Het gaat niet goed met de Duitse SPD, en in industriestad Dortmund is te zien hoe dat komt

‘Ik weet al precies op wie ik ga stemmen. En ik weet nog beter op wie ik níet ga stemmen. U kunt vertrekken.” Voordat Yves Oecking (49) kan reageren, slaat de deur op de tweede verdieping van het appartementencomplex dicht. Oecking gaat deze dinsdagavond met een dikke stapel rode flyers langs de deuren in het centrum van Dortmund, om campagne te voeren voor de Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD). „Niet iedereen is altijd even vriendelijk. In flats vaak wel. Meestal geldt: hoe groter de huizen, hoe minder vriendelijk de ontvangst.”

Dortmund geldt als de Herzkammer van de SPD. Vanwege de geschiedenis als centrum van steenkoolwinning en staalproductie in het industriële Ruhrgebied geniet de arbeidersbeweging hier van oudsher veel steun, met een grote rol voor vakbonden en een vrij constante meerderheid van de SPD in het stadsbestuur. Maar met tegenslagen voor de industrie verloor de partij de afgelopen decennia steun in het hele land, óók in het Ruhrgebied. De achterban werd kleiner – want minder arbeiders – en met het ontstaan van de Groenen kreeg de SDP een concurrent op links. Maar ook steun voor de radicaal-rechtse partij Alternative für Deutschland (AfD) groeide.

‘Te complex’

Vlak voor de vorige verkiezingen in Duitsland, in 2021, leek de sociaal-democratie weer te herleven: met ruim 25 procent van de stemmen won de SPD onder leiding van Olaf Scholz, die bondskanselier werd. Drie jaar later volgde echter de weinig eervolle aftocht: Scholz’ stoplichtcoalitie, bestaande uit SPD, de Groenen en de neoliberale FDP, was gevallen. Scholz riep nieuwe verkiezingen uit, die op 23 februari zullen plaatsvinden. Zijn partij staat met een kleine drie weken te gaan op slechts 16 procent in de peilingen, waardoor Scholz zich vrijwel zeker zal voegen bij het korte lijstje kanseliers van Duitsland die slechts één termijn dienden.

De arbeidersklasse is ontevreden, zegt Mark Rosendahl, de regionale vakbondsleider van de Deutsche Gewerkschaftsbund (DGB). DGB is de grootste koepelorganisatie van vakbonden in Duitsland. Een peiling onder vakbondsleden laat zien dat SPD nog altijd de sterkste partij is onder leden, maar ook dat het aantal AfD-stemmers de afgelopen jaren is gegroeid. „Er is een algemeen gevoel van onzekerheid. Over banen, prijsstijgingen, oorlog. AfD biedt daar een antwoord op door een zondebok aan te wijzen: buitenlanders.”

SPD heeft óók een antwoord, denkt Rosendahl, maar dat is „te complex” om de achterban tevreden te stellen. „De enige manier om de staalindustrie te behouden is door de sector te transformeren en duurzaam staal te produceren, maar die transformatie duurt lang. Daar hebben mensen die nu aan de pomp benzine moeten betalen of bij de kassa dure boodschappen moeten afrekenen voor hun gevoel weinig aan.”

Lage staatsschuld

Een belangrijk standpunt uit het partijprogramma is voor de SDP de Schuldenbremse: de wettelijke ‘schuldenrem’ die na de financiële crisis van 2008 werd ingesteld en die de overheid verplicht staatsschulden tot een minimum te beperken. In tegenstelling tot de meeste andere landen heeft Duitsland daarom een zeer lage staatsschuld.

Waar sommige partijen, zoals de FDP en CDU, streven naar een ‘zwarte nul’ (helemaal geen begrotingstekort), wil de SPD de schuldenrem juist afschaffen. Het houdt volgens de partij nodige investeringen tegen, in onder meer de economie, infrastructuur en de energietransitie. In tijden van crisis zou de schuldenrem economische groei remmen. Duitsland verkeert als enige G20-land in een recessie.

Bondskanselier Olaf Scholz spreekt met de pers na een bezoek aan de vestiging van ThyssenKrupp in Duisburg, 4 februari.
Foto Sascha Schuermann/AFP

Dat Duitsland onder leiding van de SPD in een recessie belandde, neemt vakbondsleider Rosendahl zijn partij niet kwalijk. De staat was volgens hem drie jaar lang verlamd doordat de FDP vasthield aan de schuldenrem. „Hoe hadden we de industrie kunnen redden, als we niet mochten investeren?” Van alle regeringspartijen wordt de SPD het hardst gestraft, denkt hij. „Scholz was als kanselier toch verantwoordelijk voor het bereiken van compromissen, en dat is onvoldoende gelukt.”

De 19-jarige Kiran Gurung, die campagnevoerder Oecking dinsdagavond vergezelt, is niet „honderd procent tevreden” over de koers van de SPD en Scholz als bondskanselierskandidaat. Voor verandering op de korte termijn heeft hij weinig hoop – hij is „pessimistisch” over de nabije toekomst. „Eerlijk gezegd verwacht ik weinig verandering na de verkiezingen, ook als de SPD deelneemt aan een regering. Scholz is minder links dan ik zou willen. In de vorige regering heeft hij veel concessies gedaan vanwege de FDP, met de CDU [de conservatieve partij die aan kop gaat in de peilingen] zal dat weer gebeuren.”

Staalwerker

Maar de geschiedenis van de partij geeft hem wel vertrouwen voor de lange termijn. De sociaal-democratie heeft een rijk verleden: tijdens de Tweede Wereldoorlog werden zowel SPD-politici als vakbondsprominenten vervolgd door het nationaal-socialistische regime. Midden in Dortmund staat de Steinwache, een massieve, bakstenen gevangenis van bijna honderd jaar oud die in 1933 overgenomen werd door de Gestapo en waar veel sociaal-democraten werden vastgezet, gemarteld en vermoord. De SPD was destijds verboden.

Fabriek van technologieconcern ThyssenKrupp in Duisburg.
Foto Sascha Schuermann/AFP

Gurung is ervan overtuigd dat de partij, net als toen, weer op zal krabbelen. „Dit is de oudste democratische partij van het land. De SPD heeft gedurende de geschiedenis veel verandering teweeggebracht: stemrecht voor vrouwen, een minimumloon, rechten voor arbeiders. En ze is door diepe dalen gegaan, zoals het verbod en de vervolging onder Hitler, maar ze heeft zichzelf iedere keer weer opgebouwd. Dat zegt mij dat de partij alles aan kan.”

Bij hem thuis werd nooit over politiek gesproken, vertelt hij, maar zelf is hij al van jongs af aan politiek geïnteresseerd – op zijn negende dacht hij al na over sociale zekerheid. Zijn moeder is sociaal werker op een school en had vroeger vaak tijdelijke contracten. „Ik herinner me uit mijn jeugd dat ze daardoor veel contact had met de vakbond. Dat heeft me ook richting de SPD geduwd.”

Toen hij oud genoeg was om bij een jongerenpartij te gaan, voelde hij zich het meest thuis bij de SPD. „Ik heb ook sympathie voor de Groenen, maar dat zijn mensen uit een andere sociale klasse.”

Ook metgezel Oecking kreeg het sociaal-democratische gedachtegoed van huis uit mee. „Ik kom uit een arbeidersgezin. Als tienjarige hoorde ik al van mijn moeder: als je wil dat er goed voor je gezorgd wordt, moet je SPD stemmen.” Zijn moeder had een baan in de administratie, zijn vader was staalwerker. Staal en Dortmund zijn één, zegt Oecking.

Kantoorbanen

Aan sommige deurknoppen waar de twee langsgaan, hangt al een flyer van de Groenen – die waren schijnbaar eerder. De reacties van bewoners wisselen: de een gromt een nors Nein bij het zien van de SPD’ers, de ander glimlacht: „Mijn partij.” Het valt op dat de twee niet echt in gesprek gaan met bewoners. „We delen gewoon flyers uit. Mensen moeten zelf weten op wie ze stemmen”, verklaart Oecking.

Als zestiger Michaela de deur opendoet, vertelt ze lid van de SPD te zijn maar dit keer sterk naar een stem op de Groenen te neigen. „Het is een gevecht met mezelf, want ik ben al lang lid van de SPD. Maar ik heb niet meer de indruk dat de SPD er nog is voor de werkende mensen.” De Groenen wel? „Die horen er zelf niet bij: mensen van De Groenen zijn meer mensen met comfortabele kantoorbanen. Maar de SPD heeft de kans gehad in het belang van de arbeidersklasse te handelen. Nu moeten de Groenen misschien de kans krijgen. Ik denk ook dat de kans groter is dat de Groenen zullen regeren.”

De SDP wil kiezers overtuigen dat ze het straks, zonder de FDP, beter zullen doen, zegt vakbondsleider Rosendahl. Maar komt die boodschap aan? „Vooralsnog denk ik van niet.”

Tenten van metaalwerkersvakbond IG Metall bij de vestiging van ThyssenKrupp in Duisburg.
Foto Sascha Schuermann/AFP