnen de staat’. Hezbollahs imago heeft nu forse deuken opgelopen en andere groepen in het etnische en religieus sterk verdeelde Libanon zullen zijn dominantie niet langer zo vanzelfsprekend vinden.

Niet alleen Hezbollah, ook zijn grote steunpilaar Iran verkeert door de ontwikkelingen van de laatste weken in een moeilijke positie. Moet Iran Hezbollah, dat het zelf heeft helpen oprichten en bewapenen, te hulp schieten nu de groep het zo moeilijk heeft? Doet het dat, dan wordt de kans groter dat de oorlog verder escaleert en ook de VS er dieper bij betrokken raken. Geen aantrekkelijk scenario voor de leiders in Teheran. Vooral niet nu ze juist hadden besloten onder de nieuwe president Masoud Pezeshkian toenadering te zoeken tot het Westen, in de hoop op verlichting van de economische sancties waaronder de economie al jaren zwaar heeft te lijden.

Als Iran het daarentegen slechts bij verbale steun voor Hezbollah laat, maakt het een zwakke indruk, iets waar alle leiders in het Midden-Oosten altijd beducht voor zijn. De As van Verzet, het losse verband van Iran met Hezbollah en een aantal andere pro-Iraanse milities in het Midden-Oosten waarvan Teheran steeds hoog opgaf, zou ineens een stuk minder serieus worden genomen en het zou de zo zorgvuldig opgebouwde invloed van Iran in de regio kunnen aantasten. In Libanon voelen velen zich nu al in de steek gelaten. „We zijn broeders, wanneer zij [de Iraniërs, red.] ons nodig hebben, maar waar zijn zij wanneer wij hen nodig hebben?”, vroeg een Hezbollah-aanhanger deze week aan een journalist van de Financial Times.

Grondoffensief blijft optie

Toch zal Hezbollah de strijd met Israël, min of meer zijn raison d’être, niet snel opgeven. Op zijn beurt staat Netanyahu nu na het in Israëlische ogen succesvolle luchtoffensief voor de vraag of hij dit moet laten volgen door een grondoffensief. Dit zou in veel opzichten een waagstuk zijn. Niet alleen is Hezbollah militair gezien veel sterker dan Hamas, het Israëlische leger is na een jaar oorlog ook moe en de meeste manschappen zitten – ondanks hun afkeer van Hezbollah – niet te wachten op een grotere oorlog aan een nieuw front. Toch zinspeelde de legerleiding al wel op de inzet van grondtroepen.

Het is de vraag wat Netanyahu er – afgezien van de terugkeer van de evacué’s en verdere verzwakking van Hezbollah – mee hoopt te winnen. Daarover heeft hij nog geen helderheid verschaft. Zo’n langer perspectief lijkt hem net als in de Gaza-oorlog niet erg bezig te houden.

Toch is het ontbreken van een politiek plan voor de toekomst volgens veel critici juist een belangrijke reden dat Israël er nog niet in is geslaagd Hamas definitief op de knieën te krijgen. Ook volgens zijn eigen generaals is een aanhoudende Israëlische bezetting geen oplossing voor de Gazastrook of voor Zuid-Libanon. Netanyahu’s critici verdenken hem er intussen van slechts bezorgd te zijn om zijn eigen politieke overleven. Zolang hij kan aanblijven als premier geniet hij namelijk immuniteit en kan hij niet vervolgd worden in enige corruptiezaken die nog tegen hem lopen.