N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Eerlijk gezegd had ik jullie al een beetje opgegeven, lieve scholieren. Lerarentekorten, een dalend onderwijsniveau, leerpleinen waar je het zelf moet uitzoeken, ChatGPT. En daar kwam de mobiele telefoon in de klas nog eens bij! Een superverslavend monstertje dat het laatste beetje energie dat je nog hebt opzuigt, en doet oplossen in een wervelwind van TikTok, snaps, roddels, stickers, stories, lijpe picca’s,
BeReals, en groeps-appjes.
Ik had al een column klaar waarin ik ervoor pleit om, als het jullie toch onmogelijk wordt gemaakt te leren, van school dan maar een life experience center te maken.
Met een open bar, paddo’s, wiet, cocaïne, pizza’s en Flügels. Met messen, pistolen, en kettingzagen. Met onbeschermde seks, een grote frituur voor de vette bek, crack, gokkasten, sigaretten, champagnefonteinen, snoep en een verbod op noisecancelling koptelefoons. Je kan immers maar beter met verleidingen leren omgaan, dan ze te verbieden, ja toch?
Nou, die column heb ik in de prullenbak gegooid. Want ineens hoor ik overal hoopgevende oproepen om de mobiele telefoon op scholen te verbieden. Een meerderheid van de leraren is al voor. Alleen een paar laffe schoolbestuurders die zelf nog nooit voor de klas hebben gestaan zijn nog tegen. Ik kreeg ineens weer hoop!
Maar ik ben tuurlijk ook niet gek. Voor mij als boomer is het al moeilijk om cold turkey van m’n telefoon af te kicken. Laat staan voor jullie die met een iPhone in de hand geboren zijn. Daarom heb ik een survivalgids gemaakt: ‘Hoe overleef je de les zonder je telefoon’. Als je dit stappenplan volgt, komt alles goed. Hou vol!
1
De eerste uren zonder je telefoon zijn het moeilijkst.
Je gaat zweten, grijpt steeds mis in je broekzak, krijgt fantoompijn in je duimen, vlekken voor je ogen, en hoofdpijn. Blijf rustig ademhalen en drink kleine slokjes water. Het wordt nog veel erger.
2
Want je gaat dingen zien, voelen en ruiken!
Je gaat vogels horen zingen, klasgenoten horen hoesten. Je ruikt scheten, buiten huilt een kind, blaft een hond en knettert een brommer voorbij. Pure horror, maar hier moet je doorheen.
3
Het valt je ineens op dat er iemand voor de klas staat.
Dat is de docent. Die vertelt iets over dingen waar je, behalve biologie (piemels, vagina’s, schaamhaar!) helemaal niks aan hebt. Willem van Oranje, de stelling van fakkin Pythagoras, erosie – de eerste week zou ik dat nog even negeren. Je hebt al genoeg aan je hoofd.
4
Na een paar dagen voel je dat je brein – dat is je interne harddrive – begint te kraken.
Je wordt ergens boos over, of juist blij, je krijgt ambitie – die gelukkig meestal ook weer weggaat – er komt een mening in je op zonder dat die is voorgeschreven door een influencer, je maakt een grap die niet bij een meme hoort – dit is je persoonlijkheid die zich ontwikkelt. Wees niet bang. Zeker, je fietst nu met losse handen, maar niemand kan foto’s of filmpjes van je maken – dus ontspan.
5
Na een paar dagen ga je tot je verbijstering met je klasgenoten praten.
En zij praten terug! WTF! Rustig, ook dit is normaal. Je merkt dat ze een stuk minder gemeen zijn dan in de virtuele wereld. Je kijkt ze in de ogen en leert in te schatten wat ze bedoelen. Vaak heb je het verkeerd. Dit noemen ze communicatie. Dat is hard werken.
6
Klasgenoten gaan vragen stellen aan de docent. Dat zijn analoge comments.
Kijk maar of jij dat ook gaat doen – het is vaak handiger dan thuis een YouTube-filmpje kijken.
7
Mensen lachen af en toe om je – dat zijn real time likes.
Soms zeggen ze dat je stom bent – dat zijn de duimpjes naar beneden. In de telefoontassen laten jullie plantjes groeien.
8
Omdat je sneller leert zonder afleiding, alles beter onthoudt, in de les al hebt opgelet en je telefoon niet meer 400 keer per uur trilt, heb je tijd over voor hobby’s – dat zijn dingen die je zonder je telefoon kunt doen.
In het park voetballen bijvoorbeeld, een schoolband beginnen, ijsjes eten, blowen. Die laatste heb je niet van mij.
9
Je verveelt je steeds vaker, de stilte blijft moeilijk.
Dat hoort. Sterker nog: hoe meer je je verveelt en hoe stiller het is, hoe beter je brein wordt. Toch is het misschien handig om af en toe propjes te gooien, de leraar te pesten, vliegtuigjes te vouwen – dat is heel goed voor je ruimtelijk inzicht – of briefjes aan elkaar door te geven om de ergste saaiheid wat te verdrijven.
Die briefjes zijn trouwens leuk om te bewaren. Als je ze veertig jaar later leest, krijg je er tranen van in je ogen, maar nu nog niet hoor! Maak je geen zorgen.
10
Door alle saaie boeken die je leest krijg je het idee om zelf een boek te gaan schrijven.
Een boek, geschreven door een scholier! Dat verwacht niemand. Je wordt bestsellerauteur en verdient meer geld dan alle, inmiddels overbodig geworden, influencers bij elkaar. Je docent Nederlands is ontroerd.
11
Je ouders krijgen argwaan.
Want je bent aardiger, praat mee aan tafel en je bent enthousiast. Probeer dit een beetje te verbergen, anders denken ze dat je drugs gebruikt.
12
Je school wordt steeds populairder, steeds meer leraren willen er werken, en iedereen haalt hogere cijfers.
De MR zit met de handen in het haar, „wat is hier verdomme aan de hand” (die hebben niks meer te doen). Er vallen geen lessen meer uit – dat is een nadeel.
13
Ineens hoor je je tegen je ouders zeggen dat je veel gelukkiger bent zonder telefoon en dat zij er ook eens mee zouden moeten stoppen.
Vervolgens laat je hen deze column lezen en help je hen afkicken. Je bent klaar. Het is je gelukt. We houden van je, deden we al.
Ik ben trots op je <3.