N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Basketbal Een paar weken geleden waren ze nog bijna kampioen. Maar nu zit Donar, tot verrassing van velen, in grote financiële problemen. De penningmeester is inmiddels weg.
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data102101464-5034aa.jpg)
De wisselvallige resultaten in de eerste seizoenshelft, de bezoekersaantallen die achterbleven. Directeur Willem de Kok van Martiniplaza ontging het niet en hij informeerde maar eens bij de penningmeester van Donar. De Groningse basketbalclub is de belangrijkste huurder, die trainingen en thuisduels afwerkt in de topsporthal van de evenementenlocatie. „Wat betekent dat voor jullie exploitatie en de clubkas?”
Zorgen zijn niet nodig, Donar maakt „dikke winst”, krijgt hij te horen, vertelt De Kok nu. Dat beeld wordt begin dit jaar nog bevestigd bij een informatiesessie waar hem, ondersteund met cijfers, wordt verteld dat het „exploitatieresultaat positief” is. De Kok: „In die zin is ons allemaal een rad voor de ogen gedraaid.”
Hulp van de gemeente?
Want Donar, het roemruchte basketbalbolwerk, zit in grote financiële problemen, blijkt nu. De club spreekt van „een ernstige crisissituatie”, in een persbericht van zondag. „Voor het voortbestaan van Donar moet worden gevreesd”, schrijft wethouder Inge Jongman (Sport, ChristenUnie) woensdag in reactie op raadsvragen. De club heeft de gemeente om hulp gevraagd omdat het de huur van Martiniplaza niet meer kan betalen.
Donar is een van de toonaangevende clubs in het Nederlands basketbal, met alleen al vorig decennium vijf landstitels. Eind mei was het bijna weer Nederlands kampioen.
Maar nu, ruim drie weken later, is dat naar de achtergrond gedrukt. Volgens Dagblad van het Noorden is er een financieel tekort van 600.000 tot 800.000 euro. Dit op een jaarlijkse begroting van zo’n 2 miljoen. De club laat niets los over de hoogte van het tekort. Daar komt snel meer duidelijkheid over: een dezer dagen wordt een boekenonderzoek van de accountant verwacht.
Opeens zaten we in een crisis
Jannes Stokroos Donar-voorzitter
Van de mensen die willen praten, zegt vrijwel iedereen verrast te zijn. Al vertelt een medewerker van de club ook dat er in oktober al signalen waren dat er op financieel gebied „veel werk” lag.
Als de clubvoorzitter op 12 mei directeur De Kok van Martiniplaza confronteert met het slechte nieuws, kan hij nog niks zeggen over de oorzaak en omvang. „En ze wisten nog niet hoe ze het moesten oplossen.”
Donar-voorzitter Jannes Stokroos wil niet ingaan op vragen. Hij verwijst naar twee persberichten. Daarin zegt hij dat het bestuur wist dat ze aan de inkomstenkant „achterliepen” op de begroting. Maar doordat het sportief beter ging, toeschouwersaantallen toenamen en nieuwe businessclubleden toetraden verwachtte hij „een positieve liquiditeit” tot eind dit seizoen.
„Echter, de feiten die plots naar boven kwamen […] zetten onze wereld op zijn kop”, schrijft Stokroos. „Opeens zaten we in een crisis.” Een grote opgave, schrijft Dagblad van het Noorden, is de hoogte van de coronagelden die moeten worden terugbetaald in het kader van de zogenoemde NOW- en TVL-regelingen.
Opvallend is dat penningmeester Ronald Arkema vanwege „persoonlijke omstandigheden” zijn functie neerlegde, kort nadat de problemen intern bekend werden. De club meldde zijn vertrek op 8 juni. Desgevraagd zegt Arkema dat hij begin april bij het bestuur heeft aangegeven te moeten stoppen „om gezondheidsredenen”. Hij zegt dat dit, gezien de timing van de financiële problemen, „toevallig lullig uitkomt”. Arkema: „Maar ik heb een medisch advies gekregen om het rustig aan te doen.”
Hij wil, mede vanwege het lopende onderzoek, niet inhoudelijk op de kwestie ingaan. Hij was accountant van beroep, maar is nu uitgeschreven uit het accountantsregister, zegt hij.
De club wil meer „checks and balances” invoeren, schrijft voorzitter Stokroos. „Liever zes ogen dan vier.” De nog aan te stellen nieuwe penningmeester zal worden ondersteund door een financiële commissie.
Gevraagd naar de rol van de oude penningmeester, zegt voorzitter van de raad van toezicht Johann Freese die te „evalueren”. „Het belangrijkste doel van de raad van toezicht is nu dat de club gered wordt.”
Liquiditeit grootste probleem
Het clubbestuur werkt aan een herstelplan dat moet worden ingediend bij de licentiecommissie van de BNXT League, een nieuwe competitie met Belgische en Nederlandse clubs waarin Donar uitkomt. De liquiditeit is nu het grootste probleem. Donar hoopt dat de gemeente de club met een lening of garantstelling kan bijstaan. Een woordvoerder van de wethouder zegt dat het college hier nog geen besluit over heeft genomen. Eerst wordt het boekenonderzoek en het plan van de club afgewacht.
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data100878442-b91465.jpg)
Tot de crediteuren behoren, naast Martiniplaza, onder meer kledingsponsor Macron en autobusbedrijf Doornbos. Twee weken geleden was er een bijeenkomst met de grootste crediteuren, zo’n zeven, zegt De Kok. „Iedereen zit in hetzelfde schuitje, staat met zijn rug tegen de muur.”
Martiniplaza, met de gemeente als enig aandeelhouder, is onlosmakelijk verbonden met Donar. De organisatie van de club is er gevestigd, met kantoorpersoneel en trainers, evenals een Donar-fanshop. De club is een uithangbord voor de evenementenlocatie – en andersom. Over de hoogte van de huur en de huurachterstand van Donar wil De Kok niets zeggen. Deze zomer is hij van plan aanpassingen te doen aan het gebouw, zoals het verbeteren van het restaurant en de entree, maar door de „financiële domper” moet hij nu „voorzichtiger” zijn.
Dit voorjaar was Donar vooral met het lonkende kampioenschap bezig. Met nog ruim twee minuten te spelen gaf het in een knotsgekke slotfase een voorsprong van zestien punten weg in de voor de landstitel beslissende wedstrijd tegen Leiden, eind mei. Daarop won Leiden ook de BNXT League, in de finale tegen Oostende.
„Maar we hadden wel het gevoel: we horen er weer bij”, zegt Bas Kammenga, Donar-fan en maker van de podcast Dourisseau Radio, vernoemd naar de bekende oud-speler van de club. Daar leek het in de eerste seizoenshelft niet op. Vanwege de slechte resultaten werden nog vier nieuwe spelers gehaald, vertelt hij, waardoor extra kosten zijn gemaakt. In maart werd nog de Amerikaanse forward Steph Branch aangetrokken. De club ging met de pet rond onder sponsors, zegt Kammenga, omdat het reguliere budget op was. De club kwam sportief nog ver, zegt hij. „Maar nu blijkt het een clusterfuck.”
