Het hert is volgens het ministerie geen hobbydier. Hertenkampen verzetten zich tegen hun dreigende einde

Huis- en hobbydieren Dam- en edelherten staan niet op de lijst van dieren die vanaf 2024 mogen worden gehouden als hobbydieren. Als de Tweede Kamer met de lijst instemt, betekent dat de facto het einde van het hertenkamp.

Het hertenkamp op de Koekamp in Den Haag is het oudste van Nederland. Al in 1450 stonden hier herten.
Het hertenkamp op de Koekamp in Den Haag is het oudste van Nederland. Al in 1450 stonden hier herten. Foto Bart Maat

Bewonersenquête in het Gelderse Lochem: áls het hertenkamp midden in villawijk Berkeloord moet verdwijnen, wat de belangenvereniging eigenlijk niet wil, wat moet er dan met het groen gebeuren in dit beschermde stadsgezicht?

Motie in de gemeenteraad van het nabijgelegen Brummen: wil de wethouder de minister van Landbouw schrijven dat hij zijn voorgestelde fokverbod voor herten moet intrekken? Anders verdwijnt het hertenkamp. De colleges van onder meer Dordrecht (Zuid-Holland), Hoogeveen (Drenthe) en Veendam (Groningen) kregen een zelfde soort verzoek. En overal in het land zijn petities opgestart met de strekking: behoud ons hertenkamp!

Dam- en edelherten staan niet op een herziene lijst van dieren die vanaf 2024 mogen worden gehouden. Op deze huis- en hobbydierenlijst, opgesteld na wetenschappelijk advies aan het ministerie, staan dieren die ongevaarlijk zijn, geen ziekten overdragen en een niet al te ingewikkelde verzorging nodig hebben. Het moet voorkomen dat exotische dieren in soms slechte omstandigheden worden gehouden, omdat ze als huisdieren worden gezien.

Honden en katten staan op de lijst, hamsters en kamelen, muizen en waterbuffels. Herten niet. Ze brengen, volgens de onderzoekers die de minister adviseerden, ziekten over op de mens. En demissionair minister Piet Adema (Landbouw, ChristenUnie) zei in de Tweede Kamer dat herten in de natuur horen, en niet achter een hek. Zo denken veel tegenstanders van hertenkampen erover.

Dat herten niet op de huis- en hobbydierenlijst staan, betekent dat de dieren die nu gehouden worden zich niet mogen voortplanten en als ze overlijden niet mogen worden vervangen. De facto leidt dat tot een einde aan de ongeveer 250 dieren- en hertenkampen die Nederland telt, waarvan sommigen al meer dan honderd jaar oud zijn.

Ligweide

Zoals het hertenkamp in Arnhem. Dick Helders kreeg eind vorig jaar juist voor elkaar dat het niét verdween. De gemeente wilde van het hertenkamp een ligweide maken, maar daartegen kwamen de Arnhemmers in verzet. „Ik had op tweehonderd handtekeningen gerekend, het werden er meer dan achtduizend”, zegt oud-schooldirecteur Helders.

Lees over Sonsbeek: Alles is hier weelde en grootsheid

Het hertenkamp ligt in park Sonsbeek, op een heuvel achter de achttiende eeuwse stadsvilla. De herten staan op een zonnige vrijdagmiddag tussen de bomen. Van het theaterfestival aan de voet van hun wei lijken ze zich weinig aan te trekken.

„Ze staan er hier ontspannen bij”, zegt Helders. Het hertenkamp in Sonsbeek bestaat al bijna 120 jaar. Hij kan zich voorstellen dat „in kleine kampjes de dieren niet leuk leven”, dus hij begrijpt het voorstel van minister Adema wel. „Maar als hij wat aan dierenwelzijn wil doen, grijp dan in als de herten slecht behandeld worden. Laat hij dan eerst kijken naar koeien die 365 dagen op stal staan.”

Enig begrip is er ook bij Jan Willem van Holland, beheerder van Julianapark in Utrecht. Hij is praktijkbegeleider voor studenten van de dierenfaculteit van de Universiteit Utrecht. Zij komen naar Julianapark om de herten, alpaca’s en pauwen te bestuderen. Dierenwelzijn is belangrijk, zegt hij. Maar: „Een dierenpark of hertenkamp is niet hetzelfde als een kinderboerderij waar de dieren worden geaaid en geknuffeld. Het is een omheind gebeuren, je ziet de dieren op afstand, ze komen alleen naar het hek als ze zelf zin hebben.”

Van Holland zegt: „Al 113 jaar en een paar weken is hier een hertenkamp. De dieren die hier zijn, staan hier van generatie op generatie. Ik hoor het riedeltje: ze horen in de natuur. Deze dieren kun je niet terugzetten. Er staat hier een wit damhert, dat zou zich in het wild niet kunnen handhaven.”

Boswachter Mark Kras over de Koekamp: „Je kunt hier midden in de stad de seizoenen aan je voorbij zien trekken: de bronst in de herfst, de jongen die opgroeien… Dat willen we laten zien.”

Sterilisatie

De vraag waarmee beheerders nu worstelen, is: wat te doen met de herten als de huis- en hobbydierenlijst zonder aanpassingen door de Tweede Kamer wordt aangenomen?

Tegenover Den Haag Centraal ligt de Koekamp, het oudste hertenkamp van Nederland. Al in 1450 werden hier herten geïntroduceerd, lang voordat er kantoren en de snelweg om hen heen verschenen. Boswachter Mark Kras van Staatsbosbeheer zegt: „Dat we verknocht zijn aan het hertenkamp op deze plek moge duidelijk zijn. Maar we volgen de wet- en regelgeving.”

Dat betekent dat „op een gegeven moment” gezorgd moet worden dat de populatie zich niet voortplant, zegt hij. „Dat kan door sterilisatie, of door alle mannetjes of alle vrouwtjes uit de roedel te halen, of in één keer alle herten.” Dat laatste lijkt hem „onwaarschijnlijk”.

Een „worsteling” is het wel. „Alles wat je doet, heeft consequenties voor de groep. We willen juist de dieren een zo natuurlijk mogelijk leven laten leiden. Je kunt hier midden in de stad de seizoenen aan je voorbij zien trekken: de bronst in de herfst, de jongen die opgroeien… Dat willen we laten zien.”

Pruikengewei

Dierenarts Peter Klaver maakt zich ook zorgen over wat er kan gebeuren. Hij was jarenlang de hoofddierenarts van Artis en bezoekt veel hertenkampen. Na het gesprek appt hij foto’s door. Van een hertenbok met een bebloed ‘pruikengewei’ . Normaal werpen de bokken hun gewei een keer per jaar af. Maar als hij is gecastreerd, blijft het gewei doorgroeien. Het wordt dan te zwaar en gaat soms ontsteken. Uiteindelijk gaat de gecastreerde bok dood aan het ‘pruikengewei’.

Klaver wil laten zien wat een fokverbod betekent als het onzorgvuldig wordt uitgevoerd: „Als we niet uitkijken bij het onvruchtbaar maken van bokken gebeuren er rare dingen.” Hij voorziet een „sterfhuisconstructie, waarbij je twee oude herten in een wei over hebt. Dan moet je gaan nadenken over euthanasie of over het op een nette manier afschieten.”

Maar eigenlijk vindt de dierenarts het „volstrekt belachelijk” dat herten niet op de lijst staan en „weinig relevant” als het om dierenwelzijn gaat. „Meestal kun je niet bij de herten komen, alleen naar ze kijken.” Volgens hem zou het zinniger zijn om het toezicht te verscherpen: „Het zou goed zijn als er betere aanwijzingen kwamen voor ruimte of voeding, dergelijke richtlijnen zijn er helemaal niet.”

Klaver zegt: „Is het hertenkamp ideaal? Nee. Je ziet ze liever in een bos.” Hij voegt eraan toe: „Daar komen ze dan een wolf of een jager tegen.”