Het nieuwe Syrië: zijn de mooie beloftes van Al-Sharaa die van een wolf in schaapskleren?

De plotselinge val van het schrikbewind van president Bashar al-Assad afgelopen zondag werd door miljoenen Syriërs met intense vreugde begroet en ook velen in het buitenland slaakten een diepe zucht van verlichting. Maar zowel in Syrië als daarbuiten rees onmiddellijk de vraag: wie krijgen we terug voor de verdreven tiran?

Het antwoord op die vraag is nog allerminst duidelijk. Dit houdt verband met de twee heel verschillende gedaantes waarin Ahmed al-Sharaa (42), de leider van HTS, de drijvende kracht achter het bliksemoffensief dat Assad ten val bracht, zich de laatste paar decennia heeft gepresenteerd.

Deze week deed Al-Sharaa zijn uiterste best het vertrouwen van de Syriërs en de internationale gemeenschap te winnen. Zo stelde hij een door de bevolking gekozen raad in het vooruitzicht en beloofde respect voor minderheden. Vrouwen zullen geen kledingvoorschriften krijgen opgelegd. Het leverde hem zowaar een complimentje op uit Washington van president Biden, die stelde dat hij „de goede dingen zei”.

Maar zulke beloftes kunnen het wantrouwen van velen niet wegnemen, juist omdat Al-Sharaa, die tot voor kort de nom de guerre Abu Mohammed al-Jolani voerde, een lang verleden kent als jihadist. In zijn jonge jaren maakte hij deel uit van het terreurnetwerk Al-Qaida en later werkte hij samen met Islamitische Staat. Pas sinds 2017 profileert hij zich als meer pragmatische Syrische nationalist. In Idlib, de noordwestelijke provincie waar HTS de dienst uitmaakte, heerste de groep echter met harde hand en was van democratie geen sprake. Politieke tegenstanders belandden in de cel en werden soms gemarteld. Zijn de mooie beloftes van Al-Sharaa dus niet die van een wolf in schaapskleren?

Toespraak in moskee Damascus

Als een veeg teken beschouwen sommigen dat Al-Sharaa zijn overwinningstoespraak niet in een paleis of regeringsgebouw hield maar in de befaamde Omajjadenmoskee van Damascus. En bij de beëdiging van de deze week benoemde interimpremier Mohammed al-Bashir hingen er twee vlaggen achter hem: de revolutionaire vlag die al jaren in zwang is bij allerlei anti-Assad-gezinde groepen maar ook een witte vlag met daarop in het zwart geschreven een islamitische geloofseed. Dit is het handelsmerk van soennitische fundamentalistische strijders.

In Syrië werd deze vrijdag de overwinning op dictator Assad gevierd, onder meer in de Omajjadenmoskee in Damascus.
Foto Bakr ALKASEM / AFP

In Syrië blijkt het wantrouwen van de bevolking onder meer uit vrouwen die zich plotseling uit voorzorg met een hoofddoek bedekken als ze naar buiten gaan. Sommige vrouwen die dat niet deden, hebben al kritische vragen van HTS-aanhangers gekregen. Ook religieuze minderheden, zoals christenen maken zich zorgen over de behandeling die ze van HTS tegemoet kunnen zien, al zijn er tot dusverre nog weinig incidenten gemeld.

Hoewel Syrië een veel meer ontwikkeld land is met veel diepere seculiere wortels dan Afghanistan, staat velen nog vers in het geheugen hoe de Taliban in dat land drie jaar geleden – ondanks verzoeningsgezinde woorden bij hun intocht in Kabul – snel de klok weer terugzetten op het terrein van vrouwenrechten. Dit kwam de Afghaanse bevolking intussen duur te staan: alle broodnodige buitenlandse hulp droogde op tot een piezelstroompje.

Ook nu ziet het buitenland zich weer geconfronteerd met de lastige vraag of het in Syrië zaken wil doen met een door HTS geleide regering. In de Verenigde Staten maar ook bij voorbeeld in het Verenigd Koninkrijk, Turkije en Rusland en bij de Verenigde Naties staat HTS formeel nog te boek als een terroristische organisatie wegens zijn jihadistische verleden. De Verenigde Staten loven zelfs tot op de dag van vandaag een beloning van maximaal 10 miljoen dollar uit voor informatie die tot de aanhouding van Jolani, alias Al-Sharaa, leidt. Ook gelden er nog steeds veel economische sancties.

We zouden allemaal heel sceptisch moeten zijn ten aanzien van het vermogen van HTS om te deradicaliseren

Nathan Sales
voormalig coördinator terreurbestrijding in de VS

Voor landen in de regio staat er veel op het spel. Dit geldt zeker voor een land als Turkije, dat een kans ruikt om zijn invloed in Syrië te vergroten en met name Koerdische strijdgroepen verder terug te dringen. Ook hoopt president Erdogan de ruim drie miljoen Syrische vluchtelingen waaraan zijn land onderdak biedt eindelijk terug te kunnen sturen. Datzelfde geldt voor Libanon en Jordanië die eveneens gastheer zijn voor grote vluchtelingenpopulaties. Israël bekommert zich vooral om zijn veiligheid en maakte deze week van het huidige machtsvacuüm in Syrië gebruik om een groot deel van Assads zware wapens en militaire infrastructuur grondig te verwoesten.

Terrorismelijst

Ook veel Europese staten worden directer geraakt door ‘Syrië’ dan drie jaar geleden door ‘Afghanistan’, vooral omdat ook zij grote aantallen Syrische vluchtelingen herbergen. Veel regeringen, waaronder de Nederlandse, zouden die liefst zo snel mogelijk zien terugkeren. Die wens lijkt bij sommigen zwaarder te wegen dan zorgen omtrent de jihadistische achtergrond van HTS en het democratische gehalte van het toekomstige Syrië.

De Britse premier Keir Starmer noemde het begin deze week nog „veel te vroeg” om HTS van de terrorismelijst te schrappen. In afwezigheid van zo’n kwalificatie van EU-zijde lieten de Duitse bondskanselier Olaf Scholz en de Franse president Emmanuel Macron diezelfde dag na een telefoontje met elkaar echter weten dat ze bereid zijn om met HTS en andere Syrische groepen samen te werken „op basis van fundamentele mensenrechten en de bescherming van etnische en religieuze minderheden”.

Direct kondigden Duitsland en Frankrijk ook al aan dat ze geen nieuwe asielaanvragen van Syrische vluchtelingen meer in behandeling nemen. Ook Nederland, België, Griekenland, Italië, Denemarken, Zweden en Noorwegen besloten hiertoe. In Oostenrijk, waar zo’n honderdduizend Syriërs verblijven, verklaarde minister van Binnenlandse Zaken Gerhard Karner zelfs al dat hij instructies had gegeven voor de voorbereiding van een programma om de Syriërs ordelijk te laten terugkeren. Ook de Britten staken de behandeling van Syrische asielverzoeken overigens voorlopig.

In de VS ontbrandde meteen een stevig debat over de vraag of HTS nog wel als een terroristische organisatie kan worden aangemerkt. Nathan Sales, die zich onder de vorige Trump-regering met de bestrijding van terrorisme bezighield, waarschuwde om vooral niet te hard van stapel te lopen. „We zouden allemaal heel sceptisch moeten zijn ten aanzien van het vermogen van HTS om zich op het moment van zijn overwinning te deradicaliseren”, zei hij tegen de website Politico. Hij noemde Al-Sharaa iemand „met een cv als terrorist pur sang”. Met andere woorden: niks schaap, nog steeds een wolf. Bidens regering, die nog vijf weken te gaan heeft voor Trumps terugkeer, heeft tot nu toe een afwachtende houding aangenomen.

Lege schatkist

Niet alleen voor HTS, ook voor Syrië als geheel staat er de komende weken zeer veel op het spel. De deze week door Al-Sharaa aangestelde interimpremier Mohammed al-Bashir erkende in een interview met het Italiaanse dagblad Corriere della Sera dat de Syrische schatkist volkomen leeg is. „Dus, ja, financieel gezien staan we er slecht voor”, stelde hij droogjes vast. Zonder buitenlandse hulp zal Syrië, dat de verwoestingen van ruim dertien jaar oorlog nog op geen stukken na te boven is, zijn economie niet snel weer op poten krijgen.

Zo hebben Syrië – of het nu geleid wordt door een wolf of een schaap – en het buitenland toch een aantal gemeenschappelijke belangen. De vele honderdduizenden vluchtelingen zullen immers niet terugkeren als er niets verbetert in de huidige economische misère in Syrië. Er zouden dan zelfs nog wel eens meer vluchtelingen kunnen komen uit Syrië. Tegelijk weten Al-Sharaa en de zijnen dat ze niet op veel hulp hoeven te rekenen als ze een fundamentalistische koers naar Taliban-model inzetten. Alleen een flinke dosis pragmatisme aan alle kanten biedt vooruitzichten op een betere toekomst.


Lees ook

Krachtsverhoudingen in het Midden-Oosten verschuiven ten gunste van Turkije en Israël

Syriërs die hun land hebben moeten ontvluchten vieren in Istanbul de val van Assad.